Naslaggids (volledige instructies)
72
Opnamefuncties
De zoom gebruiken
Wanneer u de zoomknop bedient, verandert de positie van het
zoomobjectief.
• Inzoomen: Verplaatsen richting g
• Uitzoomen: Verplaatsen richting f
• Door de zoomknop volledig naar links of rechts te draaien,
zal de zoom snel worden ingesteld (behalve bij het
opnemen van films).
• De zoom kan ook worden bediend door de zijzoomknop
richting g of f te bewegen.
De functie van de zijzoomknop kan worden ingesteld onder
Zijzoomknop toewijzen (A169) in het setup-menu.
• Wanneer de zoomknop wordt bediend, wordt op het
opnamescherm een zoomaanduiding weergegeven.
• Als de camera is ingezoomd tot de maximale optische
zoom kunt u door de zoomknop naar g te bewegen en vast
te houden de digitale zoom, waarmee u het onderwerp
verder kunt vergroten tot ongeveer 4× (wanneer
Filmopties (A150) is ingesteld op J 2160/30p of K 2160/25p tot ongeveer
2×) de maximale optische zoomfactor, activeren.
C Digitale zoom
De zoomaanduiding wordt blauw wanneer de digitale zoom wordt geactiveerd, en wordt geel
wanneer de zoomvergroting verder toeneemt.
• Zoomaanduiding is blauw: De beeldkwaliteit is niet merkbaar gedaald door gebruik te maken
van de Dynamic Fine Zoom.
• Zoomaanduiding is geel: In bepaalde gevallen kan een aanzienlijke afname in beeldkwaliteit
optreden.
• De aanduiding blijft blauw over een breder gebied wanneer het beeldformaat kleiner is.
• De zoomaanduiding wordt mogelijk niet blauw bij het gebruik van bepaalde instellingen voor
continu-opname of andere instellingen.
De zoom gebruiken
Uitzoomen Inzoomen
Optische
zoom
Digitale
zoom