Operation Manual

15
De batterijen plaatsen
Eerste stappen
B De batterijen verwijderen
Controleer of het camera-aan-lampje en de monitor uit zijn en open het deksel van het batterijvak/
de kaartsleuf.
B Extra voorzorgsmaatregelen met betrekking tot batterijen
Lees de waarschuwingen en opmerkingen en neem deze in acht (A iii, 113).
Lees voordat u de batterij gebruikt de waarschuwingen voor de batterij op pagina iii en in het
gedeelte "De batterij" (A 113), en neem ze in acht.
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen of batterijen van verschillende merken of typen door elkaar.
Batterijen met de volgende defecten kunnen niet worden gebruikt:
B
Opmerkingen over EN-MH1 oplaadbare batterijen, MH-70/71 batterijlader
In deze camera kan ook gebruik worden gemaakt van EN-MH1 oplaadbare Ni-MH batterijen.
Lees voordat u de batterij gebruikt de waarschuwingen voor de batterij in het gedeelte "De batterij"
(A 113) en neem ze in acht.
B Batterijtype
U kunt de batterijen efficiënter laten werken door Batterijtype (A 105) in het setup-menu
(A 85) in te stellen op het type batterijen dat in de camera is geplaatst.
De standaardinstelling is het type batterij dat bij aanschaf is meegeleverd. Als een ander type batterij
wordt gebruikt, schakelt u de camera in en wijzigt u de instelling (A 105).
C Alkalinebatterijen
De prestaties van alkalinebatterijen kunnen sterk variëren afhankelijk van de fabrikant. Kies een
betrouwbaar merk.
C Alternatieve voedingsbronnen
Als u de camera gedurende langere periode continu van stroom wilt voorzien, maakt u gebruik van
een EH-65A lichtnetadapter (afzonderlijk verkrijgbaar) (A 110). Gebruik in geen geval een
lichtnetadapter van een ander merk of model. Als u deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt,
kan dit leiden tot oververhitting of beschadiging van de camera.
C Automatische uitschakeling in de opnamestand (stand-bystand)
Als de camera hierna nog ongeveer 30 seconden lang niet wordt bediend (standaardinstelling), gaat
de monitor automatisch uit en wordt de stand-bystand van de camera geactiveerd. Na nog eens
drie minuten wordt de camera automatisch uitgeschakeld via de functie Automatisch uit.
De monitor is uit in de stand-bystand (het camera-aan-lampje knippert). Deze wordt echter
opnieuw aangezet als u op de hoofdschakelaar, de ontspanknop, de knop A of de knop c drukt.
De tijdsduur waarna de camera zichzelf in de stand-bystand zet, wordt bepaald door de instelling
Automatisch uit (A 99) in het setup-menu (A 85).
Afbladderende
batterijen
Batterijen waarvan de isolatie
het gebied rond de minpool
niet afdekt.
Batterijen met een
platte minpool