DIGITALE CAMERA Naslaggids • Lees deze handleiding grondig door voordat u de camera gebruikt. • Om correct gebruik van de camera te verzekeren, vergeet niet “Voor uw veiligheid” te lezen (pagina vi). • Lees in elk geval “Richt het objectief niet naar de zon” (pagina 189) in “Verzorgen van het product”. • Bewaar deze handleiding na het lezen op een gemakkelijk toegankelijke plaats voor later gebruik.
Overzicht onderwerpen U kunt teruggaan naar deze pagina door in de rechterbenedenhoek van een willekeurige pagina op te tikken of te klikken. Hoofdonderwerpen Inleiding .............................................................................................................................................. iii Inhoudsopgave ................................................................................................................................. x Onderdelen van de camera ........................
Inleiding Lees dit eerst Hartelijk dank voor het aanschaffen van de Nikon COOLPIX P1000 digitale camera. Gebruikte symbolen en conventies in deze handleiding • Tik of klik op in de rechterbenedenhoek van elke pagina om “Overzicht onderwerpen” (Aii) weer te geven. • Symbolen Symbool Beschrijving Dit pictogram duidt waarschuwingen en informatie aan die vóór het gebruik van de camera gelezen moeten worden.
Informatie en voorzorgsmaatregelen Permanente kennisoverdracht Als onderdeel van Nikons streven naar permanente kennisoverdracht via continue productondersteuning en -informatie is er altijd nieuwe, bijgewerkte informatie online beschikbaar op de volgende websites: • Voor gebruikers in de VS: http://www.nikonusa.com/ • Voor gebruikers in Europa: http://www.europe-nikon.com/support/ • Voor gebruikers in Azië, Oceanië, het Midden-Oosten en Afrika: http://www.nikon-asia.
Over de handleidingen • Geen enkel onderdeel van de bij dit product geleverde handleidingen mag worden gereproduceerd, overgedragen, getranscribeerd, worden opgeslagen in een archiefsysteem of in enige vorm worden vertaald naar enige taal, met enig middel, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nikon. • De afbeeldingen en scherminhoud in deze handleiding kunnen verschillen van het eigenlijke product.
Voor uw veiligheid Om schade aan eigendommen of letsel aan uzelf of anderen te voorkomen, lees “Voor uw veiligheid” in zijn geheel door alvorens dit product te gebruiken. Bewaar deze veiligheidsinstructies daar waar iedere gebruiker van dit product ze kan lezen. GEVAAR Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen, gemarkeerd met dit pictogram, zorgt voor groot gevaar voor de dood of ernstig letsel.
• Houd dit product uit de buurt van kinderen. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan letsel of een defect aan het product tot gevolg hebben. Merk bovendien op dat kleine onderdelen verstikkingsgevaar opleveren. Mocht een kind onderdelen van dit product inslikken, zoek dan onmiddellijk medische hulp. • Wikkel, draai en raak niet verstrikt in de riemen om uw nek. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan ongelukken tot gevolg hebben.
• Raak geen bewegende delen van het objectief of andere bewegende delen aan. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan letsel tot gevolg hebben. • Laat de flitser niet flitsen terwijl deze in contact is met of zich nabij de huid of voorwerpen bevindt. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan brandwonden of brand tot gevolg hebben. • Open de ingebouwde flitser niet bij gebruik van een flitser die op de accessoireschoen van de camera is bevestigd.
WAARSCHUWING voor batterijen • Houd accu's buiten bereik van kinderen. Mocht een kind een accu inslikken, zoek dan onmiddellijk medische hulp. • Dompel accu's niet onder in water en stel ze niet bloot aan regen. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan brand of een defect aan het product tot gevolg hebben. Droog het product onmiddellijk met een handdoek of gelijkwaardig voorwerp, mocht deze nat worden.
Inhoudsopgave Overzicht onderwerpen...................................................................................................... ii Hoofdonderwerpen.................................................................................................................................................... ii Algemene onderwerpen......................................................................................................................................... ii Inleiding................................
Opnamefuncties .................................................................................................................. 30 Een opnamestand selecteren........................................................................................................... 31 A (automatisch)-stand...................................................................................................................... 32 Onderwerpstand (opname op basis van de opnameomstandigheden) .........................
D-Lighting: helderheid en contrast verbeteren ..................................................................................... 84 Huid verzachten: voor zachte huidtinten .................................................................................................. 85 Filtereffecten: effecten toepassen m.b.v. digitaal filter...................................................................... 86 Kleine afbeelding: het beeldformaat verkleinen .........................................................
Picture Control (COOLPIX Picture Control) ............................................................................................ 124 Aang. Picture Control (COOLPIX Aang. Picture Control) ............................................................... 128 Witbalans (kleurinstelling)................................................................................................................................. 129 Lichtmeting ..............................................................................
Vibratiereductie....................................................................................................................................................... AF-hulplicht ............................................................................................................................................................... Digitale zoom ...........................................................................................................................................................
Onderdelen van de camera De camerabody................................................................................................................................. 2 Basisfuncties van de bedieningsknoppen............................................................................... 5 De monitor/zoeker...........................................................................................................................
De camerabody Ingebouwde flitser omhoog 1 2 3 4 13 12 11 10 5 1 6 9 7 8 1 Oogje voor polsriem........................................15 2 Instelschijf...............................................................46 3 Hoofdschakelaar/camera-aan-lampje (laadlampje) ..........................................17, 19, 24 4 Standknop .....................................................22, 31 5 Microfoon (stereo) ................................. 90, 155 Zelfontspannerlampje ..................
1 2 3 9 6 8 5 4 7 1 p (terugkeerzoom)-knop ...........................72 2 Zijzoomknop........................................................71 f : Groothoekstand .............................71 g : Telestand.............................................71 3 Accessoireschoen................................... 25, 210 4 Dioptrieregelaar .................................................26 3 Onderdelen van de camera De camerabody 5 Deksel aansluitingen externe microfoon .......................
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 17 16 14 15 10 k (selectie toepassen)-knop..................113 1 Luidspreker................................................. 99, 175 2 Elektronische zoeker........................................26 3 Oogsensor..............................................................26 4 x (monitor)-knop..........................................26 5 o (AE-L/AF-L)-knop ............................ 66, 175 6 Selectieknop voor scherpstelstand ...........................
Basisfuncties van de bedieningsknoppen Bedieningsknop Hoofdfunctie Voor opnemen Selecteer een opnamestand (A31). Standknop Voor opnemen Selecteer q (autofocus) of r (handmatige scherpstelling). Selectieknop voor scherpstelstand Voor opnemen De belichting of scherpstelling vergrendelen. o (AE-L/AF-L)-knop Zoomknop Voor opnemen Naar g (i) (telestand) bewegen om dichter op het onderwerp in te zoomen en naar f (h) (groothoekstand) bewegen om uit te zoomen en een groter deel van het beeld te bekijken.
Bedieningsknop Hoofdfunctie Wanneer de knop half wordt ingedrukt: de scherpstelling en de belichting instellen. Voor opnemen Wanneer de knop helemaal wordt ingedrukt: de sluiter ontspannen. Ontspanknop Voor afspelen Terug naar de opnamestand. Voor opnemen Filmopname starten en stoppen. Voor afspelen Terug naar de opnamestand.
Bedieningsknop Hoofdfunctie • Wanneer de opnamestand j (A46) is: het flexibele programma instellen. Voor opnemen • Wanneer de opnamestand k, m (A46) of Handmatig in u (Handmatige film) is: de sluitertijd instellen. Instelschijf Instelring d (menu)-knop w (functie)-knop x (monitor)-knop s (weergave)-knop Voor afspelen De zoomfactor voor een ingezoomd beeld wijzigen.
De monitor/zoeker De informatie op het scherm voor opnemen of afspelen verandert, afhankelijk van de instellingen en de status van de camera. Weergave van scherminformatie wisselen (s-knop) Druk op de s (weergave)-knop om de informatie die op het scherm wordt weergegeven tijdens opname of weergave te wisselen. Voor opname 1/250 F5.6 25m 0s 1400 1/250 F5.
Voor opname 3 7 2 1 28 27 4 AF 10 120 3200 26 25 24 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 3000mm 1/250 23 9 8 5 6 10 x1.2 F5.6 +1.0 +1.0 10m 0s 9999 16 17 18 19 13 12 15 11 14 22 21 20 Opnamestand..................................................... 31 16 17 18 19 Flitsstand ................................................................ 55 Scherpstelstand ..........................................61, 67 Zoomaanduiding.......................................62, 71 Scherpstelaanduiding....
45 47 46 2 ±0.7 ±0.3 ±1.0 44 41 48 10 43 42 120 49 50 51 70mm 10 120 60 52 3 40 39 38 PRE 3200 1/250 37 36 35 34 33 29 Pictogram reisbestemming......................164 31 30 29 41 Continu opname-stand.............. 38, 40, 133 42 Tegenlicht (HDR)................................................37 Aanduiding “datum niet ingesteld” 30 .........................................................................164, 199 Ruisond. serieopname/eén opname 43 ....................................
1/250 F5.6 1/250 59 53 54 10m 0s 9999 F5.6 60 55 56 57 58 1/250 F5.6 10m 0s 9999 1/250 61 F5.6 25m 0s 9999 62 Scherpstelveld (AF met doelopsporing) 57 Spot lichtmeetveld........................................ 132 58 Centrum-gericht-veld.................................. 132 59 Histogr. weerg./verberg.............................. 167 53 ............................................................................63, 141 Scherpstelveld (centrum/handmatig) 54 ..............................
Voor weergave 1 2 3 456 7 8 9 10 Demostand 12 13 24 23 22 21 20 11 14 15 16 17 19 18 1 Pictogram Beveiligen................................... 159 14 Filmopties............................................................150 2 Reeksweergave (als Individuele foto's is geselecteerd) .................................................... 160 15 Eenvoudig panorama-aanduiding .........43 3 Pictogram Huid verzachten........................85 17 Pictogram uitsnede.......................................
Toonniveau-informatie U kunt controleren op verlies van contrastdetails in de lichte gebieden en de schaduwpartijen in het histogram dat wordt weergegeven of het knipperende display voor elk toonniveau. Ze bieden richtlijnen voor het instellen van de helderheid met functies zoals belichtingscorrectie. 4/4 14 13 12 11 10 1/250 F 5.6 1 2 3 4 5 6 100 +1.0 0004.JPG 15/11/2018 15:30 9 2 Histogram1 3 Toonniveau2 4 ISO-waarde.........................................................
Aan de slag De camerariem bevestigen.........................................................................................................15 De objectiefdop en de zonnekap bevestigen......................................................................15 De batterij en geheugenkaart plaatsen .................................................................................16 De batterij opladen.................................................................................................................
De camerariem bevestigen Maak de riem aan de linker- en rechterkant van de camera vast. De objectiefdop en de zonnekap bevestigen • Wanneer u geen foto's maakt, breng dan de objectiefdop aan om het objectief te beschermen. • De zonnekap houdt licht tegen dat een negatieve invloed heeft op het beeld en helpt ook de camera te beschermen. Gebruik de zonnekap niet wanneer u met een flitser opneemt of wanneer de AF-hulpverlichting voor de opname vereist is.
De batterij en geheugenkaart plaatsen Batterijvergrendeling Geheugenkaartsleuf • Houd de pluspool en minpool van de batterij in de juiste richting, duw de oranje batterijvergrendeling (3) opzij en plaats de batterij helemaal in het batterijvak (4). • Duw de geheugenkaart in de sleuf tot deze op zijn plaats klikt (5). • Zorg ervoor dat u de batterij of geheugenkaart niet ondersteboven of achterstevoren plaatst, want dit zou tot een functiestoring van de camera kunnen leiden.
De batterij opladen Lichtnetlaadadapter* Stopcontact Camera-aan-lampje (laadlampje) USB-kabel (meegeleverd) * Een stekkeradapter is aangebracht afhankelijk van het land of de regio van aanschaf. De vorm van de stekkeradapter varieert afhankelijk van het land of de regio van aanschaf. • Het opladen begint als de camera is aangesloten op een stopcontact terwijl de batterij is geplaatst, zoals in de illustratie wordt weergegeven.
B Opmerkingen over de USB-kabel • Gebruik geen andere USB-kabel dan de UC-E21. Als u een andere USB-kabel dan de UC-E21 gebruikt, kan dit tot oververhitting, brand of elektrische schokken leiden. • Controleer de vorm en richting van de stekkers en plaats of verwijder de stekkers niet onder een hoek. B Opmerkingen over het opladen van de batterij • De camera kan worden gebruikt terwijl de batterij wordt opgeladen, maar de oplaadtijd neemt dan wel toe.
Camera instellen 1 Schakel de camera in. • Gebruik de multi-selector om instellingen te selecteren en aan te passen. Multi-selector Hoofdschakelaar Omhoog Links k-knop (selectie toepassen) Rechts Omlaag • Een taalselectievenster wordt weergegeven. Druk op H of I op de multi-selector om een taal te markeren en druk op k om te selecteren. • De taal kan op elk gewenst moment worden gewijzigd met behulp van de optie Taal/Language in het setup-menu (A113).
5 Voer de huidige datum en tijd in en druk op k. Datum en tijd • Druk op J of K om items te markeren en druk op H of I om te wijzigen. • Selecteer het minutenveld en druk op k om de instelling te bevestigen. D M J u m 01 01 2018 00 00 Bewerk. 6 Wanneer hierom wordt gevraagd, druk op H of I om Ja te markeren en druk op k. • De camera gaat naar de opnameweergave zodra setup is voltooid.
Basisstappen voor fotograferen en weergeven Beelden opnemen..........................................................................................................................22 Beelden weergeven.......................................................................................................................27 Beelden wissen................................................................................................................................
Beelden opnemen De stand A (auto) wordt hier als voorbeeld gebruikt. Met de stand A (auto) kunt u algemene opnamefuncties uitvoeren in een reeks van verschillende opnameomstandigheden. 1 Draai de standknop naar A. Aantal resterende opnamen • Aanduiding batterijniveau b: het batterijniveau is hoog. B: het batterijniveau is laag. • Druk op de s (weergave)-knop om de informatie die wordt weergegeven op het scherm om te schakelen. 1/250 F5.
