Gebruikshandleiding
163
Menugids—Het Opnamemenu
Naamgeving bestanden
Foto’s worden opgeslagen als beeldbestanden en krijgen daarbij een bestandsnaam toe-
gekend die bestaat uit “DSC_” of “_DSC” gevolgd door een 4-cijferig bestandsnummer
en een uit 3 letters bestaande extensie (b.v. “DSC_0001.JPG”). De optie Naamgeving
bestanden wordt gebruikt om het “DSC” gedeelte van de bestandsnaam te wijzigen.
Markeer Naamgeving bestanden in het Opname-
menu (
158) en druk de multi-selector naar rechts.
Het menu rechts wordt weergegeven; druk de multi-
selector naar rechts om het volgende dialoogvenster
weer te geven.
Houd de knop ingedrukt en duw op de multi-selector om de cursor naar links of
naar rechts te verplaatsen in het voorvoegsel-veld. Als u een nieuw teken wilt invoeren
op de huidige cursorpositie, markeert u het gewenste teken in het toetsenbordveld
met behulp van de multi-selector en drukt u op het midden van de multi-selector. U
verwijdert het teken op de huidige cursorpositie door op de knop te drukken. Druk
op de knop om terug te keren naar het opnamemenu zonder de instellingen voor
de naamgeving te wijzigen.
Nadat u het voorvoegsel voor de bestandsnaam hebt gewijzigd, drukt u op om
terug te keren naar het opnamemenu. Nieuwe foto’s worden opgeslagen volgens de
nieuwe instellingen voor de naamgeving.
Beeldkwaliteit
Er zijn acht opties voor beeldkwaliteit beschikbaar. Zie
“Foto’s maken: Beeldkwaliteit en –grootte” ( 43).
Toetsenbord veld
Gebruik de multi-selec-
tor om letters te marke-
ren, druk op het midden
van de multi-selector
om te selecteren.
Voorvoegsel-veld
Hier wordt het voorvoegsel voor
de bestandsnamen weergegeven.
U verplaatst de cursor naar links
of naar rechts door op de knop
te drukken en de multi-selector te
gebruiken.