DIGITALE CAMERA Naslaggids Nl
Informatie over handelsmerken • Microsoft, Windows en Windows Vista zijn geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. • Macintosh, Mac OS en QuickTime zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de V.S. en andere landen. • Adobe en Acrobat zijn geregistreerde handelsmerken van Adobe Systems Inc. • De SDXC-, SDHC- en SD-logo's zijn handelsmerken van SD-3C, LLC. • PictBridge is een handelsmerk.
Inleiding Onderdelen van de camera en bediening Basisstappen voor opname en weergave Opnamefuncties Weergavefuncties Films opnemen en weergeven Algemene camera-instellingen Referentiegedeelte Technische opmerkingen en index i
Inleiding Lees dit eerst Inleiding Dank u voor uw aankoop van de Nikon COOLPIX S4200 digitale camera. Voor u deze camera gebruikt, dient u de informatie in “Voor uw veiligheid” (Avi) te lezen en u vertrouwd te maken met de informatie in deze handleiding. Als u deze handleiding heeft gelezen, dient u ze in de buurt te bewaren, zodat u de handleiding kunt raadplegen om uw nieuwe camera nog beter te leren gebruiken.
Lees dit eerst Over deze handleiding Inleiding Als u de camera onmiddellijk wilt gebruiken, zie “Basisstappen voor opname en weergave” (A15). Als u meer informatie wilt over de onderdelen van de camera en de bediening ervan, zie “Onderdelen van de camera en bediening” (A1).
Lees dit eerst Informatie en voorzorgsmaatregelen Permanente kennisoverdracht Inleiding Als onderdeel van Nikon's streven naar “permanente kennisoverdracht” via continue productondersteuning en -informatie is er altijd nieuwe, bijgewerkte informatie online beschikbaar op de volgende websites: • Voor gebruikers in de VS: http://www.nikonusa.com/ • Voor gebruikers in Europa en Afrika: http://www.europe-nikon.com/support/ • Voor gebruikers in Azië, Oceanië en het Midden-Oosten: http://www.nikon-asia.
Lees dit eerst Over de handleidingen Inleiding • Geen enkel onderdeel van de bij dit product geleverde documentatie mag worden gereproduceerd, overgedragen, getranscribeerd, worden opgeslagen in een archiefsysteem of in enige vorm worden vertaald naar enige taal, met enig middel, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nikon.
Voor uw veiligheid Inleiding Om schade aan uw Nikon-product of letsel bij uzelf of anderen te voorkomen, verzoeken wij u de volgende veiligheidsvoorschriften goed door te lezen alvorens dit product in gebruik te nemen. Bewaar deze veiligheidsinstructies op een plaats waar alle gebruikers van dit product deze kunnen lezen.
Voor uw veiligheid • Een volledig ontladen batterij kan gaan lekken. Om schade aan het product te voorkomen, dient u de batterij te verwijderen wanneer deze leeg is. • Stop onmiddellijk met het gebruik van de batterij wanneer zich een verandering voordoet, zoals verkleuring of vervorming. • Spoel kleding of huid die in contact is gekomen met vloeistof uit een beschadigde batterij onmiddellijk af met veel water.
Voor uw veiligheid Inleiding • Raak de stekker of de lichtnetlaadadapter niet met natte handen aan. Als u deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit leiden tot een elektrische schok. • Gebruik geen converters of adapters om van de ene spanning naar de andere spanning om te schakelen en gebruik geen DC-naar-AC omvormers. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan het product beschadigen of leiden tot oververhitting of brand.
Mededelingen Mededeling voor Europese klanten Inleiding OPGELET GEVAAR VOOR ONTPLOFFING ALS DE BATTERIJ WORDT VERVANGEN DOOR EEN VERKEERD TYPE. DOE GEBRUIKTE BATTERIJEN VOLGENS DE INSTRUCTIES WEG. Dit pictogram geeft aan dat dit product via gescheiden inzameling moet worden afgevoerd. Het volgende is alleen van toepassing op gebruikers in Europese landen: • Dit product moet gescheiden van het overige afval worden ingeleverd bij een daarvoor bestemd inzamelingspunt.
Inhoudsopgave Inleiding.................................................................................................................................................. ii Inleiding Lees dit eerst........................................................................................................................................... ii De inhoud van de verpakking controleren ........................................................................................... ii Over deze handleiding..............
Inhoudsopgave Basisstappen voor opname en weergave ............................................................................... 15 Inleiding Voorbereiding 1 Plaats de batterij................................................................................................ 16 Voorbereiding 2 Laad de batterij op............................................................................................ 18 Voorbereiding 3 Plaats een geheugenkaart ...........................................................
Inhoudsopgave Inleiding Basisopname-instellingen ............................................................................................................... 54 Beschikbare functies voor elke opnamestand.................................................................................. 54 De flitser gebruiken (flitsstanden) ............................................................................................................ 55 De zelfontspanner gebruiken ..........................................
Inhoudsopgave Referentiegedeelte ..................................................................................................................... E1 Inleiding De optie Tekenen gebruiken ..................................................................................................... E2 Panorama Assist gebruiken........................................................................................................ E3 Stand Favoriete beelden ........................................................
Inhoudsopgave Inleiding xiv Het menu Slim portret .............................................................................................................. E47 e Huid verzachten ............................................................................................................................... E47 y Knipperdetectie .................................................................................................................................. E48 a Glimlachtimer .........................
Inhoudsopgave Technische opmerkingen en index ........................................................................................ F1 Inleiding Levensduur en prestaties van de camera optimaliseren.................................................. F2 De camera.......................................................................................................................................................... F2 De batterij.............................................................................
xvi
Onderdelen van de camera en bediening Onderdelen van de camera en bediening Dit hoofdstuk beschrijft de onderdelen van de camera en het gebruik van de basisfuncties. Onderdelen van de camera .....................................................2 De camerabody ............................................................................................................................2 Het aanraakpaneel gebruiken ................................................4 Tikken.......................................
Onderdelen van de camera en bediening Onderdelen van de camera De camerabody 1 2 3 5 4 6 Onderdelen van de camera en bediening 9 Objectiefbescherming gesloten 8 1 Ontspanknop................................................ 13, 30 2 Zoomknop.............................................................. 29 f: Groothoek ................................................. 29 g: Tele................................................................... 29 h: Miniatuurweergave ............................
Onderdelen van de camera 1 2 Onderdelen van de camera en bediening 3 4 5 Onder het deksel aansluitingen 6 7 8 9 10 11 12 13 1 Monitor/aanraakscherm ................................... 6 7 Statiefaansluiting 2 b (e filmopname)-knop ........................... 82 8 Luidspreker .............................................86, E59 3 Laadlampje.............................................19, E79 Flitserlampje ..........................................................
Het aanraakpaneel gebruiken De monitor op de COOLPIX S4200 is een aanraakscherm. Gebruik een vinger of de meegeleverde stylus om het aanraakscherm te bedienen. Tikken Onderdelen van de camera en bediening Tik tegen het aanraakscherm. Hiermee kunt u het volgende doen: • Selecteer pictogrammen.
Het aanraakpaneel gebruiken De stylus gebruiken Gebruik de stylus voor bedieningen zoals de tekenoptie (A47) of de paint-optie (A75) waarvoor meer precisie vereist is dan met uw vinger mogelijk is. De stylus bevestigen Bevestig de stylus zoals aangegeven op de riem. Onderdelen van de camera en bediening B Opmerkingen over het aanraakscherm • Druk niet op het aanraakscherm met andere scherpe voorwerpen dan de meegeleverde stylus. • Oefen geen nodeloze druk uit op het aanraakscherm.
Aanduidingen en handelingen van de monitor/het aanraakscherm Opnamestand (informatieaanduidingen) • De op de monitor weergegeven informatie is afhankelijk van de instelling of de status van de camera. Bij de standaardinstelling worden de volgende aanduidingen weergegeven wanneer de camera wordt ingeschakeld of in gebruik is, en ze verdwijnen na enkele seconden (wanneer Foto-informatie is ingesteld op Automatische info in Monitorinstellingen (A88)). Tik op A om de informatie opnieuw weer te geven.
Aanduidingen en handelingen van de monitor/het aanraakscherm Opnamestand (bedieningselementen) Tik op de volgende bedieningsknoppen om instellingen te wijzigen. • Tik op de tab d om de menu-opties weer te geven zodat u de opnameinstellingen kunt wijzigen (A11). • De beschikbare bedieningsknoppen en de weergegeven aanduidingen zijn afhankelijk van de opnamestand en de huidige camera-instellingen. a Onderdelen van de camera en bediening 7 b 29 0 50 1 2 3 6 4 1 2 3 4 Tab d ..............................
Aanduidingen en handelingen van de monitor/het aanraakscherm Weergavestand (informatiescherm) • De op de monitor weergegeven informatie is afhankelijk van het weergegeven beeld en van de status van de camera. • Bij de standaardinstelling worden de volgende aanduidingen weergegeven wanneer de camera wordt ingeschakeld of in gebruik is, en ze verdwijnen na enkele seconden (wanneer Foto-informatie is ingesteld op Automatische info in Monitorinstellingen (A88)).
Aanduidingen en handelingen van de monitor/het aanraakscherm Weergavestand (bedieningselementen) Tik op de volgende bedieningsknoppen om instellingen te wijzigen. • Tik op de tab d om de menu-opties weer te geven, zodat u kunt wissen of bewerken (A11). • De beschikbare bedieningsknoppen en de weergegeven aanduidingen zijn afhankelijk van het weergegeven beeld en de huidige camera-instellingen. 2 3 Onderdelen van de camera en bediening 1 999 / 999 4 5 9999. JPG 15/05/2012 15:30 1 2 3 Filmweergave .
Aanduidingen en handelingen van de monitor/het aanraakscherm Omschakelen tussen opnamestand en weergavestand De camera heeft twee werkstanden: de opnamestand die wordt gebruikt om foto's te maken, en de weergavestand die wordt gebruikt om beelden te bekijken. In de opnamestand drukt u op de c (weergave)-knop om naar de weergavestand te gaan; in de weergavestand drukt u op de A (opnamestand)-knop om naar de opnamestand te gaan.
Aanduidingen en handelingen van de monitor/het aanraakscherm Menu's gebruiken (tab d) Tijdens opname Gebruik de tab d om de instellingen van elke opnamestand te wijzigen. • Wijzig de instellingen voor u de opname maakt. • U kunt de algemene camera-instellingen ook wijzigen in het setup-menu. 8 0 50 Tik op een menu-optie • Het instelscherm van de geselecteerde menu-optie wordt weergegeven. • Tik op z om het setup-menu weer te geven. • Om de menu-opties te verbergen, tikt u op de tab d.
Aanduidingen en handelingen van de monitor/het aanraakscherm Tijdens afspelen Gebruik de tab d om beelden te wissen of te bewerken. • Selecteer beelden voor u wijzigingen aanbrengt. U kunt beelden selecteren door ze te slepen terwijl het selectiescherm met de menu-opties wordt weergegeven. • U kunt de algemene camera-instellingen ook wijzigen in het setup-menu. 4/ 4 Onderdelen van de camera en bediening 0004.
Aanduidingen en handelingen van de monitor/het aanraakscherm De ontspanknop indrukken. De camerariem bevestigen Onderdelen van de camera en bediening Wanneer half ingedrukt (d.w.z. als u lichtjes drukt tot u een lichte weerstand voelt): stelt scherpstelling en belichting in. Wanneer helemaal ingedrukt (d.w.z. als u de knop volledig indrukt): ontspant de sluiter. • U kunt de sluiter ook ontspannen door op de monitor te tikken. Zie “q/s/r Aanraakopname” (A39) voor meer informatie.
14
Basisstappen voor opname en weergave Voorbereiding Opname Stap 1 Schakel de camera in ......................................................................................................22 De taal, datum en tijd instellen (Eerste gebruik na aankoop)...................................24 Stap 2 Selecteer een opnamestand ........................................................................................26 Stap 3 Het beeld kadreren.........................................................................
Basisstappen voor opname en weergave Voorbereiding 1 Plaats de batterij 1 Open het deksel van het batterijvak/de geheugenkaartsleuf. 2 Plaats de meegeleverde oplaadbare Li-ion-batterij EN-EL19. Batterijvergrendeling Basisstappen voor opname en weergave • Gebruik de rand van de batterij om de oranje batterijvergrendeling in de met de pijl (1) aangegeven richting te duwen en plaats de batterij volledig (2). • Als de batterij juist geplaatst is, klikt de batterijvergrendeling op haar plaats.
