Naslaggids (volledige instructies)
136
g
Als Aan is geselecteerd, zal het informatiescherm verschijnen zodra de ontspanknop half
wordt ingedrukt; als controlebeeld (0 126) is uitgeschakeld, wordt dit ook onmiddellijk
na de opname weergegeven.
Kies Aan als u merkt dat u tijdens het fotograferen
regelmatig het informatiescherm raadpleegt.
Als Uit is geselecteerd, kan het
informatiescherm worden bekeken door op de P-knop te drukken.
Wanneer de camera wordt aangesloten op een televisie of een videorecorder, dient u
ervoor te zorgen dat de videostand van de camera overeenkomt met de videonorm van
het andere apparaat (NTSC of PAL).
Verminder flikkeringen en banden bij het maken van opnamen onder tl-verlichting of
kwikdamplampen tijdens livebeeld (0 80) of filmopnamen (0 88). Kies Automatisch om
de camera automatisch de juiste frequentie te laten kiezen, of zoek handmatig naar de
frequentie van het lokale lichtnet.
Automatisch informatiescherm
G-knop ➜ B setup-menu
Videostand
G-knop ➜ B setup-menu
Flikkerreductie
G-knop ➜ B setup-menu
A Flikkerreductie
Als Automatisch niet in staat is de gewenste resultaten te produceren en u niet weet over welke
frequentie het lokale lichtnet beschikt, test dan beide opties en kies de optie die de beste
resultaten produceert. Flikkerreductie geeft mogelijk niet het gewenste resultaat met een aantal
onderwerpen. In dergelijke gevallen selecteert u de stand A of M en een kleiner diafragma (hogere
f-waarde) voordat livebeeld wordt gestart. Merk op dat flikkerreductie niet beschikbaar is
wanneer Aan is geselecteerd voor Filminstellingen > Handmatige filminstellingen (0 91) in
stand M.