Deze handleiding mag op geen enkele manier volledig of gedeeltelijk (behalve voor korte citaten in kritische artikelen of besprekingen) worden gereproduceerd zonder de schriftelijke toestemming van NIKON CORPORATION. DIGITALE CAMERA Gebruikshandleiding Nikon Gebruikersondersteuning Bezoek de volgende website om uw camera te registreren en op de hoogte te blijven van de recentste productinformatie.
Productdocumentatie De documentatie voor dit product bestaat uit een Gebruikshandleiding (dit boekje) en een Naslaggids (pdf). Lees alle aanwijzingen grondig door, zodat u zeker weet dat u de camera optimaal benut en bewaar de handleiding op een plaats waar iedereen die het product gebruikt deze kan lezen. Zie de Gebruikshandleiding (dit boekje) voor informatie over de basisbedieningen van de camera. Zie de Naslaggids (beschikbaar op de meegeleverde naslag-cd) voor alle productinformatie.
Pakketinhoud Controleer of het pakket de volgende items bevat: Afdekkapje BS-1 accessoireschoen DK-20 rubberen oogschelp BF-1B bodydop D5200 camera EN-EL14 oplaadbare Li-ionbatterij (met afdekkapje) MH-24 batterijlader (stekkeradapter meegeleverd in landen of regio's waar dit is vereist; de vorm is afhankelijk van het land van verkoop) AN-DC3 riem UC-E17 USB-kabel EG-CP16 audio-/videokabel DK-5 oculairkapje (0 29) ViewNX 2 cd-rom Gebruikshandleiding (dit boekje) Naslag-cd (bevat de Naslaggids) Kop
Inhoudsopgave Pakketinhoud ................................................................................................................................................. i Voor uw veiligheid .....................................................................................................................................iv Kennisgevingen............................................................................................................................................
Standen P, S, A en M 42 Stand P (Automatisch programma) ..........................................................................................43 Stand S (Sluitertijdvoorkeuze) ....................................................................................................43 Stand A (Diafragmavoorkeuze) ..................................................................................................43 Stand M (Handmatig)..............................................................................
Voor uw veiligheid Als u schade aan uw Nikon-product of letsel aan uzelf of anderen wilt voorkomen, dient u de volgende veiligheidsinstructies goed door te lezen voordat u dit product gaat gebruiken. Bewaar deze veiligheidsinstructies op een plaats waar iedereen die het product gebruikt ze kan lezen. De mogelijke gevolgen van het niet in acht nemen van de veiligheidsinstructies in dit hoofdstuk worden met het volgende pictogram aangegeven: A Dit pictogram staat bij waarschuwingen.
A Neem de juiste voorzorgsmaatregelen in acht bij het gebruik van de lader • Houd het product droog. Het niet in acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot brand of een elektrische schok. • U mag de ladercontacten niet kortsluiten. Het niet in acht nemen van deze waarschuwing kan leiden tot oververhitting en schade aan de lader. • Verwijder stof op of bij metalen onderdelen van de stekker met een droge doek. Voortgaand gebruik kan leiden tot brand.
Mededeling betreffende het verbod op kopiëren en reproduceren Let erop dat alleen al het bezit van materiaal dat digitaal is gekopieerd of gereproduceerd door middel van een scanner, digitale camera of ander apparaat wettelijk strafbaar kan zijn.
Gebruik uitsluitend elektronische accessoires van het merk Nikon Nikon camera’s zijn ontwikkeld volgens de hoogste standaards en bevatten complexe elektronische schakelingen.
viii
XInleiding Kennismaking met de camera X Neem even de tijd om vertrouwd te raken met de bedieningsonderdelen en aanduidingen van de camera. Leg eventueel een boekenlegger in dit hoofdstuk, zodat u het gemakkelijk kunt terugvinden terwijl u de rest van de handleiding leest. De camerabody 32 1 14 24 4 5 6 7 8 9 12 25 15 16 5 26 17 27 18 28 19 29 20 30 10 11 13 21 22 23 1 Standknop.....................................3 2 Livebeeldschakelaar Livebeeld................................ 45 Film ...