3 Kadreer het beeld. • Beweeg de zoomknop of de zijzoomknop om de positie van het zoomobjectief te veranderen. • Als u het onderwerp uit het oog verliest tijdens het maken van opnamen in de telezoomstand, drukt u op de p (terugkeerzoom)-knop om het zichtbare gebied tijdelijk te verbreden, zodat u het onderwerp eenvoudiger kunt kadreren.
4 Druk de ontspanknop half in. • De ontspanknop half indrukken betekent dat de knop wordt ingedrukt en vastgehouden op het punt waar u een lichte weerstand voelt. • Zodra het onderwerp scherp is, wordt het scherpstelveld of de scherpstelaanduiding groen weergegeven. • Als u digitale zoom gebruikt, stelt de camera scherp in het midden van het kader; het scherpstelveld wordt niet weergegeven. • Als het scherpstelveld of de scherpstelaanduiding knippert, kan de camera niet scherpstellen.
De ingebouwde flitser gebruiken In situaties waarin moet worden geflitst, zoals donkere ruimtes of situaties waarin het onderwerp in tegenlicht staat, beweegt u K (pop-upknop voor de flitser) eerst omlaag om de ingebouwde flitser op te klappen. • Als u de ingebouwde flitser niet wilt gebruiken, duw de ingebouwde flitser dan voorzichtig omlaag totdat deze vastklikt.
Wisselen tussen de monitor en de zoeker Het wordt aanbevolen de zoeker te gebruiken als felle verlichting het moeilijk maakt om de monitor te bekijken, bijvoorbeeld buiten als de zon schijnt. • Als u uw gezicht dicht bij de zoeker brengt, reageert de oogsensor hierop en wordt de zoeker ingeschakeld, terwijl de monitor wordt uitgeschakeld (standaardinstelling). • U kunt tevens op de x (monitor)-knop drukken om de weergave tussen de monitor en de zoeker te wisselen.
Beelden weergeven 1 Druk op de c (weergave)-knop om de weergavestand in te schakelen. • Als u de c-knop ingedrukt houdt terwijl de camera uitgeschakeld is, schakelt de camera de weergavestand in. 2 Gebruik de multi-selector om een beeld voor weergave te selecteren. • Houd HIJK ingedrukt om snel door de beelden te scrollen. • Beelden kunnen ook geselecteerd worden door de multi-selector te draaien. • Druk op de s (weergave)-knop om de informatie die wordt weergegeven op het scherm om te schakelen.
Beelden wissen 1 Druk op de l (wissen)-knop om het beeld te wissen dat op het scherm wordt weergegeven. 2 Gebruik de multi-selector HI om de gewenste wismethode te selecteren en druk op de k-knop. • Druk op de d-knop om het menu te verlaten zonder te wissen. 3 Wissen Huidig beeld Wis gesel. beeld(en) Alle beelden Selecteer Ja en druk op de k-knop. • Gewiste beelden kunnen niet worden hersteld.
Het beeldselectiescherm gebruiken om te wissen 1 Gebruik de multi-selector JK of draai deze om het beeld te selecteren dat u wilt wissen. Wis gesel. beeld(en) • Beweeg de zoomknop (A2) in de richting van g (i) om naar schermvullende weergave of f (h) om naar miniatuurweergave te wisselen. Terug 2 Gebruik HI om ON of OFF te selecteren. Wis gesel. beeld(en) • Als ON geselecteerd is, wordt een pictogram onder het geselecteerde beeld weergegeven.
Opnamefuncties Een opnamestand selecteren ....................................................................................................31 A (automatisch)-stand................................................................................................................32 Onderwerpstand (opname op basis van de opnameomstandigheden) ...................33 Creatieve stand (speciale effecten toepassen tijdens opname)....................................
Een opnamestand selecteren U kunt de standknop draaien om de gewenste opnamestand uit te lijnen met de markering op de camerabody. • Stand A (auto) Selecteer deze stand om algemene opnamefuncties uit te voeren in verschillende opnameomstandigheden. • y, g en L (onderwerp)-standen Wanneer u een van de onderwerpstanden op basis van de opnameomstandigheden selecteert, kunt u foto's maken met de juiste instellingen voor die omstandigheden. - y: Druk op de d-knop en selecteer een onderwerpstand. Als u Autom.
A (automatisch)-stand Selecteer deze stand om algemene opnamefuncties uit te voeren in verschillende opnameomstandigheden. • De camera detecteert het hoofdonderwerp en stelt hierop scherp (AF met doelopsporing). Als een gezicht herkend wordt, stelt de camera automatisch met prioriteit hierop scherp. • Zie “Autofocus gebruiken” (A61) voor meer informatie.
Onderwerpstand (opname op basis van de opnameomstandigheden) Wanneer u een van de onderwerpstanden op basis van de opnameomstandigheden selecteert, kunt u foto's maken met de juiste instellingen voor die omstandigheden. g Maan (A40)1, 2, 3, L Vogels bekijken (A40)1 Draai de standknop naar g of L en maak foto's. y Autom. scènekeuzekn.
Tips en opmerkingen over de onderwerpstand y M x Autom. scènekeuzekn. • Wanneer u de camera op het onderwerp richt, herkent de camera automatisch de opnameomstandigheden en past de opname-instellingen dienovereenkomstig aan.
y M d Sport • Als de ontspanknop volledig wordt ingedrukt, worden continu beelden gemaakt. • De camera kan ongeveer 7 beelden continu opnemen met een snelheid van ongeveer 7 bps. • De beeldsnelheid bij continu-opnamen kan laag worden, afhankelijk van de huidige instelling voor beeldkwaliteit en beeldformaat, de gebruikte geheugenkaart of opnameomstandigheden. • Scherpstelling, belichting en tint voor het tweede en volgende beeld zijn vast ingesteld op de waarden die zijn vastgesteld bij het eerste beeld.
y M X Nachtlandschap • Selecteer op het scherm dat wordt weergegeven wanneer X Nachtlandschap geselecteerd is, de optie u Uit de hand (standaardinstelling) of w Statief. • u Uit de hand (standaardinstelling): - Druk de ontspanknop helemaal in om een reeks beelden vast te leggen die tot een enkel beeld gecombineerd en opgeslagen worden. - Wanneer de ontspanknop helemaal is ingedrukt, houdt u de camera stil tot een foto wordt weergegeven.
y M u Voedsel • De instelling voor de scherpstelstand (A61) wordt gewijzigd naar D (macro-close-up) en de camera zoomt automatisch in op de kortste afstand waarop scherpgesteld kan worden. • U kunt de tint aanpassen met de instelschijf. De kleurinstelling wordt opgeslagen in het geheugen van de camera en blijft bewaard, ook als de camera wordt uitgeschakeld. 1/250 F5.6 • U kunt het scherpstelveld verplaatsen.
y M O Dierenportret • Wanneer u de camera op een hond of kat richt, herkent de camera het gezicht van het huisdier en stelt hierop scherp. Zodra het gezicht van een hond of kat wordt herkend (dierenp. autom. ontsp.), ontspant de sluiter automatisch in de standaardinstelling. • Selecteer U Enkelvoudig of V Continu op het scherm dat wordt weergegeven wanneer O Dierenportret is geselecteerd. - U Enkelvoudig: wanneer het gezicht van een hond of kat wordt herkend, neemt de camera één beeld op.
y M m Meerv. belicht. Lichter • De camera legt automatisch bewegende voorwerpen vast met regelmatige tussenpozen, vergelijkt elk beeld waarbij alleen de heldere gedeelten worden opgenomen in de compositie en slaat deze vervolgens op als één beeld. Zo worden lichtsporen vastgelegd zoals bewegende autolichten of bewegende sterren. • Selecteer op het scherm dat wordt weergegeven wanneer m Meerv. belicht. Lichter is geselecteerd, de optie n Nacht + lichtsporen of W Sterrensporen.
C Resterende tijd U kunt de resterende tijd tot de automatische beëindiging van de opname controleren op het scherm. Opname stoppen g Maan • In de groothoekzoomstand wordt het kader weergegeven om de beeldhoek aan te duiden die equivalent is met die van een 1000 mm-objectief (in kleinbeeldformaat [135]) (standaardinstelling). Wanneer u de maan in het kader kadreert en op de k-knop drukt, zoomt de camera in, zodat het gebied in het kader de volledige beeldhoek (brandpuntsafstand) inneemt.
Opname met eenvoudig panorama Draai de standknop naar y M d-knop M p Eenvoudig panorama M k-knop 1 Selecteer W Normaal (180°) of X Breed (360°) als opnamebereik en druk op de k-knop. Eenvoudig panorama Normaal (180°) Breed (360°) 2 Kadreer de eerste rand van het panorama en druk vervolgens de ontspanknop half in om scherp te stellen. • De zoom is vast ingesteld op de groothoekstand. • De camera stelt scherp in het midden van het beeld. 1/250 3 F5.
Voorbeeld van camerabeweging • Gebruik uw lichaam als de draaias en beweeg de camera langzaam in een boog in de richting van de markering (KLJI). • De opname wordt gestopt als de aanduiding niet binnen circa 15 seconden de rand bereikt (wanneer W Normaal (180°) is geselecteerd) of binnen circa 30 seconden (wanneer X Breed (360°) is geselecteerd) vanaf het begin van de opname.
Weergave met eenvoudig panorama Schakel naar de weergavestand (A27), geef de foto gemaakt met eenvoudig panorama weer in de schermvullende weergave en druk vervolgens op de k-knop om de foto in de richting te scrollen die bij de opname werd gebruikt. • Draai de multi-selector om snel vooruit of terug te bladeren. 4/4 0004.JPG 15/11/2018 15:30 Tijdens de weergave worden op het scherm bedieningsknoppen getoond.
Creatieve stand (speciale effecten toepassen tijdens opname) Pas effecten toe op beelden tijdens de opname. • Er zijn vijf effectgroepen beschikbaar: Licht (standaardinstelling), Diepte, Geheugen, Klassiek en Noir. 1 Druk op de k-knop. • Het scherm voor het selecteren van effecten wordt weergegeven. 2 Gebruik de multi-selector J K om een effect te selecteren. Effectgroep Licht • De effectgroep kan worden gewijzigd door de instelschijf te draaien.
4 Gebruik J K om de gewenste optie te markeren en druk vervolgens op I. • Selecteer Hoeveelheid, Belichtingscompensatie, Contrast, Kleurtoon, Verzadiging, Filter of Helderheid langs buitenranden. De opties die kunnen worden geselecteerd, variëren afhankelijk van de groep. 5 Hoeveelheid Terug Herstel Pas aan Gebruik J K om het effectniveau aan te passen en druk op de k-knop. Hoeveelheid 70 Terug 6 Bevest. Druk op de ontspanknop of de filmopnameknop b (e filmopname) om een opname te maken.
Standen j, k, l en m (belichting voor opname instellen) In de standen j, k, l en m kunt u de belichting (combinatie van sluitertijd en f-waarde) instellen afhankelijk van de opnameomstandigheden. Ook kunt u grotere controle krijgen bij het maken van opnamen door de opties in het opnamemenu (A116) in te stellen. Opnamestand Beschrijving j Programma-autom. U kunt de sluitertijd en f-waarde laten aanpassen door de camera.
Tips voor het instellen van de belichting Het gevoel van dynamiek en de hoeveelheid onscherpte op de achtergrond bij onderwerpen verschilt, afhankelijk van de combinatie van sluitertijd en f-waarde, zelfs als de belichting hetzelfde is. Effect van de sluitertijd De camera kan een snel bewegend onderwerp statisch laten lijken met een korte sluitertijd of de beweging van een bewegend onderwerp benadrukken met een lange sluitertijd. Sneller dan 1/1000 sec. Langzamer dan 1/30 sec.
• Hoe dichter het objectief is bij de telezoomstand, hoe kleiner het diafragmabereik wordt. De fwaarde is vastgelegd op f/8.0 wanneer de zoom zich in de telezoomstand bevindt voorbij de brandpuntsafstand die overeenkomt met die van een 2800 mm-objectief (in kleinbeeldformaat [135]). C De belichting instellen tijdens het opnemen van films Tijdens het opnemen van films in j, k, l, m of M, worden de ingestelde sluitertijd en f-waarde niet toegepast.
Het regelbereik van de sluitertijd (standen j, k, l en m) Het regelbereik van de sluitertijd verschilt, afhankelijk van zoomstand, f-waarde of ingestelde ISO-waarde. Daarnaast verandert het regelbereik in de volgende continu-opnamestanden. Instelling ISO-waarde (A137)1 Continu (A133) 1 2 3 4 5 Regelbereik Automatisch2, Vast bereik autom.2 1/40003, 4–1 sec. (standen j, k, en l) 1/40003, 4–30 sec. (stand m)5 ISO 100 1/40003, 4–8 sec. (standen j, k, en l) 1/40003, 4–30 sec.
Fotograferen met de instelling Bulb of Time (in de stand m) Gebruik de instelling Bulb of Time om beelden met een lange tijdopname op te nemen, zoals foto's van vuurwerk, nachtlandschappen, de nachtelijke hemel of de lichtsporen van wagens. De maximale belichtingstijd voor zowel de instelling Bulb als Time bedraagt 60 seconden. Bulb De sluiter blijft open terwijl de ontspanknop wordt ingedrukt, en wordt gesloten wanneer de knop wordt losgelaten.
C Lange tijdopnamen • Het kan langer duren om beelden op de camera op te slaan als een lange sluitertijd tijdens de opname wordt gebruikt. • Het is aan te bevelen een voldoende opgeladen batterij of de lichtnetadapter EH-5b/EH-5c en de stroomaansluiting EP-5C te gebruiken (beide afzonderlijk verkrijgbaar) (A208) om te voorkomen dat de camera onverwacht uitschakelt.
Stand M (User Settings) Combinaties van instellingen die veelvuldig worden gebruikt voor opnamen met j (automatisch programma), k (sluitertijdvoorkeuze), l (diafragmavoorkeuze) of m (handmatig), kunnen worden opgeslagen in M. Draai de keuzeknop naar M om de instellingen op te roepen die opgeslagen zijn in Bewaar user settings. • Kadreer het onderwerp en maak de foto met deze instellingen of wijzig de instellingen, indien nodig. De volgende instellingen kunnen worden opgeslagen.