Voorbereiding 1 Plaats de batterij De batterij verwijderen Zet de camera uit en controleer of het camera-aan-lampje en de monitor zijn uitgeschakeld en open het deksel van het batterijvak/de geheugenkaartsleuf. Duw de oranje batterijvergrendeling in de met de pijl aangegeven richting (1) om de batterij gedeeltelijk uit te werpen. Trek de batterij recht uit de camera (2), niet scheef.
Voorbereiding 2 Laad de batterij op 1 Bereid de meegeleverde lichtnetlaadadapter EH-69P voor. • Als een stekkeradapter* is meegeleverd, bevestigt u de stekkeradapter op de stekker van de lichtnetlaadadapter. Druk de stekkeradapter er stevig op zodat deze goed blijft zitten. Zodra deze twee aan elkaar vast zitten, kan het product beschadigd raden als u de stekkeradapter met geweld probeert los te maken.
Voorbereiding 2 Laad de batterij op Betekenis van het laadlampje Laadlampje Beschrijving De batterij laadt op. Uit De batterij laadt niet op. Als het opladen is voltooid, knippert het v niet meer groen en wordt het uitgeschakeld. Knippert snel (groen) • De omgevingstemperatuur is niet geschikt om op te laden. Laad de batterij binnenshuis op bij een omgevingstemperatuur van 5 °C tot 35 °C. • De USB-kabel of de lichtnetlaadadapter is niet correct aangesloten of er is een probleem met de batterij.
Voorbereiding 3 Plaats een geheugenkaart 1 Controleer of het camera-aan-lampje en de monitor zijn uitgeschakeld en open het deksel van het batterijvak/de geheugenkaartsleuf. • Zet de camera uit voor u het deksel opent. 2 Plaats de geheugenkaart. Geheugenkaartsleuf • Duw de geheugenkaart correct in de sleuf tot deze op zijn plaats klikt.
Voorbereiding 3 Plaats een geheugenkaart Geheugenkaarten verwijderen Zet de camera uit en controleer of het camera-aan-lampje en de monitor zijn uitgeschakeld en open het deksel van het batterijvak/de geheugenkaartsleuf. Duw de geheugenkaart voorzichtig in de camera (1) om de kaart gedeeltelijk uit te werpen. Trek de geheugenkaart recht uit de camera (2); trek de kaart niet scheef. B Opgelet hoge temperatuur De camera, de batterij en de geheugenkaart kunnen heet zijn wanneer de camera net werd gebruikt.
Stap 1 Schakel de camera in 1 Druk op de hoofdschakelaar om de camera aan te zetten. • Wanneer u de camera voor het eerst na de aankoop aanzet, zie “De taal, datum en tijd instellen” (A24). • Het objectief schuift naar buiten en de monitor schakelt in. 2 Controleer de aanduiding van het batterijniveau en het aantal resterende opnamen. Aanduiding batterijniveau Aantal resterende opnamen Basisstappen voor opname en weergave 8 0 50 Aanduiding batterijniveau Beschrijving D Het batterijniveau is hoog.
Stap 1 Schakel de camera in De camera aan- en uitzetten • Wanneer de camera wordt ingeschakeld, gaat het camera-aan-lampje (groen) aan en schakelt de monitor in (het camera-aan-lampje gaat uit wanneer de monitor inschakelt). • Druk op de hoofdschakelaar om de camera uit te zetten. Als de camera wordt uitgeschakeld, worden zowel het camera-aan-lampje als de monitor uitgeschakeld. • Zet de camera aan in weergavestand door de c (weergave)-knop ingedrukt te houden. Het objectief schuift niet uit.
Stap 1 Schakel de camera in De taal, datum en tijd instellen Wanneer de camera voor het eerst wordt ingeschakeld, verschijnt het taalkeuzescherm en het instelscherm voor de datum en de tijd voor de cameraklok. 1 Tik op de gewenste taal. • Voor meer informatie over de bediening van het aanraakpaneel, zie “Het aanraakpaneel gebruiken” (A4). Basisstappen voor opname en weergave 2 Tik op Ja.
Stap 1 Schakel de camera in 6 Tik op Ja. Datum en tijd • De instellingen worden toegepast, het objectief schuift uit en de camera gaat naar de opnamestand. OK? Ja Nee Zomertijd C Eigen tijdzone De instelling voor de taal of de datum en tijd wijzigen • U kunt deze instellingen wijzigen met de instellingen Taal/Language en Tijdzone en datum in het setup-menu (A88). • U kunt de zomertijd in- of uitschakelen door Tijdzone en datum en vervolgens Tijdzone te selecteren in het setup-menu.
Stap 2 Selecteer een opnamestand 1 Druk op de knop A in de opnamestand. • Het menu met opnamestanden verschijnt, waar u de gewenste opnamestand kunt kiezen. 2 Basisstappen voor opname en weergave 26 Tik op het pictogram voor de gewenste opnamestand. • In dit voorbeeld wordt de stand A (automatisch) gebruikt. Tik op A Autostand. • Zie “Aanduidingen en handelingen van de monitor/het aanraakscherm” (A6) voor meer informatie.
Stap 2 Selecteer een opnamestand Beschikbare opnamestanden A Autostand A38 Gebruikt voor algemene opnamen. De instellingen kunnen worden aangepast in het opnamemenu (A39) overeenkomstig de opnameomstandigheden en het gewenste type opname. C Onderwerp A41 Wanneer een opnameonderwerp is geselecteerd, worden de camera-instellingen geoptimaliseerd om foto's van dat type onderwerp te maken.
Stap 3 Het beeld kadreren 1 Houd de camera met beide handen stevig vast. • Let op dat uw vingers en overige voorwerpen zich niet voor het objectief, de flitser, de AF-hulpverlichting, de microfoon of de luidspreker bevinden. • Als u “staande” opnamen maakt, draait u de camera op zo'n manier dat de ingebouwde flitser zich boven het objectief bevindt.
Stap 3 Het beeld kadreren De zoom gebruiken Gebruik de zoomknop om de optische zoom te activeren. • Om dichter op het onderwerp in te zoomen, draait u de zoomknop naar g (tele). • Om uit te zoomen en een groter gebied weer te geven, draait u de zoomknop naar f (groothoek). • De zoomstand is ingesteld op de maximale groothoekstand wanneer de camera wordt ingeschakeld. • Een zoomaanduiding verschijnt aan de bovenzijde op de monitor zodra de zoomknop wordt gedraaid.
Stap 4 Scherpstellen en opnemen 1 Druk de ontspanknop half in, d.w.z. druk lichtjes op de knop tot u een lichte weerstand voelt. Basisstappen voor opname en weergave • Wanneer u de ontspanknop half indrukt, stelt de camera de scherpstelling en de belichting in (sluitertijd en diafragmawaarde). De scherpstel- en belichtingsinstellingen blijven geblokkeerd zolang u de ontspanknop half ingedrukt houdt.
Stap 4 Scherpstellen en opnemen B Opmerking over het opnemen van beelden en het opslaan van films De aanduiding die het aantal resterende opnamen aangeeft of de aanduiding die de maximale filmduur aangeeft, knippert terwijl beelden worden opgenomen of terwijl een film wordt opgeslagen. Open het deksel van het batterijvak/de geheugenkaartsleuf niet en verwijder de batterij of de geheugenkaart niet terwijl een aanduiding knippert.
Stap 5 Beelden weergeven 1 Druk op de c (weergave)-knop. • Wanneer u omschakelt van de opnamestand naar de weergavestand, wordt het laatst opgeslagen beeld weergegeven in de schermvullende weergavestand. b (e filmopname)-knop Basisstappen voor opname en weergave A (opnamestand)-knop 2 Sleep het huidige beeld om het vorige of volgende beeld weer te geven. c (weergave)-knop 4/ 4 4/ 4 • Om het vorige beeld weer te geven, sleept u het beeld naar rechts of tikt u op G.
Stap 5 Beelden weergeven De weergave van beelden wijzigen Wanneer u de weergavestand gebruikt, kunt u de weergave van beelden wijzigen door de zoomknop te draaien naar f (h) en g (i) (A2). Zoomweergave 4/ 4 0004. JPG 15/05/2012 15:30 g (i) f (h) Beeld wordt ingezoomd • U kunt op beelden inzoomen tot factor 10×. U kunt de zoomfactor aanpassen door de zoomknop te draaien naar f (h) en g (i). • Om een ander gedeelte van het beeld te bekijken, sleept u het beeld of tikt u op A, B, C of D.
Stap 6 Ongewenste beelden wissen 1 Geef een beeld weer dat u wilt wissen, tik op de tab d om de menu-opties weer te geven (A12) en tik op c. 2 Tik op de gewenste wisoptie. Basisstappen voor opname en weergave 3 Tik op Ja in het bevestigingsvenster Wissen. • Eenmaal gewiste beelden kunt u niet meer terughalen. • Om te stoppen zonder het beeld te wissen, tikt u op J of Nee.
Stap 6 Ongewenste beelden wissen Het scherm Wis gesel. beeld(en) gebruiken 1 Tik op een beeld om y weer te geven. • Om de selectie van het beeld op te heffen, tikt u nogmaals op het beeld, zodat y verdwijnt. • Tik op B of C of sleep de bladerbalk verticaal om door de weergave te bladeren. • Tik op n of o of draai de zoomknop naar g (i) of f (h) om het aantal weergegeven beelden te wijzigen. 2 Voeg y toe aan alle te wissen beelden en tik op I om de selectie toe te passen.
36
Opnamefuncties Dit hoofdstuk beschrijft de opnamestanden van de camera en de functies die beschikbaar zijn in elke opnamestand. U kunt opnamestanden selecteren en instellingen aanpassen overeenkomstig de opnameomstandigheden en het soort beelden dat u wilt vastleggen.
Opnamefuncties A (Auto)-stand gebruiken Gebruikt voor algemene opnamen. De instellingen kunnen worden aangepast in het opnamemenu (A39) overeenkomstig de opnameomstandigheden en het gewenste type opname. In het opnamescherm M A (opnamestand)-knop M A (auto)-stand (A26–27) Opnamefuncties • Wanneer de camera een menselijk gezicht detecteert, stelt de camera hierop automatisch scherp (zie “Gezichtsherkenning” (A68) voor meer informatie).
A (Auto)-stand gebruiken Beschikbare opties in het opnamemenu Automatisch In de stand A (auto) kunnen de volgende opties worden gewijzigd.
A (Auto)-stand gebruiken Onderwerpen die niet geschikt zijn voor autofocus Wanneer u een onderwerp opneemt dat niet geschikt is voor autofocus (A31), probeert u enkele malen de ontspanknop half in te drukken om opnieuw scherp te stellen, of probeert u de volgende technieken. Opnamefuncties 1 Schakel naar de stand A (auto) (A38) en selecteer Aanraak-AF/AE voor de instelling Aanraakopname. 2 Tik op een ander onderwerp dat zich even ver van de camera bevindt als het gewenste onderwerp.
Onderwerpstand (Opname voor vastgestelde onderwerpen) Wanneer een van de volgende onderwerpen is geselecteerd, worden de camerainstellingen automatisch geoptimaliseerd voor het geselecteerde onderwerp.
Onderwerpstand (Opname voor vastgestelde onderwerpen) Onderwerpeffect aanpassen De instelknop onderwerpeffecten wordt weergegeven door in de hierna vermelde onderwerpstanden op g te tikken. • Tik op of sleep de instelknop onderwerpeffecten om de mate aan te passen waarin het effect wordt toegepast op foto's die in de geselecteerde onderwerpstand worden gemaakt. • Als u klaar bent met de aanpassing, tikt u op H om de instelknop onderwerpeffecten te verbergen.
Onderwerpstand (Opname voor vastgestelde onderwerpen) Onderwerpstand (Opname voor vastgestelde onderwerpen) x Autom. scènekeuzekn. De camera maakt het fotograferen eenvoudiger door automatisch de optimale onderwerpstand te selecteren, zoals hierna aangegeven, wanneer de opname wordt gekadreerd.
Onderwerpstand (Opname voor vastgestelde onderwerpen) d Sport Opnamefuncties Gebruik deze stand wanneer u opnamen maakt van sportmanifestaties. De camera legt een reeks foto's vast zodat u duidelijk gedetailleerde bewegingen in een bewegend onderwerp kunt zien. • De camera stelt scherp op het midden van het beeld. Het scherpgestelde veld kan worden gewijzigd met Aanraaksluiter (A39) of Aanraak-AF/AE (A39). • Om continu foto's te nemen, houdt u de ontspanknop ingedrukt.
