Operation Manual
Table Of Contents
- Inhoudsopgave
- Voor uw veiligheid
- Kennisgevingen
- Bluetooth
- Inleiding
- Eerste stappen
- Tutorial
- Basisfotografie en afspelen
- Hulpstand
- Instellingen die overeenkomen met het onderwerp of de situatie (Onderwerpstand)
- Speciale effecten
- Meer over fotografie
- Standen P, S, A en M
- Films opnemen en bekijken
- Weergave en verwijderen
- Verbindingen
- Cameramenu’s
- Het weergavemenu: Beelden beheren
- Het opnamemenu: Opnameopties
- Het setup-menu: Camera-instellingen
- Opties setup-menu
- Herstel setup-opties
- Geheugenkaart formatteren
- Datumstempel
- Tijdzone en datum
- Taal (Language)
- Monitorhelderheid
- Indeling informatiescherm
- Automatisch informatiescherm
- Timers automatisch uit
- Zelfontspanner
- Wachttijd afst.bed. (ML-L3)
- Stof-referentiefoto
- Beeldcommentaar
- Copyrightinformatie
- Signaal
- Flikkerreductie
- Knoppen
- Afstandsmeter
- Handm. scherpstelring in AF-st.
- Opeenvolgende nummering
- Opslagmap
- Naamgeving bestanden
- Locatiegegevens
- Vliegtuigmodus
- Verbinden met smartapparaat
- Verzenden n. smartapp. (autom.)
- Bluetooth
- Uploaden via Eye-Fi
- Conformiteitsmarkering
- Ontspannen bij geen kaart
- Alle instellingen terugzetten
- Firmwareversie
- Opties setup-menu
- Het retoucheermenu: Geretoucheerde kopieën maken
- Recente Instellingen
- Technische opmerkingen

72 Meer over fotografie
A Goede resultaten bereiken met autofocus
Autofocus werkt niet goed onder de hieronder vermelde omstandigheden.
De ontspanknop wordt mogelijk uitgeschakeld als de camera onder deze
omstandigheden niet kan scherpstellen, of wordt de scherpstelaanduiding
(I) mogelijk weergegeven en laat de camera een geluidssignaal horen,
waardoor de sluiter wordt ontspannen zelfs wanneer het onderwerp niet
scherp in beeld is. Stel in deze gevallen handmatig scherp (0 81) of gebruik
scherpstelvergrendeling (0 79) om op een ander onderwerp op dezelfde
afstand scherp te stellen en pas vervolgens de compositie van de foto aan.
Er is weinig tot geen contrast tussen het onderwerp en de
achtergrond.
Voorbeeld: Het onderwerp heeft dezelfde kleur als de
achtergrond.
Het scherpstelpunt bevat voorwerpen op verschillende
afstanden van de camera.
Voorbeeld: Het onderwerp bevindt zich in een kooi.
Het onderwerp bestaat grotendeels uit regelmatige
geometrische patronen.
Voorbeeld: Lamellen of een rij vensters in een
flatgebouw.
Het scherpstelpunt bevat gebieden met sterk
contrasterende helderheid.
Voorbeeld: Het onderwerp bevindt zich half in de
schaduw.
Voorwerpen op de achtergrond lijken groter dan het
onderwerp.
Voorbeeld: Achter het onderwerp staat een gebouw in
beeld.
Het onderwerp bevat veel fijne details.
Voorbeeld: Een veld met bloemen of andere
onderwerpen die klein zijn of weinig variatie in
helderheid hebben.