Operation Manual
Table Of Contents
- Inhoudsopgave
- Voor uw veiligheid
- Kennisgevingen
- Inleiding
- Instructies
- Livebeeldfotografie
- Films
- Opties voor beeldopname
- Scherpstelling
- Ontspanstand
- ISO-gevoeligheid
- Belichting
- Witbalans
- Beeldverbetering
- Flitserfotografie
- Andere opnameopties
- Meer over weergave
- Spraakmemo's
- Verbindingen
- Menulijst
- Technische opmerkingen
- Compatibele objectieven
- Het Nikon Creatief Verlichtingssysteem (CVS)
- Overige accessoires
- Behandeling van uw camera
- Onderhoud van camera en accu: waarschuwingen
- Belichtingsprogramma
- Problemen oplossen
- Foutmeldingen
- Specificaties
- Goedgekeurde geheugenkaarten
- Capaciteit van geheugenkaarten
- Gebruiksduur van de batterij
- Index
- Garantievoorwaarden - Nikon Europees garantiebewijs

329
n
A De beeldhoek berekenen (vervolg)
De DX (24×16) beeldhoek is circa 1,5 keer kleiner dan de beeldhoek van
een kleinbeeldformaat, terwijl de 1,2× (30×20) beeldhoek circa 1,2 keer
kleiner is en de 5 : 4 (30×24) beeldhoek circa 1,1 keer kleiner.
Om de
brandpuntsafstand van objectieven in kleinbeeldformaat te berekenen
wanneer DX (24×16) is geselecteerd, vermenigvuldig de
brandpuntsafstand van het objectief met circa 1,5 en met circa 1,2 wanneer
1,2× (30×20) is geselecteerd, of met circa 1,1 wanneer 5 : 4 (30×24) is
geselecteerd (bijvoorbeeld de effectieve brandpuntsafstand van een
50 mm objectief in kleinbeeldformaat moet circa 75 mm zijn wanneer DX
(24×16) is geselecteerd, 60 mm wanneer 1,2× (30×20) is geselecteerd of
55 mm wanneer 5 : 4 (30×24) is geselecteerd).