Onderwerpstand (Opname voor vastgestelde onderwerpen) Z Strand Voor heldere onderwerpen, zoals stranden en watervlakten. • De camera stelt scherp op het midden van het beeld. Het scherpgestelde veld kan worden gewijzigd met Aanraaksluiter (A39) of Aanraak-AF/AE (A39). z Sneeuw Voor heldere onderwerpen, zoals een sneeuwvlakte. • De camera stelt scherp op het midden van het beeld. Het scherpgestelde veld kan worden gewijzigd met Aanraaksluiter (A39) of Aanraak-AF/AE (A39).
Onderwerpstand (Opname voor vastgestelde onderwerpen) j Nachtlandschap O Er wordt een lange sluitertijd gebruikt om fraaie nachtelijke landschapsfoto's te maken. • Het scherpstelveld of de scherpstelaanduiding (A30) lichten altijd groen op wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt. k Close-up Opnamefuncties Voor het fotograferen van bloemen, insecten en andere kleine voorwerpen op korte afstand.
Onderwerpstand (Opname voor vastgestelde onderwerpen) l Museum Gebruik deze stand binnen als flitsen verboden is (bijvoorbeeld in musea en galeries), of in andere gevallen waarin u geen flitser wilt gebruiken. • De camera stelt scherp op het midden van het beeld. Het scherpgestelde veld kan worden gewijzigd met Aanraaksluiter (A39) of Aanraak-AF/AE (A39).
Onderwerpstand (Opname voor vastgestelde onderwerpen) o Tegenlicht Gebruik deze stand wanneer het licht van achter het onderwerp komt, waardoor een gezicht of andere belangrijke details in de schaduw liggen. De flitser wordt automatisch gebruikt om schaduwen “in te vullen” (te verlichten). • De camera stelt scherp op het midden van het beeld. Het scherpgestelde veld kan worden gewijzigd met Aanraaksluiter (A39) of Aanraak-AF/AE (A39).
Onderwerpstand (Opname voor vastgestelde onderwerpen) O Dierenportret Opnamefuncties Gebruik deze stand om portretten te maken van dieren (honden of katten). Wanneer de camera het gezicht van een hond of kat detecteert, stelt de camera scherp op het gezicht en wordt de sluiter (Dierenp. autom. ontsp.) 3 keer automatisch ontspannen in de standaardinstelling. • Rond het gedetecteerde gezicht wordt een dubbele rand (scherpstelveld) weergegeven, die groen wordt wanneer is 8 0 scherpgesteld.
Stand speciale effecten (effecten toepassen tijdens opname) Effecten kunnen tijdens het fotograferen op beelden worden toegepast. In het opnamescherm M A (opnamestand)-knop M R Speciale effecten M selecteer een effect (A26–27) De volgende zes effecten zijn beschikbaar. Categorie Speciale effecten Beschrijving Opnamefuncties O Zacht Verzacht het beeld door een lichte waas aan het volledige beeld toe te voegen.
Stand Slim portret (beelden van lachende gezichten vastleggen) Wanneer de camera een lachend gezicht detecteert, kunt u automatisch een foto maken zonder op de ontspanknop te drukken (Glimlachtimer). U kunt de optie Huid verzachten gebruiken om de huidtinten van menselijke gezichten te verzachten. In het opnamescherm M A (opnamestand)-knop M F Slim portret (A26–27) 1 Kadreer een foto en wacht tot het onderwerp lacht zonder de ontspanknop in te drukken.
Stand Slim portret (beelden van lachende gezichten vastleggen) B Opmerkingen over de stand Slim portret • Digitale zoom is niet beschikbaar. • In bepaalde opnameomstandigheden kan de camera gezichten of een glimlach niet herkennen. • Zie “Opmerkingen over de gezichtsherkenningsfunctie” (A69) voor meer informatie.
Stand Slim portret (beelden van lachende gezichten vastleggen) De instellingen voor de stand Slim portret wijzigen • U kunt de instellingen voor de flitsstand, zelfontspanner en belichtingscorrectie wijzigen. Zie “Basisopname-instellingen” (A54) voor meer informatie. • Als u op de tab d tikt (A11), verschijnen de beschikbare menu-opties in de stand Slim portret. Zie “Menuopties Slim portret” (A53) voor meer informatie.
Basisopname-instellingen In de opnamestand kunt u de volgende functies instellen door op de pictogrammen onderaan de monitor te tikken: 1 Flitsstand 2 Zelfontspanner 3 Macrostand 4 Belichtingscompensatie • Wanneer de pictogrammen verborgen zijn, tikt u op A. 8 0 50 1 2 3 4 Beschikbare functies voor elke opnamestand Opnamefuncties De functies die kunnen worden ingesteld variëren naargelang de opnamestand, zoals hierna weergegeven.
Basisopname-instellingen De flitser gebruiken (flitsstanden) De flitsstand kan worden geselecteerd overeenkomstig de opnameomstandigheden. 1 Tik op het pictogram Flitsstand. 2 Tik op het pictogram voor de gewenste flitsstand. 3 Flits-stand Automatisch Kadreer het onderwerp en maak een foto. • Het flitserlampje geeft de status van de flitser aan wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt. - Aan: De flitser wordt gebruikt wanneer u de ontspanknop helemaal indrukt.
Basisopname-instellingen Beschikbare flitsstanden a Automatisch Bij weinig licht wordt de flitser automatisch gebruikt. b Autom. met rode-ogenred. Geschikt voor foto's van mensen. Deze optie vermindert het “rode ogen”-fenomeen dat wordt veroorzaakt door het gebruik van de flitser. c Uit De flitser gaat niet af, ook niet bij weinig licht. • Het is aan te bevelen een statief te gebruiken om de camera te stabiliseren wanneer u met weinig licht fotografeert.
Basisopname-instellingen De zelfontspanner gebruiken De camera is voorzien van een zelfontspanner, die de sluiter tien seconden of twee seconden na het indrukken van de ontspanknop ontspant. Het gebruik van de zelfontspanner is aangewezen wanneer u zelf in de foto wilt voorkomen en wanneer u de gevolgen van cameratrilling wilt vermijden die zich voordoet wanneer u op de ontspanknop drukt. Bij gebruik van de zelfontspanner wordt een statief aanbevolen. 1 Tik op het pictogram voor de zelfontspanner.
Basisopname-instellingen 4 Druk de ontspanknop helemaal in. • De zelfontspanner start en het aantal seconden tot de opname wordt op de monitor weergegeven. Het zelfontspannerlampje knippert terwijl de timer aftelt. Ongeveer één seconde voordat de sluiter wordt ontspannen, gaat het lampje continu branden. • Zodra de sluiter is ontspannen, wordt de zelfontspanner weer op OFF gezet. • Als u de zelfontspanner wilt stoppen voordat een beeld is gemaakt, drukt u nogmaals op de ontspanknop.
Basisopname-instellingen Gebruik van Macro-stand Wanneer u de macro-stand gebruikt, kan de camera scherpstellen op een onderwerp op een afstand van 5 cm of meer van de voorzijde van het objectief. Deze functie is handig wanneer u van dichtbij beelden wilt maken van bloemen en andere kleine voorwerpen. 1 Tik op het pictogram Macro-stand. 2 Tik op o. 3 Macro-stand Aan Aan Uit Opnamefuncties • Tik op het instelpictogram voor de macro-stand om terug te keren naar het vorige scherm.
Basisopname-instellingen B Opmerking over het gebruik van de flitser De flitser kan mogelijk het volledige onderwerp niet verlichten op afstanden van minder dan 50 cm. C Autofocus Wanneer foto's in de macro-stand worden gemaakt, past de camera de scherpstelling continu aan tot de ontspanknop half wordt ingedrukt om de scherpstelling te vergrendelen. Daardoor kunt u het geluid van de objectiefmotor eventueel horen.
Basisopname-instellingen Helderheid aanpassen (Belichtingscompensatie) Belichtingscompensatie wordt gebruikt om de door de camera geselecteerde belichtingswaarde te wijzigen, zodat u beelden lichter of donkerder kunt maken. 1 Tik op het pictogram voor de belichtingscorrectie. 2 Tik op C of D om de belichtingscorrectiewaarde te wijzigen. 8 0 50 Belichtingscompensatie 3 Druk de ontspanknop in om een foto te maken.
Basisopname-instellingen Standaardinstellingen De standaardinstellingen voor elke functie in elke opnamestand worden hierna beschreven. • Op de volgende pagina vindt u informatie over de standaardinstellingen in de opnamestanden. Flits-stand (A55) Zelfontspanner (A57) Macro-stand (A59) Belichtingscompensatie (A61) A (auto) a Uit Uit 0,0 R (Speciale effecten) a Uit Uit 0,0 F (Slim portret) a1 Uit2 Uit3 0,0 1 De functie kan niet worden gebruikt wanneer Knipperdetectie is ingesteld op Aan.
Basisopname-instellingen De standaardinstellingen voor elke functie in onderwerpstand worden hierna beschreven.
A Het beeldformaat wijzigen (Beeldmodus) • U kunt de instelling Beeldmodus in het opnamemenu gebruiken om de combinatie van beeldformaat en compressieverhouding te selecteren die moet worden gebruikt wanneer beelden worden opgeslagen. In het opnamescherm M Tik op de tab d M A Beeldmodus Stel de beeldmodus in die het best geschikt is voor de manier waarop de beelden zullen worden gebruikt, en overeenkomstig de capaciteit van het interne geheugen of de geheugenkaart.
A Het beeldformaat wijzigen (Beeldmodus) C Beeldmodus • De instelling kan ook worden gewijzigd in andere standen dan de stand A (auto), door op de tab d te tikken om de menu-opties weer te geven en daarna op A te tikken. • Wijzigingen die aangebracht zijn aan de instelling voor de beeldmodus, worden toegepast op alle opnamestanden. • Bij bepaalde functies kan deze instelling niet worden ingeschakeld (A66).
Functies die niet tegelijk kunnen worden toegepast Bepaalde opname-instellingen kunnen niet samen met andere functies worden gebruikt. Beperkte functie Optie Continu (A39) Knipperdetectie (A53) Wanneer Aan is geselecteerd, is de flitser uitgeschakeld. Zelfontspanner Onderwerp volgen (A39) Wanneer aanraakopname is ingesteld op Onderwerp volgen, is de zelfontspanner uitgeschakeld.
Functies die niet tegelijk kunnen worden toegepast Beperkte functie Optie Onderwerp volgen (A39) Bewegingsdetectie Continu (A39) Knipperwaarsch. Digitale zoom Beschrijving Wanneer een foto wordt gemaakt met de functie Onderwerp volgen, is Bewegingsdetectie uitgeschakeld. Wanneer Multi-shot 16 is geselecteerd, is Bewegingsdetectie niet in geschakeld. ISO-waarde (A39) Wanneer een andere instelling dan Automatisch is geselecteerd voor ISO-waarde, is Bewegingsdetectie uitgeschakeld.
Gezichtsherkenning In de volgende opnamestanden gebruikt de camera gezichtsherkenning om automatisch scherp te stellen op menselijke gezichten. Wanneer de camera meer dan één gezicht herkent, wordt een dubbele rand weergegeven rond het gezicht waarop de camera zal scherpstellen, en wordt een enkele rand weergegeven rond de andere gezichten. Opnamestand Aantal gezichten dat kan worden gedetecteerd 8 0 50 Scherpstelveld (dubbele rand) Stand A (auto) (A38) Opnamefuncties 68 Onderwerpstand Autom.
Gezichtsherkenning B Opmerkingen over de gezichtsherkenningsfunctie • In de volgende situaties kan de camera mogelijk geen gezichten detecteren: - Als een gezicht deels verscholen gaat achter een zonnebril of een ander voorwerp - Als een gezicht te veel of te weinig ruimte beslaat in het beeld • Wanneer er meer dan één gezicht in het beeld voorkomt, bepalen diverse factoren, zoals de richting waarin de gezichten kijken, welke gezichten door de camera worden herkend en het gezicht waarop de camera scherps
Huid verzachten Als u een van de hierna vermelde onderwerpstanden gebruikt wanneer de sluiter wordt losgelaten, detecteert de camera een of meer menselijke gezichten (maximaal drie) en wordt het beeld verwerkt om de huidtinten te verzachten voordat het beeld wordt opgeslagen. • Autom. scènekeuzekn. (A43), onderwerpstand Portret (A43) of Nachtportret (A44) • Stand Slim portret • Bewerkingsfuncties zoals Huid verzachten kunnen worden toegepast op opgeslagen beelden met behulp van Glamour-retouchering (A75).
