Operation Manual
290
U
Let erop dat bij sluitertijden tussen
1
/250 en
1
/320 sec. het flitsbereik
afneemt.
Het effectieve richtgetal varieert afhankelijk van de
zoomstand, zoals in de onderstaande tabel wordt weergegeven.
Voorbeeld: bij een zoomstand van 35 mm, een di afragma van f/5.6
en een ISO-gevoeligheid van ISO 200 heeft de flitser een
maxi
mumbereik van D = 38 ÷ 5,6 = 6,7 m.
Het minimumbereik
kunt u direct aflezen van het staafdiagram voor het flitsbereik of
de lichtmeter.
Voo r elke verdubbeling van de ISO-gevoeligheid
vermenigvuldigt u het richtgetal met de vierkantswortel van twee
(circa 1,4).
Zoomstand
14 mm 17 mm 24 mm 28 mm 35 mm 50 mm 70 mm 85 mm 105 mm
Richtgetal
*
17 19 30 32 38 44 50 53 56
* ISO 200, m, 20 °C, SB-800
ISO-gevoeligheid
400 800 1600 3200
Richtgetal
vermenigvuldigen
met
1,4 2 2,8 4
Het flitsbereik berekenen
D (maximumbereik) = richtgetal (GN) ÷ f/-getal (diafragma)