Naslaggids (volledige instructies)

46
Opnamefuncties
De flitsstand, Zelfontspanner, Macro-stand en belichtingscompensatie
instellen
Als het opnamescherm wordt weergegeven kunt u op H (m) J (n) I (p) K (o) van de
multi-selector drukken om de functies in te stellen die hieronder worden beschreven.
De functies die kunnen worden ingesteld verschillen naargelang de opnamestand.
De flitsstand, Zelfontspanner, Macro-stand en
belichtingscompensatie instellen
1
Flitsstand
Als de flitser omhoog staat, kunt u de flitsstand instellen die geschikt is voor de
opname-omstandigheden.
Als m (invulflits) wordt geselecteerd, gaat de flitser altijd af.
2
Zelfontspanner
De camera ontspant de sluiter wanneer het ingestelde aantal seconden na het indrukken
van de ontspanknop is verstreken.
3
Macro-stand
Gebruik de macro-stand bij het maken van close-upfoto's.
4
Creatieve instelknop
Als de opnamestand is ingesteld op de A (auto) stand, kunt u de helderheid
(belichtingscompensatie), levendigheid, kleurtoon en Actieve D-Lighting instellen.
Belichtingscompensatie
Als de opnamestand is ingesteld op een andere stand dan de A (auto) stand, kunt u
de helderheid (belichtingscompensatie) instellen.
3
1
2
4