Weergavefuncties Dit hoofdstuk beschrijft hoe u bepaalde types beelden voor weergave kunt selecteren, alsook een aantal functies die beschikbaar zijn wanneer u beelden weergeeft. Weergavestand Automatisch sorteren 4/ 4 0004. JPG 15/05/2012 15:30 Weergavefuncties 4/ 4 0004.
Weergavefuncties Bepaalde types beelden selecteren voor weergave U kunt de weergavestand wijzigen overeenkomstig het type beelden dat u wilt bekijken. Beschikbare weergavestanden c Afspelen A32 Alle beelden worden weergegeven. Wanneer u omschakelt van de opnamestand naar de weergavestand, wordt deze stand geselecteerd. h Favoriete beelden E5 Alleen beelden die toegevoegd zijn aan albums, worden weergegeven. Beelden moeten aan albums worden toegevoegd voor deze stand wordt geselecteerd (A75).
Bepaalde types beelden selecteren voor weergave Omschakelen tussen weergavestanden 1 Druk op de knop c in de weergavestand. • Het scherm dat wordt gebruikt om een weergavestand te selecteren (het menu met weergavestanden), wordt weergegeven. 2 Tik op het pictogram voor de gewenste weergavestand. Weergavestand Afspelen • Wanneer u c (weergave) selecteert, verschijnt het weergavescherm.
Bepaalde types beelden selecteren voor weergave De fotoclassificatie instellen Wanneer aan beelden een classificatie van een tot vijf werd toegewezen, kunnen de beelden in groepen worden weergegeven op basis van hun classificatie. • Om een classificatie in te stellen, tikt u op de 4/ 4 classificatietab in de schermvullende weergave of in de miniatuurweergave (A33) en sleept u het gewenste classificatiepictogram naar een beeld. • Sleep en zet een ander pictogram neer om de classificatie te wijzigen. 0004.
Beschikbare functies in de weergavestand (weergavemenu) Als u op de tab d tikt terwijl u beelden bekijkt in de schermvullende weergavestand of de miniatuurweergavestand, worden de volgende menuopties weergegeven. • Tik op een pictogram om het menu voor die optie weer te geven (A12). Item A Beschrijving Beelden toevoegen aan een album. Beelden verwijderen uit een album in de stand Favoriete beelden. E5 c Wissen1 Beelden of films wissen.
De camera aansluiten op een televisie, computer of printer U kunt extra genieten van foto's en films door de camera aan te sluiten op een televisie, computer of printer. • Voordat u de camera aan een extern toestel aansluit, dient u er zeker van te zijn dat het resterende batterijniveau voldoende is en de camera uit staat. Voor informatie over de aansluitmethodes en daaropvolgende handelingen, raadpleeg naast dit document ook de documentatie die met het toestel werd meegeleverd.
Gebruik van ViewNX 2 ViewNX 2 is een alles-in-één softwarepakket waarmee u beelden kunt overzetten, weergeven, bewerken en delen. Installeer ViewNX 2 met behulp van meegeleverde ViewNX 2 Installer-cd-rom. Uw gereedschapsbox voor foto's ViewNX 2™ Installeren ViewNX 2 • Een internetverbinding is vereist.
Gebruik van ViewNX 2 2 Selecteer een taal in het menu voor taalselectie om het installatievenster te openen. • Als de gewenste taal niet wordt weergegeven, klikt u op Regioselectie om een andere regio te kiezen en selecteer vervolgens de gewenste taal (de knop Regioselectie is niet beschikbaar in de Europese versie). • Klik op Volgende om het installatievenster op te roepen. 3 Start het installatieprogramma.
Gebruik van ViewNX 2 Beelden naar een computer kopiëren 1 Kies hoe beelden naar de computer worden gekopieerd. Kies een van de volgende methoden: • Directe USB-aansluiting: schakel de camera uit en zorg ervoor dat de geheugenkaart in de camera is geplaatst. Sluit de camera aan op de computer met de meegeleverde USBkabel UC-E6. De camera wordt automatisch ingeschakeld.
Gebruik van ViewNX 2 2 Kopieer de beelden naar een computer. • Controleer of de naam van de aangesloten camera of verwijderbare schijf wordt weergegeven als de “Bron” in de titelbalk “Opties” van Nikon Transfer 2 (1). • Klik op Overspelen starten (2). 1 2 • Bij de standaardinstellingen worden alle beelden op de geheugenkaart naar de computer gekopieerd. 3 Beëindig de verbinding.
Films opnemen en weergeven U kunt films opnemen door gewoon op de b (e filmopname)-knop te drukken. 100 8 0 50 In de weergavestand tikt u op R om een film weer te geven. 0010.
Films opnemen en weergeven Films opnemen U kunt films opnemen door gewoon op de b (e filmopname)-knop te drukken. De instellingen die voor foto's worden uitgevoerd, zoals tint en witbalans, worden toegepast wanneer films worden opgenomen. • De maximale bestandsgrootte voor een film is 2 GB of de maximale filmduur bedraagt 29 minuten, zelfs als er voldoende vrije ruimte is op de geheugenkaart voor een langere film (A84).
Films opnemen B Opmerking over het opnemen van beelden en het opslaan van films De aanduiding die het aantal resterende opnamen aangeeft of de aanduiding die de maximale filmduur aangeeft, knippert terwijl beelden worden opgenomen of terwijl een film wordt opgeslagen. Open het deksel van het batterijvak/de geheugenkaartsleuf niet en verwijder de batterij of de geheugenkaart niet terwijl een aanduiding knippert.
Films opnemen B Opmerkingen over cameratemperatuur • De temperatuur van de camera kan drastisch stijgen wanneer hij langdurig wordt gebruikt voor filmopname, enz. of wanneer hij wordt gebruikt op plaatsen met een hoge omgevingstemperatuur. • Als de camera extreem heet wordt tijdens filmopname, beëindigt de camera automatisch de opname na 30 seconden. De cameramonitor toont het aantal resterende seconden (B30s) tot de automatische beëindiging wordt geactiveerd.
Films opnemen Instellingen voor filmopname wijzigen (het filmmenu) In het opnamescherm M Tik op de tab d (A11) De volgende menu-opties kunnen worden aangepast. 720 Optie Beschrijving A E62 n AF-filmstand Kies tussen A Enkelvoudige AF (standaardinstelling), dat de scherpstelstand vergrendelt bij de start van de filmopname, en B Fulltime-AF dat voortdurend scherpstelt tijdens filmopname.
Filmweergave Selecteer de gewenste film in de weergavestand (A32) en tik op R. 17 • Films kunt u herkennen aan het pictogram R dat erop wordt weergegeven. • De film wordt weergegeven. • Om het volume aan te passen voor de weergave begint, tikt u op de tab d om de menu-opties weer te geven en tikt u op i. 0010. AVI 15/05/2012 15:30 Handelingen tijdens afspelen van films Tik tijdens de weergave op de monitor om het bedieningspaneel voor de weergave onderaan de monitor weer te geven.
Algemene camerainstellingen Dit hoofdstuk beschrijft de diverse instellingen die kunnen worden uitgevoerd in het z setup-menu. Tijdzone en datum Monitorinstellingen Datumstempel Elektron. VR Bewegingsdetectie • Zie “Menu's gebruiken (tab d)” (A11) voor meer informatie over het gebruik van de cameramenu's. • Voor meer details over elke instelling raadpleegt u “Het setup-menu” (E64) in het referentiegedeelte.
Algemene camera-instellingen Het setup-menu Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup) (A11) De volgende menu-opties kunnen worden gewijzigd. Optie Algemene camera-instellingen 88 Set-up Welkomstscherm Tijdzone en datum Monitorinstellingen Datumstempel Elektron. VR Bewegingsdetectie Beschrijving A Hiermee kunt u het beeld kiezen dat als welkomstscherm wordt weergegeven wanneer de camera wordt ingeschakeld. c Welkomstscherm Selecteer COOLPIX om het COOLPIX-logo weer te geven.
Het setup-menu Optie Beschrijving Hiermee kunt u de waasvorming verminderen die tijdens de w Elektronische VR opname wordt veroorzaakt door cameratrilling. De standaardinstelling is Uit. A E71 Hiermee kunt u bewegingsdetectie in- of uitschakelen, waarmee de effecten van bewegingen van het onderwerp en cameratrillingen in foto's worden beperkt. De standaardinstelling is Automatisch.
Het setup-menu Optie Algemene camera-instellingen 90 Beschrijving A n Taal/Language Selecteer de taal voor de cameramonitor. E77 o Videostand Pas instellingen van de videostand aan voor aansluiting op een televisie. Selecteer tussen NTSC en PAL. E77 V Opladen via computer Wanneer Auto (standaardinstelling) is ingesteld, kunt u de batterij van de camera opladen door de camera aan te sluiten op een computer (op voorwaarde dat de computer stroom kan leveren).
E Referentiegedeelte Het referentiegedeelte omvat gedetailleerde informatie en tips voor het gebruik van de camera. Opname De optie Tekenen gebruiken.......................................................................................... E2 Panorama Assist gebruiken.............................................................................................. E3 Weergave Stand Favoriete beelden...................................................................................................
Referentiegedeelte De optie Tekenen gebruiken Schrijf een memo of maak een tekening op het aanraakscherm en sla dit op als een beeld. Het beeld wordt opgeslagen met de instelling O 640×480 voor de beeldmodus. 1 Stel de opnamestand in op A Tekenen. • Zie “Onderwerpstand (Opname voor vastgestelde onderwerpen)” (A41) voor informatie over het instellen van de opnamestand op Tekenen. 2 Schrijf een memo of maak een tekening. Pen • Tik op I (pen) om tekst te schrijven of op beelden te tekenen (E15).
Panorama Assist gebruiken Gebruik een statief voor het beste resultaat. 1 Stel de opnamestand in op U Panorama assist. • Zie “Onderwerpstand (Opname voor vastgestelde onderwerpen)” (A41) voor informatie over het instellen van de opnamestand op Panorama assist. • De richtingaanduiding-pictogrammen verschijnen om de richting aan te geven waarin de beelden voor het panorama worden gemaakt. 2 Tik op een richtingspictogram.
Panorama Assist gebruiken 5 Tik op H wanneer de opname voltooid is. • De camera keert terug naar stap 2. B 8 0 46 Opmerkingen bij Panorama assist • Pas de opname-instellingen toe of wijzig ze (A41) voor u de sluiter voor het eerste beeld ontspant. De opname-instellingen kunnen niet meer worden gewijzigd wanneer het eerste beeld werd gemaakt. Beelden kunnen niet worden gewist en de zoom kan niet worden bediend nadat de eerste foto werd gemaakt.
Stand Favoriete beelden U kunt uw favoriete foto's sorteren naar negen albums (deze optie is niet beschikbaar voor films). Zodra ze zijn toegevoegd, kunt u ervoor kiezen alleen de favoriete beelden weer te geven door de stand Favoriete beelden te selecteren. • Door albums te sorteren op thema of type onderwerp, kunt u een bepaald beeld gemakkelijker terugvinden. • U kunt een beeld toevoegen aan meerdere albums. • Aan elk album kunnen tot 200 beelden worden toegevoegd.
Stand Favoriete beelden Beelden bekijken in een album c-knop (weergavestand) M c-knop M h Favoriete beelden Selecteer het album dat u wilt weergeven en tik op een Favoriete beelden albumpictogram om beelden in het geselecteerde album weer te geven. • Wanneer u op K tikt in het albumselectiescherm, kunt u de albumpictogrammen (kleur en ontwerp) wijzigen (E8). • Wanneer u in de schermvullende of miniatuurweergavestand op de tab d tikt, kunt u de weergaveopties selecteren (A75).
Stand Favoriete beelden Beelden verwijderen uit albums Om een beeld uit een album te verwijderen zonder het beeld permanent te wissen, gaat u als volgt te werk. • Selecteer het gewenste beeld in schermvullende weergave in de stand Favoriete beelden, tik op de tab d om de menu-opties weer te geven, en tik vervolgens op h. Het bevestigingsscherm verschijnt. • Tik op Ja om het beeld uit het album te verwijderen.
