Operation Manual
366
n
Filters
• Nikon-filters kunnen in drie typen worden
onderverdeeld: schroeffilters, insteekfilters en filters
die aan de achterzijde van bepaalde objectieven
worden geplaatst.
Gebruik uitsluitend Nikon-filters;
filters van andere fabrikanten kunnen de werking van
het autofocussysteem of de elektronische
afstandsmeter verstoren.
• De D300 kan niet worden gebruikt met lineaire
polarisatiefilters.
Gebruik in plaats daarvan het C-PL
circulaire polarisatiefilter.
• Ter bescherming van het objectief wordt aanbevolen
een NC of L37C filter te gebruiken.
• Als u een onderwerp in sterk tegenlicht fotografeert of
als zich een sterke lichtbron in het beeld bevindt,
wordt het gebruik van een filter afgeraden om moiré te
voorkomen.
• Centrumgerichte meting wordt aanbevolen bij
gebruik van filters met een filterfactor van meer dan
1×(Y44, Y48, Y52, O56, R60, X0, X1, C-PL, ND2S, ND4,
ND4S, ND8, ND8S, ND400, A2, A12, B2, B8, B12).
Optionele
flitsers
• Nikon Speedlight-flitsers SB-800, SB-600 en SB-400
• Nikon draadloze flitser op afstand SB-R200
• Draadloze Speedlight Commander SU-800
Zie pagina 358 voor meer informatie.
Pc-
kaartadapters
• EC-AD1 pc-kaartadapter: Met de EC-AD1 pc-kaartadapter
kunnen CompactFlash-geheugenkaarten (type I) in
PCMCIA-kaartsleuven worden geplaatst.