Operation Manual

20
Eerste stappen
Een geheugenkaart plaatsen
Beeld-, geluids- en filmbestanden worden opgeslagen in het interne geheugen van de
camera (circa 102 MB) of op verwisselbare SD-geheugenkaarten (Secure Digital) (in de
handel verkrijgbaar; A 184).
Als een geheugenkaart in de camera is geplaatst, worden gegevens automatisch
op de geheugenkaart opgeslagen en kunnen de gegevens op de geheugenkaart
worden weergegeven, gewist of overgezet. Verwijder de geheugenkaart als u
gegevens in het interne geheugen wilt opslaan of gegevens uit het interne
geheugen wilt weergeven, wissen of overzetten.
1 Controleer of het camera-aan-lampje en de
monitor zijn uitgeschakeld en open het deksel
van het batterijvak/de kaartsleuf.
Zet de camera uit voor u het deksel opent.
2 Plaats de geheugenkaart.
Duw de geheugenkaart correct in de sleuf
tot deze op zijn plaats klikt.
B Een geheugenkaart plaatsen
Als u de geheugenkaart ondersteboven of
achterstevoren plaatst, kan dit schade aan
de camera of de kaart veroorzaken.
Controleer of de geheugenkaart correct is
geplaatst.
3 Sluit het deksel van het batterijvak/de kaartsleuf.
Een geheugenkaart verwijderen
Schakel de camera uit en controleer of het camera-aan-lampje
en de monitor uitgeschakeld zijn voordat u het deksel van het
batterijvak/de geheugenkaartsleuf opent.
Druk de kaart naar binnen (1) om deze gedeeltelijk uit te
werpen en verwijder de kaart vervolgens met de hand. Zorg er
daarbij voor dat u de kaart niet onder een hoek verwijdert (2).
De batterij of geheugenkaart kunnen heet aanvoelen direct
na gebruik van de camera. Wees voorzichtig bij het verwijderen van de batterij of
geheugenkaart.
Geheugenkaartsleuf