Stand Favoriete beelden Pictogrammen wijzigen die aan albums zijn toegewezen De kleur en het ontwerp van het pictogram dat aan een album is toegewezen, kan zo worden gewijzigd, dat het thema van de beelden in het album duidelijk is. 1 Tik op K in het albumselectiescherm (E6). Favoriete beelden • Het keuzescherm voor het albumpictogram en de pictogramkleur verschijnt. 2 Tik op het gewenste pictogram, tik op of sleep de instelknop voor de kleur van het pictogram en tik op I.
Stand Automatisch sorteren Beelden worden automatisch gesorteerd naar categorieën, zoals portretten, landschappen en films. c-knop (weergavestand) M c-knop M F Automatisch sorteren Selecteer de categorie die u wilt weergeven en tik op een categoriepictogram om beelden in de geselecteerde categorie weer te geven. • Wanneer u in de schermvullende of miniatuurweergavestand op de tab d tikt, kunt u de weergaveopties selecteren (A75).
Stand Automatisch sorteren B Opmerkingen over de stand Automatisch sorteren • In de stand Automatisch sorteren kunnen in elke categorie maximaal 999 beelden of filmbestanden worden gesorteerd. Als reeds 999 beelden of filmbestanden naar een bepaalde categorie werden gesorteerd, kunnen nieuwe beelden en filmbestanden niet naar die categorie worden gesorteerd of worden weergegeven in de stand Automatisch sorteren.
Stand Sorteer op datum c-knop (weergavestand) M c-knop M C Sorteer op datum Selecteer de datum die u wilt weergeven en tik op een datum om foto's weer te geven die op de geselecteerde datum werden gemaakt. • Om de weergegeven maand te wijzigen, tikt u op C of D. • Wanneer u in de schermvullende of miniatuurweergavestand op de tab d tikt, kunt u de weergaveopties selecteren (A75).
Beelden bewerken (foto's) Bewerkingsfuncties Gebruik de COOLPIX S4200 om de beelden in de camera te bewerken en op te slaan als afzonderlijke bestanden (E86). De volgende bewerkingsfuncties zijn beschikbaar. Bewerkingsfunctie Paint (E14) Snel retoucheren (E17) D-Lighting (E18) Uitrekken (E19) Perspectiefcorrectie (E20) Filtereffecten (E21) Referentiegedeelte Glamour-retouchering (E23) Kleine afbeelding (E24) Uitsnede (E25) Beschrijving Teken op beelden of voeg decoraties toe.
Beelden bewerken (foto's) C Beperkingen voor beelden bewerken Wanneer een bewerkte kopie verder wordt gewijzigd met een andere bewerkingsfunctie, dient u rekening te houden met de volgende beperkingen. Gebruikte bewerkingsfunctie Te gebruiken bewerkingsfunctie Paint De functies Paint, Kleine afbeelding of Uitsnede kunnen worden gebruikt.
Beelden bewerken (foto's) U Paint Knop c (weergavestand) M selecteer een beeld M Tik op de tab d M U Paint 1 Gebruik de hulpmiddelen I, J, K en L om beelden aan te passen. • Voor meer informatie over elk hulpmiddel, zie “Schrijven en tekenen in beelden” (E15). • Tik op n of draai de zoomknop naar g (i) om het beeld in de schermvullende weergavestand weer te geven, en tik op n of draai de zoomknop nogmaals naar g (i) om het beeld 3× vergroot weer te geven.
Beelden bewerken (foto's) De Paint-hulpmiddelen gebruiken Schrijven en tekenen in beelden Tik op I om op beelden te schrijven of te tekenen. U kunt de kleur en de dikte van de pen wijzigen met het palet. Om het palet te verbergen, tikt u op I of op het beeld. • Tik op of sleep de knop voor de kleur van de pen om de kleur van de pen te selecteren. • Tik op de knop voor de dikte van de pen om de dikte van de pen te selecteren.
Beelden bewerken (foto's) Decoraties toevoegen Tik op K om een decoratie toe te voegen. U kunt het decoratietype of de decoratiegrootte wijzigen met het palet. Om het palet te verbergen, tikt u op K of op het beeld. • Het decoratietype kunt u selecteren uit 14 types. • Tik op de knop voor de grootte van de decoratie om de grootte van de decoratie te selecteren. • Wanneer f is geselecteerd voor het decoratietype, zijn de opties f (dag, maand, jaar) of S (dag, maand, jaar, tijd) beschikbaar.
Beelden bewerken (foto's) k Snel retoucheren: Contrast en verzadiging verbeteren c-knop (weergavestand) M Tik op de tab d M Tik op M Retoucheer M k Snel retoucheren 1 Kies het niveau van de verbetering en tik op I. 2 Tik op Ja. Snel retoucheren • Er wordt een nieuwe, geretoucheerde kopie gemaakt. • Kopieën die werden gemaakt met de optie Snel retoucheren, kunt u herkennen aan het pictogram a dat in de weergavestand verschijnt.
Beelden bewerken (foto's) I D-Lighting: Helderheid en contrast verbeteren c-knop (weergavestand) M Tik op de tab d M Tik op M Retoucheer M I D-Lighting 1 Tik op I. D-Lighting • De originele versie wordt links weergegeven; de bewerkte versie rechts. 2 Tik op Ja. • Er wordt een nieuwe, bewerkte kopie gemaakt. • Kopieën die werden gemaakt met de functie D-Lighting, kunt u herkennen aan het pictogram c dat in de weergavestand verschijnt.
Beelden bewerken (foto's) P Uitrekken: Beelden uitrekken c-knop (weergavestand) M Tik op de tab d M Tik op M Retoucheer M P Uitrekken 1 Tik op q of r, of tik op of sleep de instelknop onderaan het scherm om het uitrekeffect aan te passen. 2 Tik op I. 3 Tik op Ja. Uitrekken Uitrekken Opslaan OK? Ja C Nee Referentiegedeelte • Er wordt een nieuwe, uitgerekte kopie gemaakt. • Uitgerekte kopieën kunt u herkennen aan het pictogram r dat tijdens de weergave verschijnt.
Beelden bewerken (foto's) O Perspectiefcorrectie: Een perspectief aanpassen c-knop (weergavestand) M Tik op de tab d M Tik op M Retoucheer M O Perspectiefcorrectie Referentiegedeelte 1 Tik op y of z, of tik op of sleep de instelknop onderaan het scherm om de perspectiefcorrectie aan te passen. 2 Tik op I. 3 Tik op Ja. Perspectiefcorrectie Perspectiefcorrectie • Er wordt een nieuwe, bewerkte kopie gemaakt.
Beelden bewerken (foto's) i Filtereffecten: Digitale filtereffecten toepassen c-knop (weergavestand) M Tik op de tab d M Tik op M Retoucheer M i Filtereffecten Type Beschrijving d Zacht Geef het beeld een zacht uitzicht door het gebied rond het aangetikte punt onscherp te maken. I Selectieve kleur Behoud één opgegeven kleur in het beeld en wijzig de andere kleuren in zwart-wit.
Beelden bewerken (foto's) 2 Pas het effect aan. • Kleuropties: Selecteer de kleur en tik op I. • Zacht: Tik op het gebied waarop u het effect wilt toepassen, selecteer de sterkte van het effect en tik op I. • Selectieve kleur: Tik op de instelknop voor de kleur om de te behouden kleur te selecteren en tik op I. • Ster, Fisheye, Miniatuureffect, Schilderij: Controleer de resultaten van het effect en tik op I.
Beelden bewerken (foto's) j Glamour-retouchering: Huidtinten zachter maken en gezichten er kleiner laten uitzien met grotere ogen. c-knop (weergavestand) M Tik op de tab d M Tik op M Retoucheer M j Glamour-retouchering 1 Tik op Alles of Huid verzachten. • Alles: Huidtinten zachter maken, gezichten er kleiner doen uitzien en ogen er groter doen uitzien. • Huid verzachten: Tinten in gezichten verzachten. • Het voorbeeldscherm verschijnt.
Beelden bewerken (foto's) g Kleine afbeelding: Het beeldformaat verkleinen c-knop (weergavestand) M Tik op de tab d M Tik op M Retoucheer M g Kleine afbeelding 1 Tik op de bedieningsknop voor het gewenste formaat van de kleine kopie en tik op I. Kleine afbeelding 320 × 240 • De formaten l 640×480, m 320×240 en n 160×120 zijn beschikbaar. 2 Tik op Ja. • Een nieuwe, kleinere kopie wordt gemaakt (compressieverhouding van ongeveer 1:16). • De kopie wordt weergegeven met een zwart kader.
Beelden bewerken (foto's) o Uitsnede: Een uitgesneden kopie maken Een kopie maken met enkel het in de monitor zichtbare gedeelte als G wordt weergegeven terwijl de zoomweergave (A33) ingeschakeld is. Uitgesneden kopieën worden als aparte bestanden opgeslagen. 1 2 Vergroot de foto voor uitsnede (A33). Pas de compositie van de kopie aan. • Draai de zoomknop naar g (i) of f (h) om de zoomfactor aan te passen.
Beelden bewerken (foto's) C Beeldformaat Omdat het gebied dat u wenst op te slaan, kleiner is, is ook het beeldformaat (pixels) van de uitgesneden kopie kleiner. Wanneer het formaat van de uitgesneden kopie 320 × 240 of 160 × 120 is, wordt een zwart kader weergegeven rond het beeld en wordt het pictogram Kleine afbeelding C links op de monitor weergegeven.
De camera aansluiten op een televisie (weergave op een televisie) Sluit de camera met behulp van de meegeleverde AV-kabel aan op een televisie zodat u beelden in schermvullende weergave of in een diashow en films op een televisie kunt weergeven. 1 Zet de camera uit. 2 Sluit de camera met de meegeleverde AV-kabel aan op de televisie. • Sluit de gele plug aan op de video-in-aansluiting en de witte plug op de audio-inaansluiting van de televisie. • Houd bij het aansluiten de pluggen in de juiste stand.
De camera aansluiten op een televisie (weergave op een televisie) Handelingen bij aansluiting op een televisie Wanneer beelden schermvullend worden weergegeven op de televisie, kunt u het vorige of volgende beeld weergeven door met uw vinger over de cameramonitor te slepen. Wanneer het eerste beeld van een film wordt weergegeven, kan de film worden afgespeeld door op de cameramonitor te tikken.
De camera op een printer aansluiten (Direct Print) Gebruikers van een PictBridge-compatibele (F16) printer kunnen de camera rechtstreeks op de printer aansluiten en beelden afdrukken zonder gebruik te maken van een computer. Volg de onderstaande procedures om beelden af te drukken.
De camera op een printer aansluiten (Direct Print) De camera op een printer aansluiten 1 Zet de camera uit. 2 Zet de printer aan. • Controleer de printerinstellingen. 3 Sluit de camera met de meegeleverde USB-kabel aan op de printer. • Houd bij het aansluiten de pluggen in de juiste stand. Probeer niet de pluggen onder een hoek aan te sluiten en gebruik geen kracht bij het aansluiten of verwijderen van de pluggen. Referentiegedeelte 4 De camera wordt automatisch ingeschakeld.
De camera op een printer aansluiten (Direct Print) Beelden een voor een afdrukken Nadat u de camera juist op de printer hebt aangesloten (E30), volgt u de hieronder beschreven procedure om een beeld af te drukken. 1 Tik op B of C om het gewenste beeld te kiezen, en tik op I. 15 / 05/ 01 / 2012 2011 / 01 99994 / 99994 • Tik op o of draai de zoomknop naar f (h) om naar de weergave met negen miniaturen te gaan. Tik op n of draai de zoomknop naar g (i) om terug te keren naar schermvullende weergave.
De camera op een printer aansluiten (Direct Print) 5 Tik op het gewenste papierformaat. • Tik op B of C om bijkomende opties weer te geven. • Als u het papierformaat via de printerinstellingen wilt selecteren, selecteert u Standaard in het menu Papierformaat. Papierformaat Standaard 3,5×5 in. 5×7 in. 100×150 mm 6 Tik op Afdrukken starten. PictBridge 004 afdrukken Afdrukken starten Kopieën Papierformaat 7 Het afdrukken begint.
De camera op een printer aansluiten (Direct Print) 3 Tik op het gewenste papierformaat. • Tik op B of C om bijkomende opties weer te geven. • Als u het papierformaat via de printerinstellingen wilt selecteren, selecteert u Standaard in de optie Papierformaat. Papierformaat Standaard 3,5×5 in. 5×7 in. 100×150 mm 4 Tik op Afdrukselectie, Druk alle beelden af of DPOF-afdrukken.
