Naslaggids (volledige instructies)
130
Het menu gebruiken
Het opnamemenu (stand A, B, C of D)
• Zie “Beeldkwaliteit” (A127) en “Beeldformaat” (A129) voor informatie over
Beeldkwaliteit en Beeldformaat.
Witbalans (Tint aanpassen)
Pas de witbalans aan overeenkomstig de lichtbron of de weersomstandigheden, zodat de
kleuren in de beelden eruit zien zoals u ze met uw ogen waarneemt.
* Er zijn fijnafstellingen in zeven stappen beschikbaar. Pas positief (+) toe om de blauwe kleurtoon
te verhogen en negatief (–) om de rode kleurtoon te verhogen.
B Opmerkingen over Witbalans
• Druk de flitser omlaag wanneer de witbalans een andere instelling heeft dan Automatisch
(normaal), Autom. (warm licht) of Flitser (A25).
• Deze functie kan mogelijk niet worden gebruikt in combinatie met andere functies (A80).
Het opnamemenu (stand A, B, C of D)
Draai de standknop naar A, B, C of D M d knop M A, B, C of D menupictogram
M Witbalans M k knop
Optie Beschrijving
a Automatisch
(normaal)
(standaardinstelling)
De witbalans wordt automatisch aangepast.
Als de functie is ingesteld op Autom. (warm licht), worden de
beelden opgeslagen in warme kleuren als ze gemaakt zijn bij
gloeilamplicht. Bij gebruik van de flitser, wordt de witbalans
aangepast op basis van de flitslichtomstandigheden.
a2 Autom. (warm
licht)
b Handm.
voorinstelling
Gebruik deze optie als niet het gewenste resultaat verkregen wordt
met Automatisch (normaal), Autom. (warm licht),
Gloeilamplicht, etc. (A132).
c Daglicht* Voor opname bij zonlicht.
d Gloeilamplicht* Voor opnamen bij gloeilamplicht.
e TL-licht
Voor opnamen bij de meeste soorten tl-licht. Kies een van de opties
1 (koel wit tl-licht), 2 (daglicht wit tl-licht) en 3 (daglicht tl-licht).
f Bewolkt* Voor opnamen bij bewolkt weer.
g Flitser* Voor opnamen met de flitser.
x Kies kleurtemp. Voor een rechtstreekse instelling van de kleurtemperatuur (A131).