Instellingen opslaan in stand M (bewaar user settings) De veelvuldig gebruikte instellingen in de standen j, k, l en m kunnen worden opgeslagen. Op het moment van aankoop, zijn de standaardinstellingen van de stand j opgeslagen. 1 Draai de standknop naar j, k, l, m of M. • Als u de opnamestand wilt wijzigen, selecteert u j, k, l of m. • Als u de opgeslagen opnamestand niet wilt wijzigen, selecteert u M. 2 Schakel over op een vaak gebruikte combinatie van opname-instellingen.
Opnamefuncties instellen met de multi-selector Als het opnamescherm wordt weergegeven, kunt u op de multi-selector H (m) J (n) I (p) K (o) drukken om de hieronder beschreven functies in te stellen. • m Flitsstand U kunt de flitsstand instellen die geschikt is voor de opnameomstandigheden. • n Zelfontspanner/Glimlachtimer De camera ontspant de sluiter wanneer de opgegeven tijd verstreken is nadat u de ontspanknop heeft ingedrukt.
Flitsstand U kunt de flitsstand instellen die geschikt is voor de opnameomstandigheden. 1 Beweeg K (pop-upknop voor de flitser) om de ingebouwde flitser uit te klappen. • Wanneer de ingebouwde flitser omlaag is, is de flitser uitgeschakeld en wordt S weergegeven. • Zorg ervoor dat de ingebouwde flitser ingeklapt is wanneer u een Speedlight gebruikt. • Zie “Speedlights (externe flitsereenheden)” (A210) voor meer informatie. 2 Druk op de multi-selector H (m).
Beschikbare flitsstanden U Automatisch Indien nodig treedt de flitser in werking, zoals bij weinig licht. • De flitsstandaanduiding op het opnamescherm wordt alleen direct na het instellen weergegeven. Autom. met rode-ogenred./Rode-ogenreductie V Reduceer rode ogen door de flitser in portretten (A57). • Als Rode-ogenreductie is geselecteerd, ontsteekt de flitser altijd wanneer er een foto wordt gemaakt. Invulflits/Standaardflits X De flitser ontsteekt altijd wanneer er een foto wordt gemaakt.
C De flitsstandinstelling De beschikbare flitsstanden verschillen afhankelijk van de opnamestand. Flitsstand U Automatisch V Autom. met rodeogenred. Rode-ogenreductie X Invulflits Standaardflits Y Lange sluitertijd Z 1 2 Synchr.
Zelfontspanner De camera ontspant de sluiter wanneer de opgegeven tijd verstreken is nadat u de ontspanknop heeft ingedrukt. Stel Vibratiereductie (A171) in het setup-menu in op Uit wanneer bij fotograferen gebruik wordt gemaakt van een statief om de camera te stabiliseren. Zie “Een statief gebruiken” (A23) wanneer een statief wordt gebruikt. 1 Druk op de multi-selector J (n). 2 Selecteer de tijd die verstrijkt voor de camera de sluiter ontspant, en druk op de k-knop.
4 Druk de ontspanknop helemaal in. • De scherpstelling en belichting worden vergrendeld en het aftellen begint. Het zelfontspannerlampje knippert en blijft ongeveer één seconde branden voordat de sluiter wordt ontspannen. • Nadat de sluiter is ontspanner, wordt de zelfontspanner ingesteld op OFF.* • Om het aftellen te stoppen, drukt u nogmaals op de ontspanknop. 9 1/250 F5.6 * Als de opnamestand Maan is, wordt de zelfontspanner niet automatisch ingesteld op OFF.
Glimlachtimer (glimlachende gezichten automatisch fotograferen) Wanneer de camera een lachend gezicht herkent, kunt u automatisch een foto maken zonder de ontspanknop in te drukken. • Deze functie kan worden gebruikt als de opnamestand A (auto), j, k, l, m of M is of als de onderwerpstand Portret of Nachtportret is. 1 Druk op de multi-selector J (n). • Wijzig de flitsstand, de belichting of de instellingen voor de opnamestand voordat u op J drukt. 2 Selecteer a (glimlachtimer) en druk op de k-knop.
Autofocus gebruiken Zet de selectieknop voor scherpstelstand op q (autofocus) om autofocus te gebruiken. De scherpstelstand selecteren U kunt de scherpstelstand selecteren die geschikt is voor de opnameafstand. 1 Druk op de multi-selector I (p). 2 Selecteer de gewenste scherpstelstand (A62) en druk op de k-knop. • Als u niet op de knop k drukt om de instelling toe te passen, wordt de selectie geannuleerd.
Beschikbare scherpstelstanden A Autofocus Gebruik deze stand als het onderwerp zich 30 cm of meer, of 7,0 m of meer van het objectief bevindt in de uiterste telezoomstand. • Het pictogram van de scherpstelstand op het opnamescherm wordt alleen direct na het instellen weergegeven. D Macro-close-up Stel in bij het maken van close-upfoto's.
AF met doelopsporing gebruiken In de stand A (auto) of de creatieve stand, of wanneer AF-veldstand (A140) in de stand j, k, l, m of M is ingesteld op AF met doelopsporing, voert de camera de scherpstelling op de hieronder beschreven manier uit als u de ontspanknop half indrukt. • De camera detecteert het hoofdonderwerp en stelt hierop scherp. Zodra het onderwerp scherp is, wordt het scherpstelveld groen weergegeven. Als een gezicht herkend wordt, stelt de camera automatisch met prioriteit hierop scherp.
Gezichtsdetectie gebruiken In de volgende instellingen gebruikt de camera gezichtsdetectie om automatisch scherp te stellen op gezichten. • Onderwerpstand Autom. scènekeuzekn., Portret of Nachtportret (A33) • a (glimlachtimer) (A60) • Wanneer AF-veldstand (A140) is ingesteld op 1/250 F5.6 Gezichtprioriteit Als de camera meer dan één gezicht herkent, wordt een dubbele rand weergegeven om het gezicht waarop de camera scherpstelt en enkele randen om de andere gezichten.
Huid verzachten gebruiken Als in de onderwerpstand Autom. scènekeuzekn., Portret of Nachtportret menselijke gezichten worden herkend, verwerkt de camera het beeld om de huidtinten van de gezichten te verzachten alvorens het beeld op te slaan (maximaal drie gezichten). Huid verzachten kan ook toegepast worden op opgeslagen beelden in de weergavestand (A85). B Opmerkingen over huid verzachten • Er is meer tijd nodig voor het opslaan van foto's na de opname dan gebruikelijk.
Scherpstelvergrendeling Gebruik de scherpstelvergrendeling om creatieve composities vast te leggen, zelfs als het scherpstelveld is ingesteld op het midden van het beeld. 1 Positioneer het onderwerp in het midden van het beeld en druk de ontspanknop half in. • De camera stelt scherp op het onderwerp en het scherpstelveld wordt groen weergegeven. • De belichting wordt ook vergrendeld. 2 1/250 F5.6 1/250 F5.6 25m 0s 1400 Pas de kadrering aan zonder uw vinger van de knop te halen.
Handmatige scherpstelling gebruiken Stel de selectieknop voor scherpstelstand in op r (handmatige scherpstelling) om de scherpstelling handmatig aan te passen. 1 Gebruik de multi-selector of de instelring om de scherpstelling aan te passen. 5 • Druk op J om de weergave te schakelen tussen 1×, 4 0.3m 3 2× en 4×. 2 1 • Om de scherpstelling met meer detail te wijzigen, 0 draait u langzaam aan de multi-selector of instelring. x4 x1 • Als K wordt ingedrukt, wordt de camera 1/250 F5.
C Handmatige scherpstelling • De cijfers van de meter aan de rechterkant van het scherm die bij stap 1 worden getoond, dienen als richtlijn voor de afstand tot een onderwerp dat scherpgesteld is als de meter dicht bij het midden is. • De dichtste positie waarop de camera kan scherpstellen, is afhankelijk van de zoomstand. Wanneer de zoom op de maximale groothoekstand staat, kan de camera scherpstellen tot op een afstand van circa 1 cm tot het objectief.
Belichtingscompensatie (helderheidsinstelling) U kunt de helderheid van het hele beeld instellen. 1 Druk op de multi-selector K (o). 2 Selecteer een correctiewaarde en druk op de k-knop. Aanduiding Belichtingscompensatie • Om het beeld lichter te maken, stelt u een positieve (+) waarde in. • Om het beeld donkerder te maken, stelt u een negatieve (–) waarde in. • De correctiewaarde wordt toegepast, zelfs zonder de k-knop in te drukken.
De w (functie)-knop gebruiken Als u op de w-knop in de stand j, k, l, m of M drukt, kunt u snel de vooraf opgeslagen menuopties configureren. • De hieronder weergegeven menuopties kunnen worden opgeslagen. Beeldkwaliteit (A121) Beeldformaat (A123) Picture Control (A124) Witbalans (A129) Lichtmeting (A132) 1 Continu (A133) ISO-waarde (A137) AF-veldstand (A140) Vibratiereductie (A171) Druk op de w (functie)-knop wanneer het opnamescherm wordt weergegeven.
De zoom gebruiken Wanneer u de zoomknop bedient, verandert de positie van het zoomobjectief. • Inzoomen: naar g bewegen • Uitzoomen: naar f bewegen • Door de zoomknop volledig naar links of rechts te draaien, zal de zoom snel worden ingesteld (behalve bij het opnemen van films). • De zoom kan ook worden bediend door de zijzoomknop richting g of f te bewegen. De functie van de zijzoomknop kan worden ingesteld onder Zijzoomknop toewijzen (A173) in het setup-menu.
C Zoomsnelheid bij het opnemen van films De zoomsnelheid bij gebruik van de zijzoomknop is trager dan wanneer de zoomknop wordt gebruikt. Gebruik de zoomknop voor een snellere zoomsnelheid wanneer een film wordt opgenomen. De terugkeerzoom gebruiken Als u het onderwerp uit het oog verliest tijdens het maken van opnamen in de telezoomstand, drukt u op de p (terugkeerzoom)-knop om het zichtbare gebied tijdelijk te verbreden, zodat u het onderwerp eenvoudiger kunt kadreren.
Standaardinstellingen (flitser, zelfontspanner en scherpstelstand) De standaardinstellingen voor elke opnamestand worden hieronder aangeduid. Flitsstand (A54) A (auto) Zelfontspanner Scherpstelstand (A54) (A54) U OFF1 A U2 OFF A2 V OFF1 A2 OFF B2 y x (autom. scènekeuzekn.
Flitsstand (A54) Zelfontspanner Scherpstelstand (A54) (A54) g (maan) W2 n3s B2 L (vogels bekijken) W2 OFF A11 u (handmatige film) W2 OFF A p (creatief) U OFF A5 j, k, l en m X OFF1 A M (user settings) X OFF1 A 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 Glimlachtimer kan ook worden geselecteerd. Kan niet gewijzigd worden. Kan niet gewijzigd worden.
Functies die niet tegelijkertijd gebruikt kunnen worden tijdens de opname Sommige functies kunnen niet worden gebruikt in combinatie met andere menu-instellingen. Beperkte functie Flitsstand Instelling Beschrijving Scherpstelstand (A61) Wanneer B (oneindig) geselecteerd is, kan de flitser niet worden gebruikt. Continu (A133) De flitser kan niet worden gebruikt (behalve voor Intervalopnamen). Belichtingsbracketing De flitser kan niet worden gebruikt.
Beperkte functie Instelling Beschrijving AF-veldstand (A140) Als Onderwerp volgen is geselecteerd, kan Monochroom niet ingesteld worden. Actieve D-Lighting (A144) Als Actieve D-Lighting wordt gebruikt, kan Contrast in de handmatige instelling niet worden ingesteld. Witbalans Picture Control (A124) Als Monochroom is geselecteerd, wordt Witbalans vast ingesteld op Automatisch (normaal).
Beperkte functie AF-veldstand Autofocus-stand Meervoudige belichting Monitorinstellingen Instelling Beschrijving Glimlachtimer (A60) De camera maakt foto's met gezichtsdetectie, ongeacht de geselecteerde AF-veldstand. Scherpstelstand (A61) Als voor de opname een andere instelling dan Onderwerp volgen is geselecteerd en B (oneindig) wordt geselecteerd als de scherpstelstand, stelt de camera scherp op oneindig, ongeacht de geselecteerde AF-veldstand.
Beperkte functie Digitale zoom Instelling Beschrijving Glimlachtimer (A60) Als de glimlachtimer is geselecteerd, kan digitale zoom niet worden gebruikt. Beeldkwaliteit (A121) Als RAW, RAW + Fine of RAW + Normal is geselecteerd, kan digitale zoom niet worden gebruikt. AF-veldstand (A140) Als Onderwerp volgen is geselecteerd, kan digitale zoom niet worden gebruikt. Zoomgeheugen (A147) Als Zoomgeheugen is ingesteld op Aan, kan digitale zoom niet worden gebruikt.
Weergavefuncties Zoomweergave ...............................................................................................................................80 Miniatuurweergave/Kalenderweergave ................................................................................81 Met continu-opname gemaakte beelden weergeven en wissen (reeks)...................82 Beelden bewerken .........................................................................................................................
Zoomweergave Door de zoomknop naar g (i zoomweergave) te bewegen in de schermvullende weergave (A27), wordt op het beeld ingezoomd. 4/4 0004. JPG 15/11/2018 15:30 Schermvullende weergave g (i) g (i) f (h) 3.0 Er wordt ingezoomd op het beeld. Aanduiding weergegeven gebied • U kunt de zoomfactor wijzigen door de zoomknop richting f (h) of g (i) te bewegen. De zoom kan ook ingesteld worden door de instelschijf te draaien. • Druk op de multi-selector HIJK om een ander deel van het beeld te bekijken.
Miniatuurweergave/Kalenderweergave Door de zoomknop naar f (h miniatuurweergave) te bewegen in de schermvullende weergave (A27), worden de beelden als miniatuurweergaven weergegeven. 1/20 0004.