De camera op een printer aansluiten (Direct Print) Druk alle beelden af Een kopie van alle beelden die opgeslagen zijn in het interne geheugen of op de geheugenkaart, wordt afgedrukt. • Wanneer het scherm rechts wordt weergegeven, Druk alle beelden af tikt u op Afdrukken starten om de afdruk te starten. Tik op Annuleren om terug te keren 012 afdrukken naar het afdrukmenu.
Het opnamemenu (voor stand A (Automatisch)) • Zie “A Het beeldformaat wijzigen (Beeldmodus)” (A64) voor meer informatie over A Beeldmodus. q/s/r Aanraakopname In het opnamescherm van de stand A (auto) M Tik op de tab d M q/s/r Aanraakopname • De functie Aanraakopname kan worden gebruikt in de stand A (auto) en andere opnamestanden (behalve Onderwerp volgen). • De optie Aanraaksluiter en Aanraak-AF/AE werken verschillend, afhankelijk van de huidige opnamestand (E36, E40).
Het opnamemenu (voor stand A (Automatisch)) q Op de monitor tikken om de sluiter te ontspannen (Aanraaksluiter) In het opnamescherm van de stand A (auto) M Tik op de tab d M Tik op q/s/r Aanraakopname M q Aanraaksluiter Tik op het gewenste onderwerp om een foto te maken. • Oefen geen geweld uit wanneer u op de monitor tikt, want dit kan een kleine beweging van de camera veroorzaken, wat tot onscherpe beelden leidt.
Het opnamemenu (voor stand A (Automatisch)) C Opnamestanden die de functie Aanraaksluiter ondersteunen De aanraaksluiter kan worden gebruikt in de stand A (auto) en andere opnamestanden. De werking van de Aanraaksluiter is als volgt afhankelijk van de huidige opnamestand. Werking aanraaksluiter Tik op het gewenste onderwerp. De scherpstelling en de belichting worden ingesteld voor het aangetikte gebied.
Het opnamemenu (voor stand A (Automatisch)) s Scherpstellen op een bewegend onderwerp (Onderwerp volgen) In het opnamescherm van de stand A (auto) M Tik op de tab d M Tik op q/s/r Aanraakopname M s Onderwerp volgen In de stand A (auto) (A38) kan de instelling Aanraakopname worden gewijzigd van Aanraaksluiter (standaardinstelling) in Onderwerp volgen. • s (onderwerp volgen) is alleen geactiveerd in de stand A (auto). 1 Referentiegedeelte E38 Een onderwerp registreren.
Het opnamemenu (voor stand A (Automatisch)) 2 Druk de ontspanknop in om een foto te maken. • De camera stelt scherp op het scherpstelveld wanneer de ontspanknop half is ingedrukt. Het scherpstelveld wordt groen en de scherpstelling wordt vergrendeld. • Als de camera niet kan scherpstellen, knippert het scherpstelveld. Druk de ontspanknop opnieuw half in om 1/ 250 F3.5 scherp te stellen.
Het opnamemenu (voor stand A (Automatisch)) r Op de monitor tikken om scherp te stellen (Aanraak-AF/AE) In het opnamescherm van de stand A (auto) M Tik op de tab d M Tik op q/s/r Aanraakopname M r Aanraak-AF/AE 1 Tik op het onderwerp waarop de camera scherpstelt. • In het aangetikte gebied wordt u of een dubbele rand weergegeven. • Wanneer de digitale zoom wordt toegepast, kan het scherpstelveld niet worden geselecteerd.
Het opnamemenu (voor stand A (Automatisch)) B Opmerkingen over Aanraak-AF/AE • Wanneer foto's worden gemaakt van onderwerpen waarop autofocus mogelijk niet het gewenste resultaat oplevert, is het onderwerp mogelijk niet scherp (A31). C Opnamestanden waarbij de functie Aanraak-AF/AE mogelijk is Aanraak-AF/AE kan worden gebruikt in de stand A (auto) en andere opnamestanden. De werking van Aanraak-AF/AE is als volgt afhankelijk van de huidige opnamestand.
Het opnamemenu (voor stand A (Automatisch)) X ISO-waarde In het opnamescherm van de stand A (auto) M Tik op de tab d M X ISO-waarde Hoe hoger de gevoeligheid, hoe minder licht nodig is om een beeld te belichten, waardoor donkere onderwerpen kunnen worden vastgelegd. Bovendien kunnen, zelfs bij onderwerpen met gelijke helderheid, foto's met kortere sluitertijden worden gemaakt, waardoor waasvorming ten gevolge van cameratrilling en bewegingen van het onderwerp kan worden beperkt.
Het opnamemenu (voor stand A (Automatisch)) C Continu In het opnamescherm van de stand A (auto) M Tik op de tab d M C Continu Activeer continue opnames of BSS (Best Shot Selector). Optie Beschrijving Er wordt één foto gemaakt telkens de ontspanknop wordt ingedrukt. V Continu Wanneer de ontspanknop ingedrukt wordt gehouden, worden tot 6 foto's gemaakt aan een snelheid van ongeveer 1,3 beelden per seconde (bij een Beeldmodus-instelling van P 4608×3456).
Het opnamemenu (voor stand A (Automatisch)) W Witbalans (Tint aanpassen) In het opnamescherm van de stand A (auto) M Tik op de tab d M W Witbalans De kleur van het licht dat door een voorwerp wordt weerkaatst, is afhankelijk van de kleur van de lichtbron. De hersenen van de mens passen zich aan wanneer de kleur van de lichtbron verandert. Hierdoor zijn witte voorwerpen in onze ogen altijd wit, of we ze nu in de schaduw, in de zon of bij het licht van een gloeilamp zien.
Het opnamemenu (voor stand A (Automatisch)) Handm. voorinstelling De optie Handm. voorinstelling is van kracht als u fotografeert bij verschillende soorten licht of als correctie voor lichtbronnen met een duidelijke kleurzweem wanneer het gewenste effect niet werd bereikt met witbalansinstellingen als Automatisch en Gloeilamplicht (bijvoorbeeld om foto's die zijn gemaakt bij licht met een rode gloed eruit te laten zien alsof ze bij normaal licht zijn gemaakt).
Het opnamemenu (voor stand A (Automatisch)) B Opmerking bij Handm. voorinstelling Een waarde voor de flitserbelichting kan niet worden gemeten met Handm. voorinstelling. Wanneer u met behulp van de flitser opneemt, dient u Witbalans in te stellen op Automatisch of Flitser.
Het menu Slim portret • Zie “A Het beeldformaat wijzigen (Beeldmodus)” (A64) voor meer informatie over A Beeldmodus. • Zie “Aanraakopname” in “Het opnamemenu (voor stand A (Auto))” voor meer informatie over q/r Aanraakopname (E35). e Huid verzachten In het scherm van de stand Slim portret M Tik op de tab d M e Huid verzachten Schakel Huid verzachten in.
Het menu Slim portret y Knipperdetectie In het scherm van de stand Slim portret M Tik op de tab d M y Knipperdetectie De camera laat de sluiter automatisch tweemaal los telkens wanneer een beeld wordt gemaakt. Van de twee foto's wordt de foto bewaard waarop het onderwerp zijn ogen open heeft. Optie Beschrijving o Aan Wanneer Aan is geselecteerd, is de flitser uitgeschakeld.
Het weergavemenu • Zie “Stand Favoriete beelden” (E5) voor meer informatie over h Favoriete beelden. • Zie “Stap 6 Ongewenste beelden wissen” (A34) voor meer informatie over c Wissen. • Zie “Beelden bewerken (foto's)” (E12) voor meer informatie over U Paint en M Retoucheer. b Diashow Knop c (weergavestand) M Tik op de tab d M b Diashow De beelden in het interne geheugen of op een geheugenkaart één voor één in een automatische “diashow” afspelen. 1 Tik op Start.
Het weergavemenu 2 De diashow begint. • Tik op de monitor om het bedieningspaneel onderaan het scherm weer te geven. Tik op de pictogrammen in het bedieningspaneel om de overeenkomstige handeling uit te voeren. De volgende bewerkingen zijn beschikbaar. Functie Tik Beschrijving Terugspoelen O Tik op en blijf O aanraken om de diashow terug te spoelen. Vooruitspoelen P Tik op en blijf P aanraken om de diashow vooruit te spoelen. Pauze Q Afspelen pauzeren.
Het weergavemenu d Beveiligen Knop c (weergavestand) M Tik op de tab d M d Beveiligen Beveilig geselecteerde beelden tegen ongewild wissen. Beveiligde beelden zijn in de weergavestand te herkennen aan het pictogram s (A8). Eén beeld beveiligen Tik op o Aan. • Het geselecteerde beeld is beveiligd. • Om te stoppen zonder beelden te beveiligen, tikt u op J.
Het weergavemenu Meerdere beelden beveiligen Meerdere beelden kunnen tegelijk worden beveiligd. 1 Schakel over naar de miniatuurweergavestand (A33), tik op de tab d om de menu-opties weer te geven en tik op d. 10 • De monitor gaat naar het beeldselectiescherm. 2 Tik op de beelden die u wilt beveiligen. • Wanneer een beeld is geselecteerd, wordt een vinkje (y) weergegeven. Om de selectie te annuleren, tikt u nogmaals op het beeld.
Het weergavemenu a Afdrukopdracht (Een DPOF-afdrukopdracht maken) Knop c (weergavestand) M Tik op de tab d M a Afdrukopdracht Wanneer u beelden die op de geheugenkaart zijn opgeslagen, wenst af te drukken met een van de volgende mogelijkheden, wordt de optie Afdrukopdracht in het weergavemenu gebuikt om digitale “afdrukopdrachten” te maken voor afdrukken op DPOF-compatibele toestellen. • Een geheugenkaart plaatsen in de kaartsleuf van een DPOF-compatibele (F16) printer.
Het weergavemenu 2 Geef aan of u ook de opnamedatum en fotoinformatie wilt afdrukken. • Tik op Datum om w in het selectievakje te plaatsen om de opnamedatum op het beeld af te drukken. • Tik op Info om w in het selectievakje te plaatsen om de foto-informatie (sluitertijd en diafragmawaarde) op het beeld af te drukken. • Tik op I om de afdrukopdracht te voltooien. Beelden die zijn geselecteerd voor afdrukken, worden tijdens de weergave aangeduid met het pictogram w. Afdrukopdracht Datum Info 4/ 4 0004.
Het weergavemenu Een afdrukopdracht voor meerdere beelden maken 1 Schakel over naar de miniatuurweergavestand (A33), tik op de tab d om de menu-opties weer te geven en tik op a. 10 • De monitor gaat naar het instelscherm voor de afdrukopdracht. 2 Tik op de beelden die u wilt afdrukken (maximaal 99) en tik op C of D onderaan de monitor om het aantal kopieën (maximaal negen) voor elk beeld op te geven. ×9 ×1 3 Geef aan of u ook de opnamedatum en fotoinformatie wilt afdrukken.
Het weergavemenu Afdrukopdracht annuleren • Om een afdrukmarkering bij een beeld te verwijderen, geeft u het voor afdrukken geselecteerde beeld weer in schermvullende weergave, waarna u de procedure in “Een afdrukopdracht voor één beeld maken” (E53) uitvoert en op “0” tikt in stap 1. • Om afdrukmarkeringen van meerdere beelden tegelijk te verwijderen, verwijdert u de afdrukmarkeringen van de gewenste beelden in stap 2 van “Een afdrukopdracht voor meerdere beelden maken” (E55).
Het weergavemenu f Beeld draaien Knop c (weergavestand) M Tik op de tab d M Tik op M Retoucheer M f Beeld draaien Geef de richting op waarin de opgenomen beelden worden weergegeven. U kunt beelden 90 graden rechtsom of 90 graden linksom draaien. Beelden die in de portretstand (“staand”) zijn gemaakt, kunnen tot 180 graden worden gedraaid in beide richtingen. • Tik op J of I om het beeld 90 graden te draaien.
Het weergavemenu E Spraakmemo Knop c (weergavestand) M selecteer een beeld M Tik op de tab d M E Spraakmemo Gebruik de ingebouwde microfoon van de camera om spraakmemo's voor beelden op te nemen. Wanneer u een beeld met een spraakmemo selecteert, kunt u de spraakmemo afspelen. • Wanneer u een beeld zonder spraakmemo selecteert, verschijnt het spraakmemoopnamescherm; wanneer u een beeld met spraakmemo selecteert (m.a.w.