1 7 8 9 10 2 11 12 13 14 15 16 17 18 3 4 X 5 21 19 20 6 1 Zoekeroculair ........................ 4, 29 2 Rubberen oogschelp ................29 3 G (menu)-knop Menu’s .....................................65 4 Infraroodontvanger voor ML-L3 afstandsbediening (achterzijde) ...........................28 5 Monitor Instellingen bekijken..............6 Livebeeld.................................45 Schermvullende weergave.............................24 6 Statiefaansluiting 7 Dioptrieregelaar ...............
De standknop De camera beschikt over de volgende opnamestanden: Standen P, S, A en M Selecteer deze standen om de camera volledig naar wens in te stellen. • P—Automatisch programma (0 42, 43) • S—Sluitertijdvoorkeuze (0 42, 43) • A—Diafragmavoorkeuze (0 42, 43) • M—Handmatig (0 42, 43) Standen voor speciale effecten Gebruik speciale effecten tijdens het opnemen.
De zoeker X 1 2 3 4 5 6 1 Raster (weergegeven wanneer Aan is geselecteerd voor persoonlijke instelling d2) 2 Scherpstelpunten......................33 3 AF-veldhaakjes....................10, 15 4 Waarschuwing batterij bijna leeg............................................14 5 Monochrome aanduiding (weergegeven wanneer de Monochroom Picture Control of een Picture Control op basis van Monochroom is geselecteerd) 6 “Geen geheugenkaart”aanduiding ................................8 7 Scherpstelaanduiding.....
De monitor De monitor kan worden gekanteld en gedraaid, zoals hieronder aangeduid. X 180° 90° 180° Normaal gebruik Vouw de monitor tegen de buitenzijde van de camera. Deze positie wordt aanbevolen voor normaal fotograferen. Opnamen met een lage hoek Kadreer livebeeldopnamen met de camera dicht bij de grond. Opnamen met een hoge hoek Kadreer livebeeldopnamen terwijl de camera boven uw hoofd wordt gehouden. Zelfportretten Gebruik voor zelfportretten in livebeeld.
Het informatiescherm X Camera-instellingen kunnen in het informatiescherm worden bekeken en aangepast. Druk één keer op de P-knop om instellingen te bekijken en druk opnieuw op de knop om instellingen te wijzigen. Markeer items met behulp van de multiselector en druk op J om opties voor het gemarkeerde item te bekijken. 1 6 7 8 9 10 11 12 13 14 P-knop 21 22 23 24 25 26 27 34 33 32 31 30 29 28 2 3 15 4 5 16 17 18 20 19 1 Opnamestand i automatisch/ j automatisch (flitser uit) ......
Eerste stappen Zet de camera altijd uit voordat u geheugenkaarten of batterijen plaatst of verwijdert. 1 Bevestig de riem. Maak de riem stevig vast aan de twee oogjes op de camerabody, zoals hieronder aangeduid. 2 X Laad de batterij op. In geval er een stekkeradapter is meegeleverd, til de lichtnetstekker op en sluit de stekkeradapter volgens de linksonder aangeduide afbeelding aan en zorg dat de stekker volledig in de aansluiting is geplaatst. Plaats de batterij en steek de lader in het stopcontact.
4 Plaats een geheugenkaart (apart verkrijgbaar). Controleer voor de zekerheid of de kaart in de juiste richting is geplaatst en schuif vervolgens de kaart naar binnen tot deze op zijn plaats klikt. 8GB X 5 Bevestig een objectief. Let goed op dat er geen stof in de camera komt wanneer het objectief of de bodydop wordt verwijderd.
6 Open de monitor. Open de monitor zoals aangeduid. Gebruik geen kracht. X 7 Zet de camera aan. Er wordt een taalselectievenster weergegeven. A Objectieven met knoppen voor intrekbare objectiefcilinders Voordat u de camera gebruikt, ontgrendel en verleng de zoomring. Houd de knop voor de intrekbare objectiefcilinder ingedrukt (q) en draai aan de zoomring zoals afgebeeld (w).
