Operation Manual

Table Of Contents
84 Meer over fotografie
De beeldkwaliteit en het beeldformaat bepalen samen hoeveel
ruimte elke foto in beslag neemt op de geheugenkaart. Grotere
afbeeldingen met een hogere kwaliteit kunnen op groot formaat
worden afgedrukt maar vereisen tevens meer geheugen, wat
betekent dat er minder van dergelijke foto's op de geheugenkaart
kunnen worden opgeslagen (0 323).
Beeldkwaliteit
Kies een bestandsformaat en compressieverhouding
(beeldkwaliteit).
Beeldkwaliteit en -formaat
Optie Bestandstype Beschrijving
NEF (RAW) +
JPEG Fijn
NEF/JPEG
Er worden twee afbeeldingen vastgelegd: één
NEF (RAW)-afbeelding en één JPEG-afbeelding
met de kwaliteit Fijn.
NEF (RAW) NEF
Onbewerkte gegevens van de beeldsensor
worden rechtstreeks op de geheugenkaart
opgeslagen. Instellingen zoals witbalans en
contrast kunnen na de opname worden
aangepast.
JPEG Fijn
JPEG
Leg JPEG-afbeeldingen vast bij een
compressieverhouding van circa 1 : 4
(beeldkwaliteit Fijn).
JPEG Normaal
Leg JPEG-afbeeldingen vast bij een
compressieverhouding van circa 1 : 8
(beeldkwaliteit Normaal).
JPEG Basis
Leg JPEG-afbeeldingen vast bij een
compressieverhouding van circa 1 : 16
(beeldkwaliteit Basis).
A NEF (RAW) + JPEG
Als foto’s gemaakt met de instellingen NEF (RAW) + JPEG Fijn op de
camera worden bekeken, wordt alleen de JPEG-afbeelding weergegeven.
Wanneer foto’s gemaakt bij deze instellingen worden verwijderd, worden
zowel NEF- als JPEG-afbeeldingen verwijderd.