Operation Manual
129
r
Automatische witbalans wordt aanbevolen voor de meeste
lichtbronnen.
Als het gewenste resultaat niet kan worden bereikt
met automatische witbalans, kiest u een optie uit de
bovenstaande lijst of gebruikt u de vooringestelde witbalans.
U kiest de witbalans door de kn
op WB ingedrukt te houden en aan
de hoofdinstelschijf te draaien totdat de gewenste instelling wordt
weergegeven in het LCD-venster.
A Het menu Witbalans
U kunt de witbalans ook aanpassen via de optie [Witbalans] in het opnamemenu
(p. 254).
A I (TL-licht)
Als u
I
(TL-licht) selecteert met de knop
WB
en de hoofdinstelschijf, wordt het
type verlichting ingesteld dat is geselecteerd voor de optie [TL-licht] in het
witbalansmenu (p. 254).
N Flitslicht 5.400
*
Voor gebruik met de ingebouwde of een
optionele flitser.
G Bewolkt 6.000
*
Voor onderwerpen bij daglicht onder
een bewolkte hemel.
M Schaduw 8.000
*
Voor onderwerpen bij daglicht in de
schaduw.
K Kies kleurtemperatuur
2.500–
10.000
Kies de kleurtemperatuur uit een lijst
met waarden (p. 135).
L Handmatige preset —
Gebruik een voorwerp, lichtbron of
bestaande foto als referentie voor de
witbalans (p. 136).
*Alle waarden zijn benaderingen.
Fijnafstelling ingesteld op 0.
Optie
Kleurtemp.
(K) Beschrijving
WB knop
Hoofdinstelschijf
LCD-venster