Operation Manual
28
Basisstappen voor fotograferen en weergeven: stand A (auto)
Stap 4 Opnamen weergeven en wissen
Opnamen weergeven (weergavestand)
Druk op de knop c (weergave).
Het als laatste opgenomen beeld wordt schermvullend
weergegeven.
Draai aan de draaibare multi-selector of druk op
H
,
I
,
J
of
K
om vorige of volgende beelden te bekijken (
A
9).
Als u wilt terugkeren naar de opnamestand, drukt u op de knop
c
, op de ontspanknop of op de knop
b
(filmopname).
Tijdens het weergeven van opnamen die zijn
opgeslagen in het interne geheugen van de camera
wordt C weergegeven. Zodra een geheugenkaart
wordt geplaatst in de camera, verschijnt C niet
meer en worden de opnamen die zijn opgeslagen
op de geheugenkaart weergegeven.
Draaibare multi-selector
Knop c
(weergave)
Knop b (filmopname)
4 / 4
4/ 4
1 5/ 11 /2 01 0 15 :3 0
15/11/2010 15:30
0 00 4. JP G
0004.JPG
Aanduiding
intern
geheugen
C Als de monitor is uitgeschakeld om stroom te besparen
Als het camera-aan-lampje knippert, drukt u op de hoofdschakelaar, de ontspanknop of de knop c om de
monitor opnieuw in te schakelen (A 171).
C Beschikbare handelingen in de weergavestand
Zie “Meer over weergave” (A 80) of “Opnamen bewerken” (A 122) voor meer informatie.
C Opname-informatie weergeven
Druk op de knop k in schermvullende weergave om de markering, het
histogram en de opname-informatie weer te geven (A 82). Druk
nogmaals op de knop k om terug te keren naar schermvullende
weergave.
C Druk op de knop c om de camera aan te zetten
Als de camera uit staat, kunt u deze aanzetten in de weergavestand door de knop c ingedrukt te houden.
Het objectief komt niet naar buiten.
C Opnamen weergeven
•
Wanneer beelden waarin tijdens de opname een gezicht werd herkend (
A
52) schermvullend worden
weergegeven, worden de beelden, afhankelijk van de oriëntatie van het herkende gezicht, automatisch gedraaid
voor weergave. Dit geldt echter niet voor beelden die zijn opgenomen in de continu-opnamestand (
A
73).
• Als opnamen die zijn gemaakt met de continu-opnamefunctie worden weergegeven, wordt elke reeks
beelden behandeld als een groep en wordt alleen het “hoofdbeeld” van de groep weergegeven
(sequentiële weergave ➝ A 83).
+1.0
ISO 100
F 3.5
1/250
0004.JPG
100NIKON
4/ 4