Met continu-opname gemaakte beelden weergeven en wissen (reeks) Beelden in een reeks weergeven Met continu-opname gemaakte beelden worden als een reeks opgeslagen. Het eerste beeld van een reeks wordt als de hoofdfoto gebruikt om de reeks aan te duiden wanneer deze in de schermvullende weergave of miniatuurweergave (standaardinstelling) wordt weergegeven. Druk op de k-knop om elk beeld in de reeks afzonderlijk weer te geven. 4/8 0004.
Beelden in een reeks wissen Welke beelden worden gewist als bij beelden in een reeks de l (wissen)-knop wordt ingedrukt, verschilt afhankelijk van hoe de reeksen worden weergegeven. • Bij weergave van de hoofdfoto: - Huidig beeld: Alle beelden in de weergegeven reeks worden gewist. - Wis gesel. beeld(en): Als een hoofdfoto is geselecteerd op het scherm voor het wissen van geselecteerde beelden (A115), worden alle beelden in de desbetreffende reeks gewist.
Snel retoucheren: contrast en verzadiging verbeteren Druk op de c-knop (weergavestand) M selecteer een beeld M d-knop M Snel retoucheren M k-knop Gebruik de multi-selector HI om de gewenste mate van effecttoepassing te selecteren en druk op de k-knop. Snel retoucheren • De bewerkte versie wordt aan de rechterzijde weergegeven. • Om het scherm te verlaten zonder de kopie op te slaan, drukt u op J.
Huid verzachten: voor zachte huidtinten Druk op de c-knop (weergavestand) M selecteer een beeld M d-knop M Huid verzachten M k-knop 1 Gebruik de multi-selector HI om de gewenste mate van effecttoepassing te selecteren en druk op de k-knop. • Om het scherm te verlaten zonder de kopie op te slaan, drukt u op J. Huid verzachten Normaal Waarde 2 Bekijk het resultaat en druk op de k-knop. • Het bewerkte gezicht wordt ingezoomd.
Filtereffecten: effecten toepassen m.b.v. digitaal filter Druk op de c-knop (weergavestand) M selecteer een beeld M d-knop M Filtereffecten M k-knop Optie Beschrijving Zacht portret Legt de achtergrond van mensen onscherp vast. Als er geen mensen worden herkend, wordt scherpgesteld op het gebied in het midden van het beeld en wordt de omgeving onscherp vastgelegd. Selectieve kleur Behoudt alleen de geselecteerde beeldkleur en maakt andere kleuren zwart-wit.
2 Gebruik HI om de kleur te selecteren en druk op de k-knop. 3 Bekijk het resultaat en druk op de k-knop. Selectieve kleur Voorbeeld • Er wordt een bewerkte kopie gemaakt. • Om het scherm te verlaten zonder de kopie op te slaan, drukt u op J. Terug Opslaan Kleine afbeelding: het beeldformaat verkleinen Druk op de c-knop (weergavestand) M selecteer een beeld M d-knop M Kleine afbeelding M k-knop 1 Gebruik de multi-selector HI om het gewenste kopieformaat te selecteren en druk op de k-knop.
Uitsnede: een uitgesneden kopie maken 1 2 Beweeg de zoomknop om het beeld te vergroten (A80). Pas het beeld zodanig aan dat alleen het gedeelte wordt weergegeven dat u wilt bewaren. Druk vervolgens op de d (menu)-knop. • Om de zoomfactor in te stellen, beweegt u de zoomknop naar g (i) of f (h). Stel een zoomfactor in waarbij u wordt weergegeven. • Gebruik de multi-selector HIJK om naar het gedeelte van het beeld te scrollen dat u wilt weergeven. 3 Controleer het beeld en druk op de k-knop. 3.
Films Basisbewerkingen bij het opnemen en weergeven van films .......................................90 Foto's opslaan tijdens filmopname..........................................................................................93 Handmatige film (de belichting voor filmopname instellen).........................................94 Time-lapse-films opnemen .........................................................................................................96 Superlapsefilms opnemen ........................
Basisbewerkingen bij het opnemen en weergeven van films 1 Geef het opnamescherm weer. Filmbeeld • Controleer de resterende filmopnametijd (A91, 150). • U wordt geadviseerd het filmkader weer te geven dat het gebied aangeeft dat wordt opgenomen in een film (A91). 1/250 F5.6 25m 0s 1400 Resterende filmopnametijd 2 Druk op de b (e filmopname)-knop om de filmopname te stoppen. • De camera stelt scherp op het onderwerp in het midden van het beeld.
Filmkader • Druk op de s-knop om het filmkader (A8) weer te geven. Controleer het bereik van een film in het kader voordat u de opname van de film start. • Het veld dat in een film wordt opgenomen, varieert afhankelijk van de instellingen van Filmopties, Elektronische VR etc. in het filmmenu. Scherpstellen • De scherpstelling kan tijdens filmopname op de volgende manier worden aangepast in overeenstemming met de instelling Autofocus-stand (A153) van het filmmenu.
• Geheugenkaarten met een SD-snelheidsklasse van 6 of hoger worden aanbevolen voor het opnemen van films (tijdens het opnemen van 4K UHD-films op een beeldformaat/ beeldsnelheid van 2160/30p of 2160/25p, worden kaarten met een nominale UHS-snelheidsklasse 3 of sneller aanbevolen). Als een geheugenkaart met een lagere snelheidsklasse wordt gebruikt, kan de filmopname plotseling worden onderbroken.
Foto's opslaan tijdens filmopname Als de ontspanknop tijdens de filmopname helemaal wordt ingedrukt, wordt één beeld als foto opgeslagen (JPEG-beeld). De filmopname gaat verder terwijl de foto wordt opgeslagen. • Er kan een foto worden opgeslagen als Q op het scherm wordt weergegeven. Als f wordt weergegeven, kan geen foto worden opgeslagen. • Het formaat van de opgenomen foto wordt bepaald door het beeldformaat van de film (A150).
Handmatige film (de belichting voor filmopname instellen) In de stand Handmatige film kunt u de diafragmavoorkeuze of handmatige instelling gebruiken om de belichting in te stellen (sluitertijd en f-waarde) tijdens het opnemen van films. Wanneer de f-waarde is ingesteld, bepaalt de camera automatisch de Diafragmavoorkeuze sluitertijd. U kunt de f-waarde wijzigen om het onderwerp, inclusief (standaardinstelling) voorgrond en achtergrond, scherp vast te leggen of de achtergrond bewust onscherp te maken.
5 Druk op de b (e filmopname)-knop om de filmopname te starten. • De sluitertijd of f-waarde kan ook ingesteld worden tijdens het opnemen van films (behalve wanneer een HS-filmoptie geselecteerd is in Filmopties). • Druk de ontspanknop helemaal in om tijdens het opnemen van films een foto vast te leggen (A93). B 1/250 F5.6 +1.
Time-lapse-films opnemen De camera kan automatisch foto's met een gespecificeerd interval vastleggen voor het maken van time-lapse-films van ongeveer 10 seconden lang. • Als de instelling Beeldsnelheid in het filmmenu is ingesteld op 30 bps (30p/60p), dan worden er 300 foto's gemaakt en opgeslagen met e 1080/30p. Als 25 bps (25p/ 50p) is ingesteld, dan worden er 250 foto's gemaakt en opgeslagen met p 1080/ 25p.
3 Stabiliseer de camera door gebruik te maken van een hulpmiddel zoals een statief. • Zie “Een statief gebruiken” (A23) wanneer een statief wordt gebruikt. 4 Druk op de ontspanknop om de eerste foto te maken. 25m 0s • Stel de belichtingscorrectie (A69) in voordat de sluiter voor het eerste beeld wordt ontspannen (bij gebruik van Nachtlucht (150 minuten) of Sterrensporen (150 min.) kan geen 25m 0s belichtingscorrectie worden gebruikt). De 1/250 F5.
Superlapsefilms opnemen De camera neemt films op en slaat deze in fast motion (e 1080/30p of p 1080/25p) op. Gebruik deze optie om een film te maken terwijl u de camera beweegt. De camera comprimeert de tijdsveranderingen in het onderwerp en slaat de film op. Draai de standknop naar y M d-knop M o Superlapsefilm M k-knop 1 Gebruik de multi-selector HI om een afspeelsnelheid te selecteren en druk op de k-knop.
Functies tijdens filmweergave Om het volume aan te passen, beweegt u de zoomknop tijdens de filmweergave (A2). Draai de multi-selector of de instelschijf om snel vooruit of terug te spoelen. Aanduiding volume Op het scherm worden bedieningsknoppen weergegeven. De onderstaande functies kunnen met de multi-selector JK uitgevoerd worden voor het selecteren van een bedieningsknop en vervolgens de k-knop in te drukken. Functie Pictogram Terugspoelen A Houd de k-knop ingedrukt om de film terug te spoelen.
Films bewerken Gebruik een voldoende opgeladen batterij wanneer u films bewerkt: zo voorkomt u dat de camera wordt uitgeschakeld tijdens bewerken. Alleen de gewenste delen van de film kopiëren Het gewenste deel van een opgenomen film kan als apart bestand worden opgeslagen. 1 Speel een gewenste film af en stop op het beginpunt van het gedeelte dat u wilt kopiëren (A99). 2 Gebruik de multi-selector JK om I te selecteren en druk vervolgens op de k-knop. 3 Gebruik HI om J (kies beginpunt) te selecteren.
5 Gebruik HI om m (opslaan) te selecteren en druk op de k-knop. Opslaan • Volg de aanwijzingen op het scherm om de film op te slaan. B Opmerkingen over delen van een film kopiëren • Een door bewerking gemaakte film kan niet opnieuw bewerkt worden. • Het uitgesneden deel van een film kan iets afwijken van het deel dat met het begin- en eindpunt geselecteerd is. • Films met een duur van minder dan twee seconden kunnen niet worden uitgesneden.
De camera aansluiten op een tv, printer of computer Beelden gebruiken...................................................................................................................... 103 Beelden op een tv bekijken ..................................................................................................... 104 Beelden afdrukken zonder computer .................................................................................. 105 Beelden naar een computer overzetten (NX Studio) .................
Beelden gebruiken Behalve het gebruiken van de SnapBridge-app om de vastgelegde beelden te bekijken, kunt u ook de beelden op verschillende andere manieren gebruiken door de camera aan te sluiten op de hieronder beschreven apparaten. Beelden op een tv bekijken Foto's en films die met de camera gemaakt zijn, kunnen op een tv bekeken worden. Aansluitmethode: sluit een apart verkrijgbare HDMI-kabel op de HDMI-aansluiting van de tv aan.
Beelden op een tv bekijken 1 Zet de camera uit en sluit deze op de tv aan. • Controleer de vorm en richting van de stekkers en plaats of verwijder de stekkers niet onder een hoek. HDMI-microaansluiting (type D) naar HDMI-aansluiting 2 Stel de ingang van de tv in op externe ingang. • Raadpleeg de documentatie van uw tv voor meer informatie. 3 Houd de c (weergave)-knop ingedrukt om de camera aan te zetten. • De beelden worden op de tv weergegeven. • Het scherm van de camera wordt niet aangezet.
Beelden afdrukken zonder computer Gebruikers van een PictBridge-compatibele printer kunnen de camera rechtstreeks op de printer aansluiten en foto's afdrukken zonder gebruik te maken van een computer. De camera aansluiten op een printer 1 2 Zet de printer aan. Zet de camera uit en sluit de camera met de USB-kabel op de printer aan. • Controleer de vorm en richting van de stekkers en plaats of verwijder de stekkers niet onder een hoek. 3 De camera wordt automatisch ingeschakeld.
Foto's een voor een afdrukken 1 Gebruik de multi-selector JK om de gewenste foto te selecteren en druk op de k-knop. Afdrukselectie • Beweeg de zoomknop in de richting van f (h) om naar miniatuurweergave of g (i) om naar schermvullende weergave te wisselen. 2 Gebruik HI om Kopieën te selecteren en druk op de k-knop. • Gebruik HI om het gewenste aantal kopieën (maximaal negen) te selecteren en druk op de k-knop.
Meerdere foto's afdrukken 1 Als het Afdrukselectie-scherm wordt weergegeven, drukt u op de d (menu)-knop. 2 Gebruik de multi-selector HI om Papierformaat te selecteren en druk op de k-knop. Afdrukselectie Afdrukmenu Afdrukselectie • Selecteer het gewenste papierformaat en druk op de Druk alle beelden af k-knop. Papierformaat • Om met de voor de printer geconfigureerde instelling van het papierformaat af te drukken, selecteert u Standaard.
Afdrukselectie Selecteer foto's (max. 99) en het aantal kopieën Afdrukselectie (max. 9) van elke foto. • Gebruik de multi-selector JK om foto's te selecteren en gebruik HI om het aantal te 1 1 3 af te drukken kopieën te specificeren. • Foto's die zijn geselecteerd voor afdrukken, worden aangeduid door a en het gewenste aantal kopieën. Om de afdrukselectie te Terug annuleren, stelt u het aantal kopieën op 0 in.
Beelden naar een computer overzetten (NX Studio) Verbind de camera met behulp van de meegeleverde USB-kabel. U kunt vervolgens de Nikon NX Studio-software gebruiken om beelden naar de computer te kopiëren om ze daar weer te geven en te bewerken. Installeren van NX Studio U heeft een internetverbinding nodig om NX Studio te installeren. Bezoek de Nikonwebsite voor de systeemvereisten en andere informatie.
3 Klik op Overspelen starten. • Beelden op de geheugenkaart worden naar de computer gekopieerd. 4 Schakel de camera uit. • Ontkoppel de USB-kabel wanneer de overdracht voltooid is. B Windows 10 en Windows 8.1 Bij Windows 10 en Windows 8.1 kan een Automatisch afspelen-vraag verschijnen wanneer de camera wordt aangesloten. Klik op het dialoogvenster en klik vervolgens op Nikon Transfer 2 om Nikon Transfer 2 te selecteren.
B macOS Wanneer Nikon Transfer 2 niet automatisch start, controleert u of de camera verbonden is en start u vervolgens Image Capture (een toepassing die bij macOS hoort) en selecteert u Nikon Transfer 2 als de toepassing die wordt geopend wanneer de camera wordt gedetecteerd. B Video's overzetten Probeer niet om video's vanaf de geheugenkaart over te zetten terwijl de geheugenkaart in een camera van een ander merk of model is geplaatst.
