Operation Manual
168
Menu Set-up
Basisinstellingen
Bewegingsdetectie
Activeer bewegingsdetectie om de effecten van bewegingen van het onderwerp en
cameratrilling te verminderen als u opnamen maakt.
De huidige instelling voor bewegingsdetectie kan op de monitor van de camera
worden gecontroleerd bij opname (A 6, 23). Het pictogram voor bewegingsdetectie
wordt groen wanneer de camera cameratrilling detecteert en de snelle sluitertijd
verlengt. Wanneer Uit wordt geselecteerd, wordt geen pictogram weergegeven.
Knop d M z (Set-up) (A 158) M Bewegingsdetectie
U Automatisch
Wanneer de camera bewegingen van het onderwerp of cameratrilling detecteert, worden
de ISO-waarde en de snelle sluitertijd automatisch langer om wazige beelden te
voorkomen.
In de volgende situaties werkt bewegingsdetectie echter niet.
• Als de flits-stand is ingesteld op invulflits
• In de stand A (automatisch), als ISO-waarde (A 49) is ingesteld op elke andere
instelling dan Automatisch
• In de volgende onderwerpsstanden:
- j (nachtlandschap) (A 58)
- e (nachtportret) (A 59)
- R (tegenlicht) (A 60)
- Schemering (A 63), Museum (A 66), Vuurwerk (A 66)
• In de stand Onderwerp volgen (A 70)
• In de continu-opnamestand (A 73)
k Uit (standaardinstelling)
Bewegingsdetectie is niet ingeschakeld.
B Opmerkingen over Bewegingsdetectie
• De bewegingsdetectie kan de effecten van bewegingen van het onderwerp of cameratrilling in bepaalde
situaties niet volledig elimineren.
• De bewegingsdetectie werkt eventueel niet als het onderwerp te sterk beweegt of te donker is.
• De opnamen die zijn gemaakt met bewegingsdetectie kunnen er enigszins “korrelig” uitzien.