Operation Manual

61
Opnamefuncties
Het beeldformaat wijzigen (Beeldmodus)
U kunt de instelling Beeldmodus in het opnamemenu
gebruiken om de combinatie van beeldformaat en
compressiefactor te selecteren die moet worden gebruikt
wanneer beelden worden opgeslagen.
Kies de beeldmodus die het best geschikt is voor de
manier waarop de foto's zullen worden gebruikt, en
overeenkomstig de capaciteit van het interne geheugen of
de geheugenkaart. Hoe groter de instelling voor beeldmodus, hoe sterker vergroot
foto's kunnen worden afgedrukt, maar ze nemen meer geheugenruimte in.
Instellingen beeldmodus (beeldformaat en beeldkwaliteit)
* Het totaal aantal opgenomen pixels en het aantal pixels dat horizontaal en verticaal wordt
opgenomen.
Voorbeeld: R 4320×3240 = circa 14 megapixels, 4320 × 3240 pixels
Het pictogram voor de geselecteerde instelling wordt weergegeven op de monitor in
de opname- en weergavestand (A 8, 9).
In het opnamescherm M d-knop M Opnamemenu M Beeldmodus
Optie*
Formaat
(pixels)
Beschrijving
Q 4320×3240P 4320 × 3240
Hogere kwaliteit dan R, geschikt voor vergrotingen of
afdrukken van hoge kwaliteit. De compressieverhouding
is circa 1:4.
R 4320×3240
(standaardinstelling)
4320 × 3240
Dit is in de meeste omstandigheden de beste keuze. De
compressieverhouding is circa 1:8.
R 3264×2448 3264 × 2448
L 2592×1944 2592 × 1944
M 2048×1536 2048 × 1536
Kleiner formaat dan R, R of L, om meer foto's te
kunnen opslaan. De compressieverhouding is circa 1:8.
N 1024×768 1024 × 768
Geschikt voor weergave op een computermonitor. De
compressieverhouding is circa 1:8.
O 640×480 640 × 480
Geschikt voor schermvullende weergave op een televisie
met een beeldverhouding van 4:3, of voor verspreiding
per e-mail. De compressieverhouding is circa 1:8.
P 4224×2376 4224 × 2376
Foto's met een beeldverhouding van 16:9 worden
opgeslagen. De compressieverhouding is circa 1:8.
Beeldmodus
4320
×
3240
3264
×
2448
2592
×
1944
2048
×
1536
1024
×
768
640
×
480
4320
×
3240
P