Het menu gebruiken Menubewerkingen...................................................................................................................... 113 Menulijsten .................................................................................................................................... 116 Het opnamemenu (de algemene opties voor opname) ............................................... 121 Het opnamemenu (stand j, k, l of m).......................................................................
Menubewerkingen U kunt de onderstaande menu's instellen door op de d (menu)-knop te drukken. • • • • • • A Opnamemenu1, 2 G Menu Handmatige filmstand3 e Filmmenu1 c Weergavemenu4 q Menu Netwerk z Setup-menu 1 2 3 Druk op de d-knop wanneer het opnamescherm wordt weergegeven. Menupictogrammen en beschikbare instellingsopties variëren afhankelijk van de opnamestand. Draai de standknop naar u (Handmatige film) en druk op de d-knop wanneer het opnamescherm wordt weergegeven.
4 Selecteer een menuoptie en druk op de k-knop. Tijdzone en datum • Bepaalde menuopties kunnen niet worden ingesteld, afhankelijk van de huidige opnamestand of de status van de camera. • Items kunnen ook geselecteerd worden door de multi-selector te draaien. 5 Selecteer een instelling en druk op de k-knop. De w (functie)-knop gebruiken Als u op de w-knop in de stand j, k, l, m of M drukt, kunt u snel de vooraf opgeslagen menuopties configureren (de standaardinstelling is Continu).
Het beeldselectiescherm Wanneer een beeldselectiescherm zoals het scherm aan de rechterzijde wordt weergegeven bij het bedienen van het cameramenu, volgt u de hieronder beschreven procedures om de beelden te selecteren. Wis gesel. beeld(en) Terug 1 Gebruik de multi-selector JK of draai deze om het gewenste beeld te selecteren. • Beweeg de zoomknop (A2) in de richting van g (i) om naar schermvullende weergave of f (h) om naar miniatuurweergave te wisselen.
Menulijsten Het opnamemenu Schakel de opnamestand in M d-knop Algemene opties (behalve stand Handmatige film) Optie A Standaardinstelling Beeldkwaliteit* Normal 121 Beeldformaat* i 4608×3456 123 * Kan ook worden ingesteld door op de w-knop te drukken (A114). Voor standen j, k, l, m en M Optie A Standaardinstelling Picture Control* Standaard 124 Aang.
Optie A Standaardinstelling Zoomgeheugen Uit 147 Opstartzoomstand 24 mm 148 M belichtingsvoorbeeld Uit 148 * Kan ook worden ingesteld door op de w-knop te drukken (A114). Het menu Handmatige filmstand Draai de standknop naar u (Handmatige film) M d-knop M G-menupictogram M k-knop Optie A Standaardinstelling 94 Belichtingsstand Diafragmavoorkeuze Picture Control Standaard 124 Aang.
Het weergavemenu Druk op de c-knop (weergavestand) M d-knop A Optie 1 2 Markeren voor upload1 157 Snel retoucheren2 84 D-Lighting2 84 Huid verzachten2 85 Filtereffecten2 86 Diashow 158 Beveiligen1 159 Beeld draaien1 159 Kleine afbeelding2 87 Reeksweergaveopties 160 Kies hoofdfoto1 160 Selecteer een beeld in het beeldselectiescherm. Zie “Het beeldselectiescherm” (A115) voor meer informatie. Bewerkte beelden worden als aparte bestanden opgeslagen.
Optie A 162 Standaardw. herstellen Het setup-menu Druk op de d-knop M z menupictogram M k-knop Optie A Tijdzone en datum 164 Ontspan. bij geen kaart 166 Monitorinstellingen 167 Elektr. zoeker autom. aan/uit 169 Datumstempel 169 Zelfontsp.: na ontspann. 170 Vibratiereductie* 171 AF-hulplicht 172 Digitale zoom 172 Zijzoomknop toewijzen 173 Terugkeerzoom 173 Opties voor instelring 174 AE/AF-vergrend.knop 175 Geluidsinstellingen 175 Automatisch uit 176 Geheugenkaart form.
Optie A Best.nr. terugzetten 183 Peaking 184 Standaardwaarden 184 Firmware-versie 184 * Kan ook worden ingesteld door op de w-knop te drukken (A114).
Het opnamemenu (de algemene opties voor opname) Beeldkwaliteit Schakel de opnamestand in* M d-knop M menupictogram M Beeldkwaliteit M k-knop * De beeldkwaliteit kan in elke opnamestand behalve Handmatige film worden ingesteld. Deze instelling wordt ook toegepast op andere opnamestanden (behalve de opnamestand M en de onderwerpstand Eenvoudig panorama). Stel de gebruikte beeldkwaliteit (compressieverhouding) in bij het opslaan van beelden.
C RAW-beelden van deze camera • RAW-beelden kunnen niet op deze camera worden verwerkt. • NX Studio (A109) moet worden geïnstalleerd op de computer om RAW-beelden op de computer te kunnen bekijken. • RAW-beelden kunnen niet rechtstreeks worden bewerkt of afgedrukt. U kunt beelden aanpassen of RAW-beelden verwerken als u RAW-beelden overzet naar een computer en vervolgens gebruikmaakt van software zoals NX Studio (A109).
Beeldformaat Schakel de opnamestand in* M d-knop M menupictogram M Beeldformaat M k-knop * Het beeldformaat kan in elke opnamestand behalve Handmatige film worden ingesteld. Deze instelling wordt ook toegepast op andere opnamestanden (behalve de opnamestand M, de onderwerpstand Eenvoudig panorama en Superlapsefilm). Stel het beeldformaat (aantal pixels) voor het opslaan van JPEG-beelden in.
Het opnamemenu (stand j, k, l of m) • Zie “Stand M (User Settings)” (A52) voor informatie over Bewaar user settings en Herstel user settings. Picture Control (COOLPIX Picture Control) Draai de standknop naar j, k, l, m of M1 M d-knop M j, k, l, m of M menupictogram2 M Picture Control M k-knop 1 2 De instelling kan ook worden geconfigureerd in de stand u (Handmatige film). In de stand u (Handmatige film) wordt het G-menupictogram weergegeven.
Bestaande COOLPIX Picture Controls aanpassen: snel aanpassen en handmatig aanpassen COOLPIX Picture Control kan worden aangepast via “Snel aanpassen”, waarmee gebalanceerd afstellen mogelijk is van scherpte, contrast en verzadiging, alsmede andere beeldbewerkingscomponenten, of “Handmatig aanpassen”, voor extra nauwkeurig afstellen van de componenten elk afzonderlijk. 1 Gebruik de multi-selector HI om het gewenste type COOLPIX Picture Control te selecteren en druk op de k-knop.
Types Snel aanpassen en Handmatig afstellen Optie Beschrijving Snel aanpassen 1 Stelt de scherpte, het contrast en de verzadigingsniveaus automatisch in. Instellen naar de – zijde vermindert het effect van de geselecteerde COOLPIX Picture Control en instellen naar de + zijde benadrukt het effect. • Standaardinstelling: 0 Verscherping Regelt hoe scherp de contouren op het beeld moeten worden. Hoe hoger het niveau, hoe scherper het beeld en hoe lager het niveau, hoe zachter het beeld.
Optie Kleurtoon 3 1 2 3 Beschrijving Regelt de tint die wordt gebruikt in monochrome foto's tussen B&W (zwart/wit), Sepia en Cyanotype (blauw getint monochroom). Door op de multi-selector I te drukken wanneer Sepia of Cyanotype geselecteerd is, kunt u een verzadigingsniveau selecteren. Druk op JK om de verzadiging aan te passen. • Standaardinstelling: B&W (zwart-wit) Snel aanpassen is niet beschikbaar in Neutraal, Monochroom, Aangepast 1 en Aangepast 2.
Aang. Picture Control (COOLPIX Aang. Picture Control) Draai de standknop naar j, k, l, m of M1 M d-knop M j, k, l, m of M menupictogram2 M Aang. Picture Control M k-knop 1 2 De instelling kan ook worden geconfigureerd in de stand u (Handmatige film). In de stand u (Handmatige film) wordt het G-menupictogram weergegeven. Pas de instellingen van COOLPIX Picture Control (A125) aan en registreer ze in Aangepast 1 of Aangepast 2 van Picture Control.
Witbalans (kleurinstelling) Draai de standknop naar j, k, l, m of M1 M d-knop M j, k, l, m of M menupictogram2 M Witbalans M k-knop 1 2 De instelling kan ook worden geconfigureerd in de stand u (Handmatige film). In de stand u (Handmatige film) wordt het G-menupictogram weergegeven. Pas de witbalans aan de lichtbron of weersomstandigheden aan om de kleuren van de beelden overeen te laten komen met datgene dat u ziet. Optie a1 a2 b Beschrijving Automatisch De witbalans wordt automatisch aangepast.
C Kleurtemperatuur De kleurtemperatuur is een objectieve meting van de kleuren van lichtbronnen, die worden uitgedrukt in de eenheid van absolute temperatuur (K: Kelvin). Lichtbronnen met een lagere kleurtemperatuur zien er roder uit, terwijl lichtbronnen met een hogere kleurtemperatuur er blauwer uitzien.
Handmatig instellen gebruiken Volg de hieronder beschreven procedures om de witbalanswaarde onder het opnamelicht te meten. 1 Plaats een wit of grijs referentievoorwerp onder de verlichting die voor de opname wordt gebruikt. 2 Gebruik de multi-selector HI om Handm. voorinstel. te selecteren en druk op de k-knop. • Het objectief schuift uit in de zoomstand voor de meting. Witbalans Automatisch (normaal) Autom. (warm licht) Handm. voorinstel. Daglicht Gloeilamplicht TL-licht 3 Selecteer Meten. Handm.
Lichtmeting Draai de standknop naar j, k, l, m of M M d-knop M j, k, l, m of M menupictogram M Lichtmeting M k-knop Het proces waarbij de helderheid van het onderwerp wordt gemeten om de belichting te bepalen, wordt lichtmeting genoemd. Gebruik deze optie om in te stellen hoe de camera de belichting meet. Optie Beschrijving G De camera gebruikt een groot deel van het scherm voor de Matrix meting. (standaardinstelling) Aanbevolen voor fotograferen onder normale omstandigheden.
Continu-opname Draai de standknop naar j, k, l, m of M M d-knop M j, k, l, m of M menupictogram M Continu M k-knop Optie Beschrijving U Enkelvoudig Telkens als u de ontspanknop indrukt, maakt de camera één (standaardinstelling) opname. k Continu H Als de ontspanknop volledig wordt ingedrukt, worden continu beelden gemaakt. • De camera kan tot ongeveer 7 beelden continu opnemen met een snelheid van ongeveer 7 bps.
B Opmerkingen over continu-opname • De scherpstelling en belichting zijn vast ingesteld op de waarden die voor de eerste opname uit elke reeks werden ingesteld. De witbalans is ook vast ingesteld op de waarde die voor de eerste opname uit elke reeks werd ingesteld, behalve wanneer Continu L of Intervalopnamen wordt gebruikt. • Het opslaan van een beeld nadat dit is opgenomen, kan enige tijd in beslag nemen. • Naarmate de ISO-waarde hoger wordt, kan ruis verschijnen in de beelden.
Intervalopnamen Draai de standknop naar j, k, l, m of M M d-knop M j, k, l, m of M menupictogram M Continu M k-knop 1 Gebruik de multi-selector HI om X Intervalopnamen te selecteren en druk vervolgens op de k-knop. 2 Stel het gewenste interval tussen elke opname in. Continu Intervalopnamen Intervalopnamen m • Gebruik JK om een item te selecteren en gebruik HI om de duur in te stellen. • Druk op de k-knop wanneer u alle instellingen hebt voltooid. s Bewerk.
B Opmerkingen over intervalopnamen • Gebruik een voldoende opgeladen batterij om te voorkomen dat de camera zichzelf tijdens de opname onverwacht uitschakelt omdat de batterij leeg is. • Als de lichtnetadapter EH-5b/EH-5c en de stroomaansluiting EP-5C (beide afzonderlijk verkrijgbaar) (A208) worden gebruikt, kan deze camera via een stopcontact van stroom worden voorzien. Gebruik nooit een andere lichtnetadapter dan de EH-5b/EH-5c.
ISO-waarde Draai de standknop naar j, k, l, m of M1 M d-knop M j, k, l, m of M menupictogram2 M ISO-waarde M k-knop 1 2 De instelling kan ook worden geconfigureerd in de stand u (Handmatige film). In de stand u (Handmatige film) wordt het G-menupictogram weergegeven. Met een hogere ISO-waarde kunt u donkere onderwerpen fotograferen.
C Aanduiding ISO-waarde op het opnamescherm • Wanneer Automatisch is geselecteerd, wordt E weergegeven als de ISO-waarde wordt verhoogd. • Als Vast bereik automatisch is geselecteerd, wordt de maximale ISO-waarde weergegeven.
Belichtingsbracketing Draai de standknop naar j, k of l M d-knop M j, k of l menupictogram M Belichtingsbracketing M k-knop De belichting (helderheid) kan tijdens continu-opname automatisch gewijzigd worden. Dit is handig als bij het fotograferen de helderheid van een opname moeilijk in te stellen is. Optie Beschrijving Uit (standaardinstelling) Belichtingsbracketing wordt niet toegepast.
AF-veldstand Draai de standknop naar j, k, l, m of M M d-knop M j, k, l, m of M menupictogram M AF-veldstand M k-knop Stel in hoe de camera tijdens de filmopname het scherpstelveld voor de autofocus selecteert. Optie Beschrijving Wanneer de camera een gezicht herkent, wordt hierop scherpgesteld. Zie “Gezichtsdetectie gebruiken” (A64) voor meer informatie.
Optie s Onderwerp volgen AF met M doelopsporing (standaardinstelling) Beschrijving Gebruik deze functie om beelden van bewegende onderwerpen te maken. Registreer het onderwerp waarop de camera scherpstelt. Het scherpstelveld wordt automatisch verplaatst om het onderwerp te volgen. Zie “Onderwerp volgen gebruiken” (A142) voor meer informatie. Einde Als de camera het hoofdonderwerp detecteert, stelt deze daarop scherp. Zie “AF met doelopsporing gebruiken” (A63). 1/250 F5.