Het weergavemenu Spraakmemo's afspelen • Tik op R om de spraakmemo af te spelen. • Tik op S om de weergave te stoppen. • Tik tijdens de weergave op X om het weergavevolume aan te passen. • f knippert tijdens de weergave. • Om te stoppen zonder spraakmemo's af te spelen, tikt u op J. 6s Spraakmemo's wissen Tik op E terwijl het scherm wordt weergegeven dat beschreven is in “Spraakmemo's afspelen”. Tik op Ja om enkel de spraakmemo te wissen. Bestand wordt gewist.
Het weergavemenu h Kopiëren (Kopiëren tussen intern geheugen en geheugenkaart) Knop c (weergavestand) M Tik op de tab d M h Kopiëren Kopieer beelden tussen het interne geheugen en een geheugenkaart. 1 Tik op de gewenste optie in het kopieerscherm. • Camera → kaart: Kopieer beelden van het interne geheugen naar de geheugenkaart. • Kaart → camera: Kopieer beelden van de geheugenkaart naar het interne geheugen. 2 Tik op de gewenste kopieeroptie.
Het weergavemenu B Opmerkingen over het kopiëren van beelden • Bestanden in het JPEG-, AVI en WAV-formaat kunnen worden gekopieerd. Bestanden opgeslagen in een ander formaat kunnen niet worden gekopieerd. • Als spraakmemo's (E58) zijn toegevoegd aan beelden die zijn geselecteerd om te kopiëren, worden de spraakmemo's gekopieerd samen met de beelden. • De werking wordt niet gegarandeerd voor foto's die met een camera van een ander merk werden gemaakt of die werden aangepast op een computer.
Het filmmenu D Filmopties In het opnamescherm M Tik op de tab d M D Filmopties Selecteer de gewenste filmoptie voor de opname. Een groter beeldformaat verbetert de beeldkwaliteit en maakt het bestand groter. Optie N HD 720p (1280×720) (standaardinstelling*) Beschrijving Films met een beeldverhouding van 16:9 worden opgenomen. y VGA (640×480) Films met een beeldverhouding van 4:3 worden opgenomen. z QVGA (320×240) Films met een beeldverhouding van 4:3 worden opgenomen.
Het filmmenu Y Windruisreductie In het opnamescherm M Tik op de tab d M Y Windruisreductie Selecteer of windruis wordt onderdrukt tijdens filmopnamen. Optie Beschrijving o Aan Neemt op en beperkt de ruis van wind die in de microfoon blaast. Geschikt voor opname bij krachtige wind. Tijdens de weergave is het mogelijk dat niet alleen het geluid van de wind maar ook andere geluiden moeilijk kunnen worden gehoord. p Uit (standaardinstelling) Windruis wordt niet beperkt.
Het setup-menu c Welkomstscherm Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M c Welkomstscherm Kies of al dan niet een welkomstscherm wordt weergegeven wanneer de camera wordt ingeschakeld. Optie Beschrijving Referentiegedeelte Geen (standaardinstelling) De camera gaat naar de opname- of weergavestand zonder een welkomstscherm weer te geven. COOLPIX De camera toont een welkomstscherm en gaat vervolgens naar de opname- of weergavestand.
Het setup-menu d Tijdzone en datum Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M d Tijdzone en datum Stel de cameraklok in. Optie Beschrijving Datum en tijd Stel de cameraklok in op de huidige datum en tijd. Tik op de items (dag, maand, jaar, uur en minuut) op het weergegeven scherm om de datum en tijd in te stellen. • De optie selecteren: tik op de gewenste optie. • De gemarkeerde optie bewerken: tik op A of B. • De instelling toepassen: tik op I.
Het setup-menu 3 Tik op o. Tijdzone • Het selectiescherm voor de tijdzone verschijnt. Eigen tijdzone 4 Tik op E of F om de gewenste tijdzone van uw bestemming te selecteren, en tik op I. Reisbestem. Reisbestemming 10:30 -05:00 • Als de zomertijd van kracht is, tikt u op p om de functie Zomertijd in te schakelen. W wordt bovenaan de monitor weergegeven en de klok van de camera gaat één uur vooruit. Tik nogmaals op p om de zomertijdfunctie uit te schakelen.
Het setup-menu C Tijdzones De camera ondersteunt de onderstaande tijdzones. Voor tijdzones die niet hieronder worden vermeld, dient de cameraklok handmatig op de lokale tijd te worden ingesteld met de optie Datum en tijd.
Het setup-menu e Monitorinstellingen Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M e Monitorinstellingen De onderstaande opties instellen. Optie Beschrijving Foto-informatie Stel de informatie in die tijdens de weergave op de monitor wordt weergegeven. Beeld terugspelen • Aan (standaardinstelling): het beeld wordt automatisch weergegeven op de monitor nadat het werd gemaakt en de monitor keert terug naar de opnamestand. • Uit: het beeld wordt niet weergegeven nadat het werd gemaakt.
Het setup-menu Opnamestand Weergavestand 8 0 50 Raster+autom. info 4/ 4 0004. JPG 15/05/2012 15:30 Er wordt een raster weergegeven als referentie om een foto te kadreren. Het raster wordt niet weergegeven wanneer films worden opgenomen. 8 0 50 De huidige instellingen en bedieningsgidsen worden weergegeven zoals bij Automatische info. Referentiegedeelte Filmbeeld+autom.
Het setup-menu C Datumstempel (Datum en tijd afdrukken) Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M C Datumstempel De opnamedatum en -tijd kunnen op beelden worden afgedrukt bij opname, waardoor de gegevens zelfs met printers die geen datum afdrukken ondersteunen, kunnen worden afgedrukt (E56). 15.05.2012 Optie Beschrijving f Datum De datum wordt afgedrukt op de beelden. S Datum en tijd De datum en tijd worden afgedrukt op de beelden.
Het setup-menu w Elektronische VR Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M w Elektronische VR Kies of de elektronische VR (vibratiereductie), waarmee het effect van cameratrilling tijdens de opname wordt beperkt, al dan niet wordt gebruikt. Optie Beschrijving w Auto Wanneer u foto's maakt, is de elektronische vibratiereductie ingeschakeld wanneer R (A6) wordt weergegeven op de monitor en is voldaan aan alle volgende voorwaarden. • Flitserstand is ingesteld op Uit of Lange sluitertijd.
Het setup-menu U Bewegingsdetectie Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M U Bewegingsdetectie Activeer bewegingsdetectie om de effecten van bewegingen van het onderwerp en cameratrilling te verminderen als u foto's maakt. Optie Beschrijving Referentiegedeelte Auto (standaardinstelling) Wanneer de camera bewegingen van het onderwerp of cameratrilling detecteert, wordt de ISO-gevoeligheid en de sluitertijd automatisch verhoogd om wazige beelden te voorkomen.
Het setup-menu h AF-hulplicht Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M h AF-hulplicht AF-hulpverlichting, die helpt bij het automatisch scherpstellen wanneer het onderwerp zwak verlicht is, in- of uitschakelen. Optie Beschrijving Auto (standaardinstelling) De AF-hulpverlichting wordt gebruikt om beter te kunnen scherpstellen wanneer het onderwerp zwak verlicht is.
Het setup-menu i Geluidsinstellingen Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M i Geluidsinstellingen U kunt de volgende geluidsinstellingen aanpassen. Optie Beschrijving Knopgeluid Selecteer Aan (standaardinstelling) of Uit. Als Aan is geselecteerd, klinkt er één pieptoon wanneer bewerkingen correct zijn uitgevoerd, twee wanneer de camera heeft scherpgesteld op het onderwerp en drie pieptonen als er een fout is geconstateerd. Het opstartgeluid hoort u ook als u de camera inschakelt.
Het setup-menu k Automatisch uit Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M k Automatisch uit Wanneer de camera is ingeschakeld en een tijd verstrijkt dat er geen handelingen worden uitgevoerd, wordt de monitor uitgeschakeld en gaat de camera naar de standbystand (A23) om energie te besparen. Stel in deze optie de tijd in die mag verlopen voor de camera naar stand-bystand gaat. 30 sec., 1 min. (standaardinstelling), 5 min. en 30 min. kunnen worden geselecteerd.
Het setup-menu l/m Geheugen format./Geh.kaart format. Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M l Geheugen format./m Geh.kaart format. Gebruik deze optie om het interne geheugen of een geheugenkaart te formatteren. Als u het interne geheugen of een geheugenkaart formatteert, worden alle gegevens voorgoed gewist. Eenmaal gewiste gegevens kunt u niet meer terughalen. Zet belangrijke beelden over naar een computer voordat u gaat formatteren.
Het setup-menu n Taal/Language Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M n Taal/Language Kies een van de 29 talen voor cameramenu's en berichten.
Het setup-menu V Opladen via computer Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M V Opladen via computer Kies of de in de camera geplaatste batterij al dan niet wordt opgeladen wanneer de camera via de USB-kabel aangesloten is op een computer. Optie Beschrijving Auto (standaardinstelling) Wanneer de camera wordt aangesloten op een ingeschakelde computer, wordt de in de camera geplaatste batterij automatisch opgeladen met de stroombron van de computer.
Het setup-menu C Laadlampje De volgende tabel beschrijft de status van het laadlampje als de camera is aangesloten op een computer. Laadlampje Knippert langzaam (groen) Uit Knippert snel (groen) Beschrijving Batterij wordt opgeladen. Batterij wordt niet opgeladen. Wanneer het laadlampje van traag knipperen (groen) naar uit gaat terwijl het camera-aan-lampje wordt verlicht, is het opladen voltooid. • De omgevingstemperatuur is niet geschikt om op te laden.
Het setup-menu d Knipperwaarsch. Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M d Knipperwaarsch. Bepaal of de camera menselijke gezichten moet herkennen die hebben geknipperd tijdens de opname met gezichtsherkenning (A68) in de volgende standen. • Stand A (auto) (A38). • Autom. scènekeuzekn. (A43), Portret (A43) of Nachtportret (A44) is geselecteerd voor de onderwerpstand.
Het setup-menu Het scherm Knipperwaarsch. gebruiken Als het scherm Knipperde er iemand? wordt weergegeven op de monitor, kunt u de volgende bewerkingen uitvoeren. Als enkele seconden lang geen knoppen worden bediend, keert de camera automatisch terug naar de opnamestand. Functie Pictogram/ knop Vergroot het gedetecteerde gezicht dat heeft geknipperd g (i) Terug naar de schermvullende weergave f (h) Knipperde er iemand? Beschrijving Draai de zoomknop naar g (i).
Het setup-menu b Uploaden via Eye-Fi Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M b Uploaden via Eye-Fi Optie Beschrijving Inschakelen Upload beelden die met de camera werden gemaakt, naar een vooraf geselecteerde bestemming. Uitschakelen (standaardinstelling) Beelden worden niet geüpload. B Opmerkingen over Eye-Fi-kaarten Referentiegedeelte • Merk op dat beelden niet worden geüpload als de signaalsterkte onvoldoende is, zelfs als Inschakelen is geselecteerd.
Het setup-menu p Standaardwaarden Tik op de tab d M Tik op de tab z (setup-menu) M p Standaardwaarden Wanneer Standaard geselecteerd wordt, worden de camera-instellingen gereset naar de standaardwaarden.
Het setup-menu Stand Slim portret Optie Standaardwaarde Huid verzachten (E47) Normaal Knipperdetectie (E48) Uit Glimlachtimer (E48) Aan Filmmenu Optie Standaardwaarde Filmopties (E62) Wanneer een geheugenkaart wordt gebruikt: N HD 720p (1280×720) Wanneer het interne geheugen wordt gebruikt: y VGA (640×480) AF-filmstand (E62) Enkelvoudige AF Windruisreductie (E63) Uit Setup-menu Optie Standaardwaarde Referentiegedeelte Welkomstscherm (E64) Geen Foto-informatie (E68) Automatische info B
Het setup-menu Overige Optie Standaardwaarde Papierformaat (E31, E32) Standaard Beeldinterval voor diashow (E49) 3 sec. Diashoweffecten (E49) Klassiek • Door Standaardwaarden te selecteren wordt ook het huidige bestandsnummer (E86) uit het geheugen gewist. De nummering gaat verder vanaf het laagste beschikbare nummer.
Bestands- en mapnamen De bestandsnamen van beelden, films of spraakmemo's zijn op de volgende manier opgebouwd. D SC N00 0 1 . J P G Identificatie (wordt niet weergegeven op de monitor) Extensie (geeft het bestandstype aan) Foto's .JPG Films .AVI SSCN Spraakmemo's .
