Operation Manual
Table Of Contents
- Inhoudsopgave
- Voor uw veiligheid
- Kennisgevingen
- Inleiding
- Instructies
- Livebeeldfotografie
- Films
- Opties voor beeldopname
- Scherpstelling
- Ontspanstand
- ISO-gevoeligheid
- Belichting
- Witbalans
- Beeldverbetering
- Flitserfotografie
- Andere opnameopties
- Meer over weergave
- Spraakmemo's
- Verbindingen
- Menulijst
- Technische opmerkingen
- Compatibele objectieven
- Het Nikon Creatief Verlichtingssysteem (CVS)
- Overige accessoires
- Behandeling van uw camera
- Onderhoud van camera en accu: waarschuwingen
- Belichtingsprogramma
- Problemen oplossen
- Foutmeldingen
- Specificaties
- Goedgekeurde geheugenkaarten
- Capaciteit van geheugenkaarten
- Gebruiksduur van de batterij
- Index
- Garantievoorwaarden - Nikon Europees garantiebewijs

174
r
4 Selecteer stand voor directe meting.
Ontspan kort de U-knop en druk
vervolgens op de knop totdat het L-
pictogram in het achterste
bedieningspaneel begint te knipperen.
Er
wordt een spot-witbalansdoel (r) weergegeven bij het
geselecteerde scherpstelpunt.
5 Plaats het doel boven een wit of grijs veld.
Terwijl L in de weergave knippert,
gebruik de multi-selector om de r boven
een wit of grijs veld van het onderwerp te
plaatsen.
Druk op de X-knop om op het
gebied rondom het doel in te zoomen voor
meer nauwkeurige positionering.
U kunt
ook op een willekeurige plek in het beeld
de witbalans meten door op uw onderwerp in de monitor te
tikken, waardoor het niet nodig is om op het midden van de
multi-selector of de ontspanknop drukken, zoals beschreven in
Stap 6.
6 Meet witbalans.
Druk op de centrale knop van de multi-
selector of druk de ontspanknop volledig
in om witbalans te meten.
De tijd
beschikbaar voor het meten van witbalans
is de tijd geselecteerd voor Persoonlijke
instelling c4 (Monitor uit) > Livebeeld
(0 303).
Als de camera witbalans niet kan meten,
wordt het rechts getoonde bericht
weergegeven.
Kies een nieuw
witbalansdoel en herhaal het proces vanaf
Stap 5.
Achterste
bedieningspaneel