Onderwerp volgen gebruiken Draai de standknop naar j, k, l, m of M M d-knop M j, k, l, m of M menupictogram M AF-veldstand M k-knop M s Onderwerp volgen M k-knop M d-knop 1 Registreer een onderwerp. • Lijn het onderwerp uit dat u wilt volgen met de rand in het midden van het kader en druk op de k-knop. • Wanneer het onderwerp geregistreerd is, wordt een gele rand (scherpstelveld) rondom het onderwerp weergegeven en begint de camera het betreffende onderwerp te volgen.
Autofocus-stand Draai de standknop naar j, k, l, m of M M d-knop M j, k, l, m of M menupictogram M Autofocus-stand M k-knop Stel in hoe de camera scherpstelt bij het maken van beelden. Optie Beschrijving A Enkelvoudige AF B De camera stelt altijd scherp zelfs als de ontspanknop niet half Fulltime-AF ingedrukt is. Het geluid van de objectiefaandrijving is hoorbaar (standaardinstelling) terwijl de camera scherpstelt. B De camera stelt scherp wanneer u de ontspanknop half indrukt.
Filter ruisonderdrukking Draai de standknop naar j, k, l, m of M M d-knop M j, k, l, m of M menupictogram M Filter ruisonderdrukking M k-knop Stel de sterkte van de ruisonderdrukkingsfunctie in die normaal wordt uitgevoerd bij het opslaan van beelden. Optie e Hoog Beschrijving Past de ruisonderdrukking toe op een niveau hoger dan de standaardsterkte. Normaal Past ruisonderdrukking toe op de standaard sterkte.
Meervoudige belichting Draai de standknop naar j, k, l, m of M M d-knop M j, k, l, m of M menupictogram M Meervoudige belichting M k-knop De camera combineert twee tot drie beelden en slaat deze als één beeld op. Optie Beschrijving Stand voor meerv. belichting Maakt beelden in de stand voor meervoudige belichting indien ingesteld op Aan. • Afzonderlijke beelden worden ook opgeslagen.
2 Selecteer Aan en druk vervolgens op de k-knop. Stand voor meerv. belichting Aan Uit 3 Druk op de d (menu)-knop om naar het opnamescherm te gaan. 4 Druk op de ontspanknop om de eerste opname te maken. 1/250 5 F5.6 25m 0s 1400 Druk op de ontspanknop om de tweede opname te maken. • Kadreer het beeld terwijl de eerste opname doorschijnend wordt weergegeven.
Zoomgeheugen Draai de standknop naar j, k, l, m of M M d-knop M j, k, l, m of M menupictogram M Zoomgeheugen M k-knop Optie Beschrijving Aan Als de zoomknop wordt bediend, wordt de zoomstand (gelijk aan brandpuntsafstand/beeldhoek in kleinbeeldformaat [135]) omgezet naar de standen die zijn geselecteerd door het selectievakje in deze menuoptie in te schakelen. • Kies de brandpuntsafstand met de multi-selector HI en druk dan op de k-knop om het selectievakje op aan [w] of uit in te stellen.
Opstartzoomstand Draai de standknop naar j, k, l, m of M M d-knop M j, k, l, m of M menupictogram M Opstartzoomstand M k-knop Stel de zoomstand (gelijk aan brandpuntsafstand/beeldhoek in kleinbeeldformaat [135]) in voor als de camera wordt ingeschakeld. De volgende instellingen zijn beschikbaar: 24 mm (standaardinstelling), 28 mm, 35 mm, 50 mm, 70 mm, 85 mm, 105 mm en 135 mm.
Het menu Handmatige filmstand Hieronder vindt u een lijst van de menuopties. • Belichtingsstand (A94) • Picture Control (A124) • Aang.
Het filmmenu Filmopties Schakel de opnamestand in M d-knop M e menupictogram M Filmopties M k-knop Selecteer de gewenste filmoptie voor opname. Selecteer een filmoptie met normale snelheid voor het opnemen van films met normale snelheid of een filmoptie met hoge snelheid (HS) voor het opnemen van films die vertraagd (slow motion) of versneld (fast motion) kunnen worden weergegeven (A151). De filmopties die geselecteerd kunnen worden, variëren afhankelijk van de instelling Beeldsnelheid (A155).
HS-filmopties Opgenomen films kunnen in fast of slow motion worden afgespeeld. Zie “Films afspelen in slow motion en fast motion” (A152). Optie Beschrijving a b HS 480/4× 640 × 480 4:3 Slow motion films op 1/4 van de snelheid • Max. opnametijd: 7 minuten 15 seconden (afspeeltijd: 29 minuten) c d HS 720/2× 1280 × 720 16:9 Slow motion films op 1/2 van de snelheid • Max.
C Films afspelen in slow motion en fast motion Bij opnemen van films op normale snelheid: Opnametijd 10 sec. Afspeeltijd 10 sec. Bij opnemen met a HS 480/4× of b HS 480/4×: Films worden opgenomen met 4× de normale snelheid. Ze worden 4× langzamer afgespeeld in slow motion. Opnametijd 10 sec. Afspeeltijd 40 sec. Afspelen in slow motion Bij opnemen met e HS 1080/0,5× of f HS 1080/0,5×: Films worden opgenomen op 1/2 van de normale snelheid. Ze worden 2× sneller afgespeeld in fast motion.
Autofocus-stand Schakel de opnamestand in M d-knop M e menupictogram M Autofocus-stand M k-knop Stel in hoe de camera scherpstelt bij het opnemen van films. Optie Beschrijving De scherpstelling wordt vergrendeld wanneer de filmopname begint. Enkelvoudige AF A (standaardinstelling) Kies deze optie als de afstand tussen de camera en het onderwerp nagenoeg gelijk blijft. B Fulltime-AF B De camera stelt voortdurend scherp.
Elektronische VR Schakel de opnamestand in M d-knop M e menupictogram M Elektronische VR M k-knop Stel in of elektronische VR wel of niet uitgevoerd moeten worden tijdens de filmopname. Optie Beschrijving Aan (standaardinstelling) Voert elektronische VR uit. • De beeldhoek (d.w.z. het zichtbare deel in het beeld) wordt kleiner. • Wanneer Vibratiereductie (A171) is ingesteld op Normaal, Actief, Normaal (prio. kadrering) of Actief (priorit.
Zoommicrofoon Schakel de opnamestand in M d-knop M e menupictogram M Zoommicrofoon M k-knop Optie Beschrijving Aan (standaardinstelling) In overeenstemming met de beeldhoek neemt de camera geluiden over een groot bereik op in de groothoekstand en over het beperkte bereik in de telezoomstand. Uit Zoommicrofoon is uitgeschakeld.
Gevoeligh. ext. microfoon Schakel de opnamestand in M d-knop M e menupictogram M Gevoeligh. ext. microfoon M k-knop Stel de gevoeligheid in van de microfoon die verbonden is met de camera-aansluiting voor een externe microfoon. Deze optie kan alleen worden ingesteld wanneer een externe microfoon aangesloten is. Optie Beschrijving w Automat. De gevoeligheid van de externe microfoon wordt automatisch gevoeligheid ingesteld.
Het weergavemenu Zie “Beelden bewerken” (A83) voor meer informatie over beeldbewerkingsfuncties. Markeren voor upload Druk op de c-knop (weergavestand) M d-knop M Markeren voor upload M kknop Selecteer foto's op de camera en upload deze naar een smartapparaat waarvoor een draadloze verbinding ingesteld is met de SnapBridge-app. Selecteer of deselecteer beelden in het beeldselectiescherm (A115) voor de functie Markeren voor upload. • De grootte van beelden die worden geüpload, is beperkt tot 2 megapixels.
Diashow Druk op de c-knop (weergavestand) M d-knop M Diashow M k-knop Geef beelden één voor één weer in een automatische “diashow”. Wanneer filmbestanden worden weergegeven in de diashow, wordt alleen het eerste beeld van elke film weergegeven. 1 Gebruik de multi-selector HI om Start te selecteren en druk op de k-knop. Diashow • De diashow begint.
Beveiligen Druk op de c-knop (weergavestand) M d-knop M Beveiligen M k-knop De camera beveiligt geselecteerde beelden tegen ongewild wissen. Selecteer de beelden die u wilt beveiligen of waarvan u de beveiliging ongedaan wilt maken in het beeldselectiescherm (A115). Let op: wanneer de geheugenkaart wordt geformatteerd, worden alle gegevens inclusief beveiligde bestanden permanent gewist (A176).
Reeksweergaveopties Druk op de c-knop (weergavestand) M d-knop M Reeksweergaveopties M k-knop Selecteer de methode die wordt gebruikt om beelden in de reeks weer te geven (A82). Optie Beschrijving Individuele foto's Geeft elk beeld in een reeks afzonderlijk weer. Op het weergavescherm wordt F weergegeven. Enkel hoofdfoto (standaardinstelling) Geeft alleen de hoofdfoto voor een reeks beelden weer.
Het menu Netwerk Druk op de d-knop M q menupictogram M k-knop Configureer de draadloze netwerkinstellingen om de camera met een smartapparaat of de afstandsbediening ML-L7 (afzonderlijk verkrijgbaar) te verbinden. • Wanneer u met behulp van de SnapBridge-app een draadloze verbinding instelt tussen de camera en een smartapparaat, kunt u beelden die u met de camera gemaakt hebt uploaden naar een smartapparaat of op afstand bediende fotografie gebruiken.
Optie Beschrijving SSID*: Wijzig de SSID. Stel een alfanumerieke SSID in van 1 tot 32 tekens. Verificatie/encryptie: Selecteer of de communicatie tussen de camera en het verbonden smartapparaat al dan niet moet worden beveiligd. De communicatie wordt niet versleuteld als Open is geselecteerd. Wi-Fi Type Wi-Fiverbinding Wachtwoord*: Stel het wachtwoord in. Stel een alfanumeriek wachtwoord in van 8 tot 36 tekens. Kanaal: Selecteer het kanaal dat wordt gebruikt voor de Wi-Fiverbinding.
Toetsenbord voor tekstinvoer bedienen • Gebruik de multi-selector HIJK om alfanumerieke karakters te selecteren. Druk op de k-knop om het geselecteerde karakter in het tekstveld in te voeren en beweeg de cursor naar de volgende ruimte. • Selecteer N of O op het toetsenbord en druk op de kknop om de cursor in het tekstveld te bewegen. • Druk op de l-knop om een karakter te wissen. • Selecteer P op het toetsenbord en druk op de k-knop voor het toepassen van de instelling.
Het setup-menu Tijdzone en datum Druk op de d-knop M z menupictogram M Tijdzone en datum M k-knop Stel de cameraklok in. Optie Beschrijving Synchr. met smartapparaat Selecteer Aan om de datum en tijd te synchroniseren met een smartapparaat. Schakel de kloksynchronisatiefunctie van de SnapBridge-app in. Datum en tijd Stel de datum en tijd in als Synchr. met smartapparaat is ingesteld op Uit. • Selecteer een veld: druk op de multiDatum en tijd selector JK. • Bewerk de datum en tijd: druk op D M J u m HI.
De tijdzone instellen 1 Gebruik de multi-selector HI om Tijdzone te selecteren en druk op de k-knop. Tijdzone en datum Synchr. met smartapparaat Datum en tijd Datumnotatie Tijdzone 2 Selecteer w Eigen tijdzone of x Reisbestemming en druk op de k-knop. Tijdzone Eigen tijdzone Reisbestemming • De datum en tijd die op het scherm worden weergegeven, veranderen afhankelijk van of de eigen tijdzone of de reisbestemming geselecteerd is. 3 Druk op K.
Ontspan. bij geen kaart Druk op de d-knop M z menupictogram M Ontspan. bij geen kaart M k-knop Stel in of de sluiter wel of niet kan worden ontspannen wanneer er geen geheugenkaart in de camera is aangebracht. Optie Beschrijving Ontspankn. vergrendeld (standaardinstelling) De sluiter kan niet worden ontspannen, tenzij er een geheugenkaart in de camera is aangebracht. Ontspanknop ontgrendel. De sluiter kan worden ontspannen, zelfs als er geen geheugenkaart in de camera is aangebracht.
Monitorinstellingen Druk op de d-knop M z menupictogram M Monitorinstellingen M k-knop Optie Beschrijving Beeld terugspelen Stel in of het opgenomen beeld al dan niet direct na de opname op het scherm moet worden weergegeven. • Standaardinstelling: Aan Monitoropties Pas de helderheid en kleurtoon van het scherm aan. • Gebruik de multi-selector HI om de helderheid aan te passen, JK om de kleurtoon aan te passen en druk vervolgens op de k-knop.
Virtuele horizon U kunt de mate van camerakanteling in twee richtingen controleren. Richting links-rechts 1/250 F5.6 Richting omhoog-omlaag 25m 0s 1400 1/250 25m 0s 1400 Wanneer de b in het midden geel wordt weergegeven, is de camera vooruit of achteruit gekanteld. De b wordt groen wanneer de camera waterpas staat. Elk schaalmerkteken komt overeen met 10 graden. Wanneer de referentielijn geel wordt weergegeven, is de camera in de richting links of rechts gekanteld.
Elektr. zoeker autom. aan/uit (automatisch wisselen van de weergave naar de zoeker) Druk op de d-knop M z menupictogram M Elekt. zoeker auto aan/uit M k-knop Optie Beschrijving Aan (standaardinstelling) Als u uw gezicht dicht bij de zoeker brengt, reageert de oogsensor hierop en wisselt de weergave automatisch van de monitor naar de zoeker. Uit Zelfs als u uw gezicht dicht bij de zoeker brengt, wordt de weergave niet naar de zoeker gewisseld.
B Opmerkingen over datumstempel • Datum- en tijdstempels die worden opgenomen in een beeld maken permanent deel uit van de beeldgegevens en kunnen niet worden gewist. De datum en tijd kunnen niet op beelden worden opgenomen nadat ze zijn gemaakt.