Optionele accessoires Oplaadbare batterij Oplaadbare Li-ionbatterij EN-EL191 Lichtnetlaadadapter Lichtnetlaadadapter EH-69P1, 2 Batterijlader Batterijlader MH-66 (Laadtijd zonder resterende lading: ca. 1 uur 50 minuten) Lichtnetadapter EH-62G (aansluiten zoals aangegeven) 1 2 3 Lichtnetadapter 1 2 USB-kabel USB-kabel UC-E61 Audio/video-kabel AV-kabel EG-CP141 Meegeleverd bij de camera bij aankoop (➝ Aii).
Foutmeldingen In de volgende tabel vindt u een overzicht van de foutmeldingen en andere waarschuwingen die op de monitor kunnen worden weergegeven, en wordt uitgelegd wat u kunt doen. Melding A Oorzaak/Oplossing Referentiegedeelte O (knippert) Klok niet ingesteld. Stel de datum en de tijd in. E65 Batterij is leeg. Laad de batterij op of vervang deze. 16, 18 Batterijtemperatuur hoog Batterijtemperatuur is hoog.
Foutmeldingen Melding Deze kaart kan niet gebruikt worden. Deze geheugenkaart kan niet gelezen worden. A Oorzaak/Oplossing Fout bij toegang tot geheugenkaart. • Gebruik een goedgekeurde kaart. • Controleer of de contactpunten schoon zijn. • Controleer of de geheugenkaart correct is geplaatst. 21 20 20 De geheugenkaart is niet geformatteerd voor gebruik in de COOLPIX S4200. Formatteren wist alle gegevens die op de geheugenkaart zijn opgeslagen.
Foutmeldingen Melding A Oorzaak/Oplossing Beeld kan niet worden gewijzigd. Geselecteerd beeld kan niet worden bewerkt. • Selecteer beelden die u wél kunt bewerken. • Films kunnen niet worden bewerkt. E12 – Kan film niet opnemen. Time-out tijdens opname van film. Gebruik een snellere geheugenkaart. 21, 83 Geheugen bevat geen beelden. Geen beelden in het interne geheugen of op de geheugenkaart.
Foutmeldingen Melding A Oorzaak/Oplossing 74 Lensfout Het objectief werkt niet goed. Zet de camera uit en weer aan. Als de fout zich blijft voordoen, neemt u contact op met de leverancier of met een door Nikon erkende servicedienst. 22, 23 Communicatiefout Fout tijdens communicatie met de printer. Zet de camera uit en sluit de USB-kabel weer aan. E30 Systeemfout Er is een fout opgetreden in de interne schakelingen van de camera.
E92
Technische opmerkingen en index Levensduur en prestaties van de camera optimaliseren ..............................................................................................F2 De camera.................................................................................................................................F2 De batterij.................................................................................................................................F3 Lichtnetlaadadapter ..........................
Technische opmerkingen en index Levensduur en prestaties van de camera optimaliseren Als u lang plezier van dit Nikon-product wilt hebben, is het belangrijk dat u de volgende voorzorgsmaatregelen in acht neemt naast de waarschuwingen in “Voor uw veiligheid” (Avi) wanneer u dit apparaat gebruikt of opbergt. De camera B Houd de camera droog Als de camera in water wordt ondergedompeld of aan hoge luchtvochtigheid wordt blootgesteld, raakt deze beschadigd.
Levensduur en prestaties van de camera optimaliseren C Opmerkingen over monitors • Monitoren en elektronische zoekers worden met een extreme mate van precisie gemaakt; minimaal 99,99 % van de pixels zijn werkende, en minder dan 0,01 % ontbreekt of is defect. Het kan voorkomen dat deze schermen pixels bevatten die altijd oplichten (wit, rood, blauw of green) of altijd uitstaan (zwart), dit is geen defect en heeft geen effect op de afbeeldingen vastgelegd door het apparaat.
Levensduur en prestaties van de camera optimaliseren • Als de tijd die nodig is voordat een volledig opgeladen batterij leeg is aanzienlijk afneemt bij gebruik op kamertemperatuur betekent dit dat de batterij moet worden vervangen. Koop een nieuwe EN-EL19batterij. • Vervang de batterij als deze niet meer kan worden opgeladen. Gebruikte batterijen bevatten kostbare grondstoffen. Recycle gebruikte batterijen volgens de plaatselijke voorschriften voor klein chemisch afval.
Reinigen en opbergen Reinigen Gebruik geen alcohol, thinner of andere vluchtige chemicaliën. Objectief Raak glazen onderdelen niet met uw vingers aan. Verwijder stof of pluisjes met een blaasbalgje (gewoonlijk een rubberen bal met een spuitmondje waaruit lucht wordt geblazen). Vingerafdrukken en ander vuil dat niet met een blaasbalgje kan worden verwijderd, kunt u met een zachte doek van het objectief vegen, waarbij u een ronddraaiende beweging maakt vanuit het midden van het objectief naar de randen toe.
Problemen oplossen Als de camera niet naar behoren functioneert, raadpleeg dan eerst de volgende algemene problemen voordat u zich tot de leverancier of tot een door Nikon erkende servicedienst wendt. Monitor, instellingen en stroomvoorziening Probleem A Oorzaak/Oplossing • Controleer alle pluggen. • Uit is geselecteerd voor Opladen via computer in het setup-menu.
Problemen oplossen Probleem A Oorzaak/Oplossing • Camera staat uit. • Stand-bystand om stroom te sparen: druk op de hoofdschakelaar, ontspanknop, A-knop, c-knop of b (e filmopname)-knop. • Als het flitserlampje knippert, wacht u tot de flitser is Monitor geeft geen beeld. opgeladen. • De camera is op de computer aangesloten via de USB-kabel. • De camera is op de televisie aangesloten via de audio-/videokabel. 23 23, E75 Beeld op monitor is niet goed zichtbaar. • Pas de helderheid van de monitor aan.
Problemen oplossen Probleem De camera wordt heet. A Oorzaak/Oplossing De camera kan heet worden bij het langdurig opnemen van films, wanneer beelden worden verzonden met behulp van een Eye-Fi-kaart of wanneer de camera wordt gebruikt op een hete locatie; dit is geen storing. 84 Elektronisch gestuurde camera's In zeer uitzonderlijke gevallen kunnen er ongewone tekens op de monitor worden weergegeven en functioneert de camera niet meer. Meestal is dit het gevolg van een sterke externe statische lading.
Problemen oplossen Probleem A Oorzaak/Oplossing Lichtsporen of gedeeltelijke verkleuring kunnen op de monitor zichtbaar zijn. Smear kan zich voordoen wanneer zeer helder licht op de beeldsensor valt. Bij opnamen met Continu ingesteld op Multi-shot 16 en bij het opnemen van F3 films, vermijdt u best heldere voorwerpen, zoals de zon, weerspiegelingen van de zon en elektrische verlichting. Er worden heldere vlekken weergegeven in foto's die zijn gemaakt met de flitser.
Problemen oplossen Probleem Willekeurig verspreide pixels (“ruis”) worden in het beeld weergegeven. Willekeurig verspreide Wanneer u films opneemt met weinig licht, kan het beeld heldere pixels (“ruis”) worden enigszins “korrelig” lijken. Dit komt voor wanneer de ISOin films weergegeven. gevoeligheid verhoogt en wijst niet op een storing. Beelden zijn te donker (onderbelicht). A Oorzaak/Oplossing Sluitertijd te lang of ISO-gevoeligheid hoog want het onderwerp is donker.
Problemen oplossen Weergave A Probleem Oorzaak/Oplossing Bestand kan niet worden weergegeven. • Het bestand of de map is overschreven of de naam is gewijzigd met een computer of een camera van een ander merk. • De COOLPIX S4200 kan geen films afspelen die werden gemaakt met een digitale camera van een ander merk of model. Kan niet op beeld inzoomen. • Foto's die werden gemaakt met een andere camera dan de COOLPIX S4200 kunnen mogelijk niet worden vergroot.
Problemen oplossen Probleem De gemaakte beelden verschijnen niet in de stand Automatisch sorteren. Nikon Transfer 2 start niet als de camera is aangesloten. A Oorzaak/Oplossing • Het gewenste beeld werd gesorteerd naar een andere categorie dan de momenteel weergegeven categorie. • Beelden die gemaakt zijn met een andere camera dan de COOLPIX S4200 en beelden die zijn gekopieerd met de optie Kopiëren kunt u niet weergeven in de stand Automatisch sorteren.
Specificaties Nikon COOLPIX S4200 digitale camera Type Effectieve pixels Beeldsensor Objectief Brandpuntsafstand f-waarde Constructie Digitale zoom Vibratiereductie Autofocus (AF) Scherpstelbereik (van het objectief) Selectie scherpstelveld Beelddekking (opnamestand) Beelddekking (weergavestand) Opslag Media Bestandssysteem Bestandsindelingen Beeldformaat (pixels) • Intern geheugen (circa 74 MB) • SD/SDHC/SDXC-geheugenkaart Compatibel met DCF, Exif 2.
Specificaties ISO-waarde (standaard uitvoergevoeligheid) • ISO 80, 100, 200, 400, 800, 1600, 3200 • Automatisch (automatische versterking van ISO 80 tot 1600) • Vast bereik automatisch (ISO 80 tot 400, 80 tot 800) Belichting Lichtmeting 256-segments matrixmeting, centrumgericht (bij digitale zoom minder dan 2×), spotmeting (digitale zoom 2× of meer) Belichtingsregeling Geprogrammeerde automatische belichting met bewegingsdetectie en belichtingscorrectie (–2,0 tot +2,0 EV in stappen van 1/3 EV) Sluiter
Specificaties Gewicht Circa 139 g (inclusief batterij en SD-geheugenkaart) Gebruiksomstandigheden Temperatuur 0 °C tot 40 °C Luchtvochtigheid Minder dan 85 % (geen condensatie) • Tenzij anders wordt vermeld, hebben alle getallen betrekking op een camera met een volledig opgeladen oplaadbare Li-ionbatterij EN-EL19 bij een omgevingstemperatuur van 25 °C. * Gebaseerd op de CIPA-standaarden (Camera and Imaging Products Association) waarmee de gebruiksduur voor camerabatterijen wordt gemeten.
Specificaties Ondersteunde standaards • DCF: Design Rule for Camera File System (Ontwerpnormen voor camerabestandssystemen) is een algemeen erkende standaard voor digitale camera's waarmee de compatibiliteit tussen de verschillende cameramerken wordt gewaarborgd. • DPOF: Digital Print Order Format (Digitaal afdrukformaat voor digitale camera's) is een industriestandaard die het mogelijk maakt beelden af te drukken op basis van een afdrukopdracht die is opgeslagen op een geheugenkaart. • Exif versie 2.
Index Symbolen Autom. scènekeuzekn.
Index Deksel batterijvak/geheugenkaartsleuf 3, 16, 20 Diafragma 30 Diashows 75, E49 Dierenp. autom. ontsp.
Index Low-key H 50 Luidspreker 3 M Macro-stand 59 Mapnamen E86 Menu Slim portret 53 Monitor 3, 6, F5 Monitorinstellingen 88, E68 MSCN E86 Multi-shot 16 39, E43 Museum l 47 N Nachtlandschap j 46 Nachtportret e 44 Nikon Transfer 2 78, 80 Nostalgisch sepia P 50 O P Paint 75, E14 Panorama assist U 48, E3 Panorama Maker 6 48, 78, E4 Q QVGA E62 R Resterende opnametijd 84 Retoucheer 75, E12 Rode-ogenreductie 56 RSCN E86 S Schemering i 45 Schermvullende weergave 32 Scherpstelaanduiding 30 Scherpstellen 13, 3
Index Tekenen A 47, E2 Tele 29 Televisie E27 Televisies 76, E27 Tijdzone 24, 88, E65, E67 Tijdzone en datum 24, 88, E65 Tik 4 TL-licht E44 U Uitrekken 75, E19 Uitsnede 33, E25 Uploaden via Eye-Fi 90, E82 USB/AV-uit-aansluiting 18, 76, E27, E30 USB-kabel ii, 18, 76, 79, E30, E87 V Technische opmerkingen en index Vast bereik automatisch E42 VGA 84, E62 Videostand 90, E77 ViewNX 2 77 Voedsel u 46 Volume 86, E59 Vuurwerk m 47 W WAV E86 Weergave 32, 86, E59 Weergavemenu 75, E49 Welkomstscherm 88, E64 Windru
F21
F22
Deze handleiding mag op geen enkele manier volledig of gedeeltelijk (behalve voor korte citaten in kritische artikelen of besprekingen) worden gereproduceerd zonder de schriftelijke toestemming van NIKON CORPORATION.