Operation Manual
Table Of Contents
- Inhoudsopgave
- Voor uw veiligheid
- Kennisgevingen
- Inleiding
- Instructies
- Livebeeldfotografie
- Films
- Opties voor beeldopname
- Scherpstelling
- Ontspanstand
- ISO-gevoeligheid
- Belichting
- Witbalans
- Beeldverbetering
- Flitserfotografie
- Andere opnameopties
- Meer over weergave
- Spraakmemo's
- Verbindingen
- Menulijst
- Technische opmerkingen
- Compatibele objectieven
- Het Nikon Creatief Verlichtingssysteem (CVS)
- Overige accessoires
- Behandeling van uw camera
- Onderhoud van camera en accu: waarschuwingen
- Belichtingsprogramma
- Problemen oplossen
- Foutmeldingen
- Specificaties
- Goedgekeurde geheugenkaarten
- Capaciteit van geheugenkaarten
- Gebruiksduur van de batterij
- Index
- Garantievoorwaarden - Nikon Europees garantiebewijs

115
N
❚❚ De elektronische afstandsmeter
De aanduiding van de zoekerbeeldscherpte kan
worden gebruikt om te controleren of het
onderwerp in het geselecteerde scherpstelpunt
scherp in beeld is (het scherpstelpunt kan uit 55
scherpstelpunten worden geselecteerd). Druk
de ontspanknop half in nadat het onderwerp in
het geselecteerde scherpstelpunt is geplaatst en draai aan de
scherpstelring van het objectief totdat de scherpstelaanduiding (I)
wordt weergegeven. Merk op dat bij de onderwerpen vermeld op
pagina 113, de scherpstelaanduiding soms wordt weergegeven
wanneer het onderwerp niet scherp in beeld is; controleer vóór de
opname de scherpstelling in de zoeker.
Zie pagina 100 voor
informatie over het gebruik van de elektronische afstandsmeter met
optionele AF-S/AF-I-teleconverters.
A Filmvlakpositie
Om de afstand tussen uw onderwerp en de
camera te bepalen, meet vanaf de
filmvlakmarkering (E) op de camerabody.
De
afstand tussen het objectiefbevestigingsvlak en
het filmvlak bedraagt 46,5 mm.
Filmvlakmarkering
46,5 mm