Vibratiereductie Druk op de d-knop M z menupictogram M Vibratiereductie M k-knop Selecteer de instelling van de vibratiereductie die bij de opname wordt gebruikt. Selecteer Uit wanneer bij fotograferen gebruik wordt gemaakt van een statief om de camera te stabiliseren. Optie Beschrijving g Normaal Geschikt voor het maken van beelden van onderwerpen die niet (standaardinstelling) bewegen.
AF-hulplicht Druk op de d-knop M z menupictogram M AF-hulplicht M k-knop Optie Beschrijving Automatisch (standaardinstelling) De AF-hulpverlichting licht automatisch op wanneer u de ontspanknop indrukt bij weinig licht. De hulpverlichting heeft een bereik van circa 5,0 m in de uiterste groothoekstand en van circa 7,0 m in de uiterste telestand. • Neem in acht dat de AF-hulpverlichting in sommige onderwerpstanden of scherpstelvelden mogelijk niet oplicht. Uit De AF-hulpverlichting licht niet op.
Zijzoomknop toewijzen Druk op de d-knop M z menupictogram M Zijzoomknop toewijzen M k-knop Kies de functie die tijdens het fotograferen moet worden uitgevoerd wanneer de zijzoomknop wordt bediend. Optie Beschrijving Zoomen (standaardinstelling) Gebruik bij het fotograferen de zijzoomknop (A23) om de zoom in te stellen. Handm. scherpstelling Als de selectieknop voor scherpstelstand ingesteld is op r (handmatige scherpstelling), gebruik dan de zijzoomknop om de scherpstelling te regelen.
Opties voor instelring Druk op de d-knop M z menupictogram M Opties voor instelring M k-knop Selecteer de optie voor de instelring wanneer de selectieknop voor scherpstelstand ingesteld is op q (autofocus). Optie Beschrijving Belichtingscorrectie (standaardinstelling) De belichtingscorrectie (A69) kan ingesteld worden met de instelring.
AE/AF-vergrend.knop Druk op de d-knop M z menupictogram M AE/AF-vergrend.knop M k-knop Stel de functie in die moet worden uitgevoerd wanneer tijdens de opname op de o (AE-L/AF-L)-knop wordt gedrukt. Optie 1 2 Beschrijving AE/AF-vergrendeling (standaardinstelling) Vergrendelt zowel de scherpstelling als de belichting terwijl op de o-knop wordt gedrukt. AE-vergrendeling Vergrendelt alleen de belichting terwijl op de o-knop wordt gedrukt.
Automatisch uit Druk op de d-knop M z menupictogram M Automatisch uit M k-knop Stel de tijdsduur in waarna de camera zichzelf in de stand-bystand (A24). U kunt 30 sec., 1 min. (standaardinstelling), 5 min. of 30 min. selecteren. C De functie Automatisch uit instellen De tijdsduur waarna de camera zichzelf in de stand-bystand zet, is in de volgende situaties vast ingesteld: • Wanneer een menu wordt weergegeven: 3 minuten (wanneer automatisch uit ingesteld is op 30 sec. of 1 min.
HDMI Druk op de d-knop M z menupictogram M HDMI M k-knop Stel de HDMI-uitvoer van de camera in. U kunt het livebeeld zonder het informatiescherm weergeven op HDMI-compatibele apparaten of de uitvoerresolutie instellen. Optie Beschrijving Aan Ongecompr. HDMI-uitv. Voer het livebeeld zonder informatiescherm uit op een HDMI-compatibel apparaat. Gebruik deze optie wanneer u beelden van de camera wilt opnemen op een in de handel verkrijgbare externe recorder. • Draai de standknop naar Handmatige film.
Optie HDMIuitvoer Beschrijving Selecteer de beeldresolutie wanneer Ongecompr. HDMI-uitv. is ingesteld op Aan. • De instelling voor de beeldresolutie is vast ingesteld op Automatisch wanneer Ongecompr. HDMI-uitv. ingesteld is op Uit. • Het scherm van de camera schakelt niet in terwijl de camera verbonden is met een HDMI-compatibel apparaat. C Opmerkingen over de HDMI-uitvoerresolutie Wanneer Ongecompr. HDMI-uitv.
Opladen via computer Druk op de d-knop M z menupictogram M Opladen via computer M k-knop Optie Beschrijving Wanneer de camera op een ingeschakelde computer wordt aangesloten (A103), wordt de batterij in de camera automatisch opgeladen via de a voeding vanaf de computer. Automatisch • Het camera-aan-lampje knippert langzaam terwijl de batterij wordt (standaardinstelling) opgeladen. Zodra het opladen is voltooid, houdt het camera-aanlampje op met knipperen en blijft het branden.
Beeldcommentaar Druk op de d-knop M z menupictogram M Beeldcommentaar M k-knop Voeg een commentaar toe dat eerder is vastgelegd voor beelden die worden opgenomen. U kunt het bijgevoegde commentaar afdrukken op beelden die naar een smartapparaat worden verzonden met behulp van de SnapBridge-app. U dient de SnapBridge-app vooraf te configureren. Zie de online help voor de SnapBridge-app voor meer informatie.
Copyrightinformatie Druk op de d-knop M z menupictogram M Copyrightinformatie M k-knop Voeg de copyrightinformatie toe die eerder is vastgelegd voor beelden die worden opgenomen. U kunt de bijgevoegde copyrightinformatie afdrukken op beelden die naar een smartapparaat worden verzonden met behulp van de SnapBridge-app. U dient de SnapBridge-app vooraf te configureren. Zie de online help voor de SnapBridge-app voor meer informatie.
Locatiegegevens Druk op de d-knop M z menupictogram M Locatiegegevens M k-knop Stel in of u locatiegegevens bij het opnemen al dan niet wilt toevoegen aan de opnamen die u maakt. Optie Beschrijving Downloaden van apparaat (standaardinstelling) Selecteer Ja om locatiegegevens van een smartapparaat toe te voegen aan de beelden die u opneemt. Schakel de functie voor locatiegegevens van de SnapBridge-app in. Positie Geef de opgehaalde locatiegegevens weer.
Best.nr. terugzetten Druk op de d-knop M z menupictogram M Best.nr. terugzetten M k-knop Als Ja wordt geselecteerd, wordt de toekenning van volgnummers gereset (A207). Na een reset wordt een nieuwe map aangemaakt en krijgt de volgende opname die wordt gemaakt het nummer “0001” toegewezen. B Opmerkingen over bestandsnummering terugzetten Best.nr. terugzetten kan niet worden toegepast als het nummer van de map 999 heeft bereikt en er zich beelden in de map bevinden.
Peaking Druk op de d-knop M z menupictogram M Peaking M k-knop Optie Beschrijving Aan (standaardinstelling) Wanneer handmatige scherpstelling wordt bediend, wordt de scherpstelling ondersteund door de velden van het beeld waarop is scherpgesteld op het scherm wit te markeren (A67, 68). Uit Peaking is uitgeschakeld. Standaardwaarden Druk op de d-knop M z menupictogram M Standaardwaarden M k-knop Als Standaard geselecteerd wordt, worden de camera-instellingen gereset naar de standaardwaarden.
Technische opmerkingen Mededelingen .............................................................................................................................. 186 Opmerkingen over functies voor draadloze communicatie........................................ 187 Verzorgen van het product...................................................................................................... 189 De camera .........................................................................................................
Mededelingen Mededelingen voor Europese klanten LET OP: GEVAAR VOOR ONTPLOFFING ALS DE ACCU WORDT VERVANGEN DOOR EEN VERKEERD TYPE. Dit pictogram geeft aan dat elektrische en elektronische apparaten via gescheiden inzameling moet worden afgevoerd. Het volgende is alleen van toepassing op gebruikers in Europese landen: • Dit product moet gescheiden van het overige afval worden ingeleverd bij een daarvoor bestemd inzamelingspunt. Gooi dit product niet weg als huishoudafval.
Opmerkingen over functies voor draadloze communicatie Beperkingen voor draadloze apparaten De draadloze zender/ontvanger die in dit product is inbegrepen, voldoet aan de voorschriften voor draadloze toepassingen in het land van aankoop en is niet bedoeld voor gebruik in andere landen (producten die werden aangeschaft in de EU of in de EFTA, kunnen gelijk waar in de EU en de EFTA worden gebruikt). Nikon is niet aansprakelijk voor gebruik in andere landen.
Voorzorgsmaatregelen bij het exporteren of meenemen van dit product naar het buitenland Dit product valt onder de United States Export Administration Regulations (EAR). Toestemming van de regering van de Verenigde Staten is niet vereist voor export naar andere landen dan de hier vermelde landen waarvoor op het moment van schrijven een embargo of speciale controles gelden: Cuba, Iran, Noord-Korea, Soedan en Syrië (lijst onderhevig aan veranderingen).
Verzorgen van het product Neem naast de waarschuwingen in “Voor uw veiligheid” (Avi-ix) ook de volgende voorzorgsmaatregelen in acht wanneer u het apparaat gebruikt of opbergt. De camera Stel de camera niet bloot aan sterke schokken Als de camera wordt blootgesteld aan sterke schokken of trillingen, kan deze defect raken. Oefen daarnaast geen kracht uit op het objectief. Houd de camera droog Als de camera in water wordt ondergedompeld of aan vocht wordt blootgesteld, raakt deze beschadigd.
Schakel de camera uit voordat u de batterij verwijdert, de lichtnetadapter loskoppelt of de geheugenkaart verwijdert Verwijder de batterij niet terwijl de camera aanstaat of terwijl beelden worden opgeslagen of gewist. Het onderbreken van de stroom kan in dit geval leiden tot gegevensverlies of beschadiging van de geheugenkaart of de inwendige circuits.
Reservebatterijen bij de hand houden Neem waar mogelijk volledig geladen reservebatterijen mee wanneer u foto's wilt maken van belangrijke gebeurtenissen. Gebruik van de batterij bij koud weer Bij koud weer neemt de batterijcapaciteit gewoonlijk af. Als een lege batterij bij lage temperatuur wordt gebruikt, schakelt de camera niet in. Houd reservebatterijen bij de hand op een warme plaats en verwissel ze zo nodig.
De lichtnetlaadadapter • De lichtnetlaadadapter EH-73P is uitsluitend bedoeld voor gebruik met compatibele toestellen. Gebruik hem niet met een apparaat van een ander merk of model. • Gebruik geen andere USB-kabel dan de UC-E21. Als u een andere USB-kabel dan de UC-E21 gebruikt, kan dit tot oververhitting, brand of elektrische schokken leiden.
Formatteren • Formatteer de geheugenkaart niet met behulp van een computer. • De eerste keer dat u een geheugenkaart in deze camera plaatst die eerder in een ander apparaat werd gebruikt, dient u deze kaart met deze camera te formatteren. Het is aan te bevelen nieuwe geheugenkaarten met deze camera te formatteren voor u ze met deze camera gebruikt. • Let op: tijdens het formatteren van een geheugenkaart worden alle beelden en andere gegevens op de geheugenkaart permanent verwijderd.
Reinigen en opslag Reinigen Gebruik geen alcohol, thinner of andere vluchtige chemicaliën. Objectief/ zoeker Raak glazen onderdelen niet met uw vingers aan. Verwijder stof of pluisjes met een blaasbalgje (gewoonlijk een rubberen bulb met een spuitmondje waaruit lucht wordt geblazen).
Foutmeldingen Raadpleeg de onderstaande tabel als een foutmelding wordt weergegeven. Weergave De batterijtemperatuur is te hoog. De camera wordt uitgeschakeld. A Oorzaak/Oplossing De camera schakelt automatisch uit. Wacht tot de camera of batterij is afgekoeld voordat de camera opnieuw wordt gebruikt. – De beveiligingsschakelaar is “vergrendeld”. Schuif de beveiligingsschakelaar in de “schrijfstand”. 16, 192 Er is een fout opgetreden bij het verkrijgen van toegang tot de geheugenkaart.
A Weergave Oorzaak/Oplossing Stel de selectieknop voor de scherpstelstand in op MF. Wanneer Ongecompr. HDMI-uitv. ingesteld is op Aan en de camera verbonden is met een HDMI-compatibel apparaat, zet u de selectieknop voor scherpstelstand op r. 5, 177 Geheugen bevat geen beelden. Plaats een geheugenkaart met foto's erop. 16 Bestand bevat geen beeldgegevens. Het bestand werd niet met deze camera gemaakt of bewerkt. Het bestand kan niet op deze camera worden bekeken.
Weergave A Oorzaak/Oplossing Printerfout: controleer printerstatus Los het probleem op, selecteer Hervatten en druk op de k-knop om het printen te hervatten.* – Printerfout: controleer papier. Plaats het gespecificeerde papierformaat, selecteer Hervatten en druk op de k-knop om het printen te hervatten.* – Printerfout: papierstoring. Verwijder het vastgelopen papier, selecteer Hervatten en druk op k om het printen te hervatten.* – Printerfout: geen papier.
Problemen oplossen Als de camera niet naar behoren functioneert, raadpleeg dan eerst het volgende overzicht met de meest voorkomende problemen voordat u zich tot de leverancier of tot een door Nikon erkende servicedienst wendt. Problemen met voeding, monitor, instellingen Probleem Oorzaak/Oplossing A De camera is ingeschakeld, maar reageert niet. • Wacht totdat de opname beëindigd is. • Als het probleem zich blijft voordoen, zet u de camera uit.
Probleem A Oorzaak/Oplossing • Controleer alle aansluitingen. • Als de camera op een computer is aangesloten, is het mogelijk dat de camera niet oplaadt om een van de onderstaande redenen. - Uit is ingesteld voor Opladen via computer in het setup-menu. - Het opladen van de batterij stopt als de camera wordt uitgeschakeld.
Probleem A Oorzaak/Oplossing Het instelscherm voor de datum en tijd wordt weergegeven als de camera wordt ingeschakeld. De klokbatterij is leeg. Alle standaardwaarden zijn hersteld. Configureer de instellingen voor de camera opnieuw. • De interne klokbatterij wordt gebruikt om de cameraklok van voeding te voorzien en bepaalde instellingen vast te houden.
Probleem De camera kan niet scherpstellen. Gekleurde strepen verschijnen op het scherm bij het maken van opnamen. • Het onderwerp bevindt zich niet binnen het scherpstelveld op het moment dat de ontspanknop half wordt ingedrukt. • De selectieknop voor scherpstelstand is ingesteld op r (handmatige scherpstelling). • Zet de camera uit en weer aan. • De camera kan bij bediening lichtjes bewegen, zelfs als deze op een statief is bevestigd, wat voor interferentie kan zorgen met de autofocus.
