Naslaggids (volledige instructies)
127
Het menu gebruiken
Het opnamemenu (voor alle opnamestanden)
Beeldkwaliteit
Stel de gebruikte beeldkwaliteit (compressieverhouding) in bij het opslaan van beelden.
Bij een lage compressieverhouding krijgt u weliswaar de beste beeldkwaliteit, maar het
aantal beelden dat kan worden opgeslagen is lager.
De instelling wordt ook toegepast op andere opnamestanden.
B Opmerkingen over beeldkwaliteit
• De beeldkwaliteit kan niet worden gebruikt in de volgende opnamestanden:
- Onderwerpstanden Time-lapse-film en Eenvoudig panorama
- Stand Korte filmvoorstelling
• Er kunnen geen RAW-beelden worden vastgelegd in de volgende opnamestanden:
-Onderwerpstanden
- Creatieve stand
- Stand Korte filmvoorstelling
Als u de opnamestand in een van de bovenstaande opnamestanden wijzigt terwijl een
RAW-beeldkwaliteit is geselecteerd, verandert de beeldkwaliteit in Fine of Normal.
• Deze functie kan mogelijk niet worden gebruikt in combinatie met andere functies (A80).
Het opnamemenu (voor alle opnamestanden)
Schakel de opnamestand in M d knop M Beeldkwaliteit M k knop
Optie Beschrijving
a Fine
Hogere beeldkwaliteit dan Normal.
Compressieverhouding van circa 1:4
b Normal
(standaardinstelling)
Normale beeldkwaliteit, geschikt voor de meeste toepassingen.
Compressieverhouding van circa 1:8
F RAW
Onbewerkte gegevens van de beeldsensor worden opgeslagen zonder
extra verwerking. U kunt een computer gebruiken om instellingen te
wijzigen die zijn ingesteld tijdens de opname, zoals witbalans en
contrast.
• Beeldformaat is vast ingesteld op i 4608×3456
Bestandsindeling: RAW (NRW), de eigen indeling van Nikon
G RAW + Fine
Er worden twee beelden tegelijk vastgelegd: een RAW-beeld en een
JPEG-beeld met hoge kwaliteit.
H RAW + Normal
Er worden twee beelden tegelijk vastgelegd: een RAW-beeld en een
JPEG-beeld met normale kwaliteit.