A Probleem Oorzaak/Oplossing Geen geluid wanneer de sluiter ontspant. Uit is geselecteerd voor Sluitergeluid in Geluidsinstellingen in het setup-menu. Bij sommige opnamestanden en instellingen is geen geluid hoorbaar, zelfs wanneer Aan geselecteerd is. 78, 113, 175 Uit is ingesteld voor de optie AF-hulplicht in het setup-menu. De AF-hulpverlichting AF-hulpverlichting licht mogelijk niet op afhankelijk van het scherpstelveld of de geselecteerde onderwerpstand, zelfs wanneer licht niet op.
Probleem Oorzaak/Oplossing Het opslaan van foto's kost tijd. Het kan langer duren om foto's op te slaan onder de volgende omstandigheden: • Als de ruisonderdrukking geactiveerd is • Als de flitsstand is ingesteld op V (automatisch met rode-ogenreductie/rode-ogenreductie) • Als foto's worden gemaakt in de volgende onderwerpstanden. - Ruisond.
Probleem Oorzaak/Oplossing Kan niet op beeld inzoomen. • Zoomweergave kan niet worden gebruikt bij films. • Deze camera kan mogelijk niet inzoomen op foto's die met een digitale camera van een ander merk of model zijn gemaakt. • Als ingezoomd wordt op een klein beeldformaat, kan de zoomfactor die op het scherm wordt weergegeven verschillen van de daadwerkelijke zoomfactor van het beeld. Foto kan niet worden bewerkt. • Sommige foto's kunnen niet worden bewerkt.
Probleem Oorzaak/Oplossing Het lukt niet om beelden te uploaden naar een smartapparaat waarvoor een draadloze verbinding ingesteld is met de SnapBridgeapp.1 • Voer de hieronder beschreven handelingen uit voor automatisch uploaden. - Stel Menu Netwerk M Verzenden tijdens opname M Foto's in op Ja op de camera. - In het tabblad A van de SnapBridge-app M Auto koppelingsopties M zet Auto koppeling aan. - In het tabblad A van de SnapBridge-app M Auto koppelingsopties M zet Automatisch downloaden aan.
Probleem A Oorzaak/Oplossing • De camera is niet verbonden met de afstandsbediening ML-L7 (afzonderlijk 215 De camera verkrijgbaar). Druk op de hoofdschakelaar op de afstandsbediening om de reageert niet verbinding tot stand te brengen. Als het Z-pictogram niet wordt wanneer de weergegeven op het opnamescherm, voert u de koppeling opnieuw uit. afstandsbediening • De afstandsbediening kan alleen worden gebruikt voor opnames. 212 ML-L7 wordt 213 • De knoppen w1 (Functie 1) / w2 (Functie 2) op de bediend.
Bestandsnamen De namen van foto's of films zijn op de volgende manier opgebouwd. Bestandsnaam: DSCN0001.JPG (1) (2) (3) (1) Identificatie Niet weergegeven op het scherm van de camera. • DSCN: Originele foto's, films, foto's gemaakt met de filmbewerkingsfunctie • SSCN: Kleine kopieën • RSCN: Uitgesneden kopieën • FSCN: Beelden gemaakt met een andere beeldbewerkingsfunctie dan uitsnede en kleine afbeelding, films gemaakt met de filmbewerkingsfunctie.
Optionele accessoires Batterijlader Batterijlader MH-29 De oplaadtijd bedraagt ongeveer 3 uur voor een batterij die helemaal leeg is. Lichtnetadapter EH-5b/EH-5c en stroomaansluiting EP-5C Wanneer de stroomaansluiting in de camera is gestoken en de lichtnetadapter is verbonden, kan de camera via een stopcontact van stroom worden voorzien. De lichtnetadapter en de stroomaansluiting zijn afzonderlijk verkrijgbaar.
Externe microfoon • Stereomicrofoon ME-1 Aansluiting • Draadloze microfoon externe microfoon ME-W1 Verbind de audiokabel (meegeleverd met de draadloze microfoon) met de hoofdtelefoonaansluiting van de ontvanger en de aansluiting voor een externe microfoon op de camera. Raadpleeg de documentatie van de ME-W1 voor meer informatie. Afstandsbedieningskabel MC-DC2 U kunt de MC-DC2 gebruiken om de sluiter te ontspannen wanneer deze verbonden is met de accessoire-aansluiting.
Speedlights (externe flitsereenheden) De volgende Speedlights kunnen met de camera worden gebruikt. De standaard i-DDLflitserfunctie is beschikbaar. • SB-5000, SB-700, SB-500 De Speedlight bevestigen • Zet de ingebouwde flitser niet omhoog. • Raadpleeg de documentatie bij uw Speedlight voor meer informatie over het bevestigen en loskoppelen van de Speedlight met een vergrendelingspin en andere details.
Functies die kunnen worden gebruikt in combinatie met de Speedlight SB-5000 SB-700 – – – Standaard i-DDL-flitser w w w Automatisch diafragma-flitsen w – – i-DDL-uitgebalanceerde invulflits i-DDL AA SB-500 A Niet-DDL automatisch flitsen – – – M Handmatig flitsen w w – GN Handmatige flitsmodus met afstandsprioriteit w w – RPT Stroboscopisch flitsen Rode-ogenreductie C w – – w w w Opmerkingen over i-DDL-flitser • De voorflitsen van de monitor worden gebruikt om het door
Afstandsbediening ML-L7 U kunt de camera via Bluetooth koppelen met de afstandsbediening ML-L7 (afzonderlijk verkrijgbaar) (A215) en deze gebruiken om de camera te bedienen. De functies die beschreven zijn in “Onderdelen en functies van de afstandsbediening (voor P1000)” (A213), kunnen worden uitgevoerd wanneer met deze camera wordt opgenomen. • De camera kan met slechts één afstandsbediening tegelijk worden gekoppeld.
Onderdelen en functies van de afstandsbediening (voor P1000) 1 5 2 6 3 7 8 4 Onderdelen Functie 1 Knop –/+ Zoomt uit wanneer de knop – wordt ingedrukt en in wanneer de knop + wordt ingedrukt terwijl het opnamescherm wordt weergegeven. 2 Filmopnameknop Wanneer u op deze knop drukt, wordt de filmopname gestart. Wanneer u er nogmaals op drukt, wordt de opname gestopt.
Onderdelen Functie 7 Past het geselecteerde item toe. Druk tijdens het k (selectie toepassen)-knop aanpassen van de handmatige scherpstelling op deze knop om te stoppen met scherpstellen. 8 w1 (Functie 1)-/w2 (Functie 2)-knoppen Kan niet worden gebruikt met deze camera. Statuslampje op de afstandsbediening (voor P1000) Kleur Status Beschrijving Groen Knippert ongeveer elke seconde De afstandsbediening zoekt naar een apparaat dat al gekoppeld is.
De camera en de afstandsbediening koppelen Vooraleer de afstandsbediening voor het eerst wordt gebruikt, moet deze met de camera worden gekoppeld. 1 2 Druk op de d-knop op de camera. 3 Selecteer Verbinding kiezen en druk op de k-knop. Druk op J van de multi-selector, gebruik HI om het qmenupictogram te selecteren en druk op de k-knop. Vliegtuigmodus Verbinding kiezen Verbinden met smartapp. Verbinding met afst.bed. Automat. verzendopties Wi-Fi 4 Selecteer Afstandsbediening en druk op de k-knop.
6 Houd de hoofdschakelaar op de afstandsbediening ingedrukt (minstens drie seconden). • De koppeling start voor de camera en de afstandsbediening. Terwijl het proces wordt uitgevoerd, knippert het statuslampje op de afstandsbediening ongeveer elke 0,5 seconde. • Wanneer de koppeling voltooid is, wordt er een verbinding tot stand gebracht tussen de camera en de afstandsbediening. Wanneer u naar de zoomstand gaat, wordt het Z-pictogram weergegeven in het opnamescherm.
Specificaties Nikon COOLPIX P1000 Digitale camera Digitale compactcamera 16,0 miljoen (beeldverwerking kan het aantal effectieve pixels beperken) Beeldsensor 1/2,3 inch CMOS; circa 16,79 miljoen pixels Objectief NIKKOR-objectief met 125× optische zoom 4,3–539 mm (beeldhoek equivalent aan die van een 24-3000 mmBrandpuntsafstand objectief in kleinbeeldformaat [135]) f/-waarde f/2.
Monitor Beelddekking (opnamestand) Beelddekking (weergavestand) Opslag Media Bestandssysteem Bestandsindelingen 8,1 cm (3,2 inch), circa 921.000 beeldpunten (RGB), TFT LCD met brede kijkhoek, anti-reflectiecoating en helderheidsaanpassing met 5 niveaus, kantelbare TFT LCD Circa 99 % horizontaal en verticaal (vergeleken met werkelijke beeld) Circa 100 % horizontaal en verticaal (vergeleken met werkelijke beeld) SD/SDHC/SDXC-geheugenkaart Compatibel met DCF en Exif 2.
Flitser Bereik van ingebouwde flitser (circa) (ISO-waarde: Automatisch) Flitserregeling Flitsbelichtingcorrectie Accessoireschoen [W]: Circa 0,3–12 m Circa 5,0–8,0 m (brandpuntsafstand gelijk aan die van een 2000 mm-objectief in kleinbeeldformaat [135]) • Wanneer de brandpuntsafstand gelijk is aan die van een 3000 mm-objectief in kleinbeeldformaat [135]: circa 7,0–8,2 m (ISO-waarde: 3200), circa 7,0–11 m (ISO-waarde: 6400) DDL automatisch flitsen met monitorvoorflitsen In stappen van 1/3 LW in het bereik t
Stroombronnen Oplaadtijd Gebruiksduur van de batterij1 Foto's Filmopname (effectieve gebruiksduur van de batterij voor opname)2 Statiefaansluiting Afmetingen (B × H × D) Gewicht Bedrijfsomgeving Temperatuur Vochtigheid Een oplaadbare Li-ionbatterij EN-EL20a (meegeleverd) Lichtnetadapter EH-5b/EH-5c; veronderstelt stroomaansluiting EP-5C (afzonderlijk verkrijgbaar) Circa 3 uur (bij gebruik van lichtnetlaadadapter EH-73P en wanneer de batterij leeg is) Circa 250 opnamen als EN-EL20a wordt gebruikt Circa 1 u
Lichtnetlaadadapter EH-73P Nominale invoer 100–240 V wisselstroom, 50/60 Hz, MAX 0,14 A Nominale uitvoer 5,0 V gelijkstroom, 1,0 A, 5,0 W Bedrijfstemperatuur 0 °C–40 °C Gemiddelde actieve efficiëntie 73,77% Energieverbruik in nietbelaste toestand 0,075 W Afmetingen (B × H × D) Circa 55 × 22 × 54 mm (exclusief stekkeradapter) Gewicht Circa 51 g (exclusief stekkeradapter) De symbolen op dit product geven het volgende weer: D AC, E DC, F Klasse II-apparatuur (De constructie van het product is dub
Te gebruiken geheugenkaarten De camera ondersteunt SD-, SDHC- en SDXC-geheugenkaarten. • De camera ondersteunt UHS-I. • Geheugenkaarten met een SD-snelheidsklasse van 6 of hoger worden aanbevolen voor het opnemen van films (tijdens het opnemen van 4K UHD-films op een beeldformaat/ beeldsnelheid van 2160/30p of 2160/25p, worden kaarten met een nominale UHS-snelheidsklasse 3 of sneller aanbevolen).
• Wi-Fi en het Wi-Fi-logo zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance. • Alle andere handelsnamen die in deze handleiding of in andere documentatie bij uw Nikon-product worden vermeld, zijn de handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectievelijke eigenaars.
Index Symbolen A A Autostand ........................................ 31, 32 p Creatieve stand....................... 31, 44 y Onderwerpstand ............. 31, 33 l Diafragmavoorkeuzestand .... 31, 46 k Sluitertijdvoorkeuzestand....... 31, 46 g Maanstand .............................. 31, 33, 40 L Stand Vogels bekijken ..... 31, 33, 40 j Automatische programmastand ....................................................................... 31, 46 u Handmatige filmstand ........ 31, 94 m Handmatig ............
Belichtingscompensatie ............... 54, 69 Belichtingsstand ........................................ 117 Best.nr. terugzetten...................... 120, 183 Bestandsnaam........................................... 207 Beveiligen........................................... 118, 159 Bewaar user settings ................................. 53 Bluetooth............................................ 118, 162 Brandpuntsafstand........... 147, 148, 217 Bulb-instelling (lange tijdopname) ..............................
Gezichtsdetectie......................................... 64 Glimlachtimer...................................... 54, 60 Groothoek........................................................ 71 H Half indrukken ................................ 6, 24, 62 Handm. scherpstelling............................. 67 Handm. Voorinstel.................................... 131 Handmatig ............................................. 31, 46 Handmatige filmstand.................... 31, 94 HDMI ..................................
Ongecompr. HDMI-uitv............ 104, 177 Ontspan. bij geen kaart ............. 119, 166 Ontspanknop............................ 2, 6, 24, 62 Oogje voor camerariem.......................... 15 Oogje voor polsriem .................................... 2 Oogsensor ................................................. 4, 26 Oplaadbare batterij.................................... 17 Oplaadbare Li-ionbatterij........... 16, 220 Opladen via computer............... 119, 179 Opname.......................................
Toonniveau..................................................... 13 Toonniveau-informatie....................... 8, 13 Tv............................................................ 103, 104 U Uitsnede................................................... 80, 88 USB-kabel ....................... 17, 103, 105, 109 USB-microaansluiting... 3, 17, 105, 109 V Zomertijd............................................... 19, 165 Zonnekap ......................................................... 15 Zonsondergang h......
Deze handleiding mag op geen enkele manier volledig of gedeeltelijk (behalve voor korte citaten in kritische artikelen of besprekingen) worden gereproduceerd zonder de schriftelijke toestemming van NIKON CORPORATION.