8 Kies een taal en stel de cameraklok in. Gebruik de multi-selector en J-knop om een taal te selecteren en de cameraklok in te stellen.
D Tijdens het opladen Verplaats de lader niet en raak de batterij niet aan tijdens het opladen. Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregel kan in zeer zeldzame gevallen tot gevolg hebben dat de lader aanduidt dat het laden is voltooid terwijl de batterij in werkelijkheid slechts gedeeltelijk is opgeladen. Verwijder de batterij en plaats hem opnieuw om het opladen opnieuw te starten.
X D Geheugenkaarten • Geheugenkaarten kunnen na gebruik zeer warm zijn. Ga daarom voorzichtig te werk bij het verwijderen van geheugenkaarten uit de camera. • Zet de camera uit voordat geheugenkaarten worden geplaatst of verwijderd. Verwijder de geheugenkaart of batterij niet uit de camera, zet de camera niet uit en koppel de lichtnetadapter niet los terwijl de geheugenkaart wordt geformatteerd of terwijl informatie wordt opgeslagen, verwijderd of naar een computer wordt gekopieerd.
D CPU-objectieven met diafragmaringen In geval een CPU-objectief is uitgerust met een diafragmaring (0 75), vergrendel het diafragma dan op de kleinste instelling (hoogste f-waarde). A Het objectief verwijderen Vergeet niet de camera uit te schakelen bij het verwijderen of verwisselen van objectieven. Om het objectief te verwijderen, houd de objectiefontgrendeling (q) ingedrukt terwijl het objectief naar rechts wordt gedraaid (w).
s Basisfotografie Batterijniveau en kaartcapaciteit s Controleer voor het fotograferen het batterijniveau en het aantal resterende opnamen. 1 2 Zet de camera aan. Controleer het batterijniveau. Controleer het batterijniveau in het informatiescherm (als de batterij bijna leeg is, wordt tevens een waarschuwing in de zoeker weergegeven). Als de monitor uit is, druk op de P-knop om het informatiescherm te bekijken; als de monitor niet inschakelt, is de batterij leeg en moet deze worden opgeladen.
“Richten-en-schieten”-fotografie (standen i en j) Deze paragraaf beschrijft de procedure voor het fotograferen in de standen i en j, automatische “richten-en-schieten”-standen waarin de camera de meeste instellingen bepaald op basis van de opnameomstandigheden. 1 s Zet de camera aan. Verwijder de objectiefdop en zet de camera aan. Het informatiescherm verschijnt in de monitor. 2 Selecteer stand i of j.
5 Druk de ontspanknop half in. Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen. Het actieve scherpstelpunt wordt weergegeven. Als het onderwerp slecht belicht is, kan de flitser opklappen en de AF-hulpverlichting gaan branden. 6 s Controleer de aanduidingen in de zoeker. Scherpstelpunt Zodra de scherpstelbewerking is voltooid, wordt een signaal afgegeven (het signaal wordt mogelijk niet afgegeven als het onderwerp beweegt) en de scherpstelaanduiding (I) verschijnt in de zoeker.
7 Maak de foto. Druk op soepele wijze de ontspanknop volledig in om de sluiter te ontspannen en de foto vast te leggen. Het toegangslampje van de geheugenkaart gaat branden en de foto wordt enkele seconden in de monitor weergegeven (de foto verdwijnt automatisch van het scherm wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt). Werp de geheugenkaart niet uit of verwijder of ontkoppel de voedingsbron niet voordat het toegangslampje uit is en de opname is voltooid.
A De ontspanknop De camera heeft een tweetraps ontspanknop. De camera stelt scherp wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt. Druk de ontspanknop volledig in om de foto vast te leggen. s A Stel scherp: druk half in Leg vast: druk volledig in De stand-by-timer De zoeker en het informatiescherm schakelen uit als er gedurende acht seconden geen handelingen worden uitgevoerd, waardoor de batterij minder snel leeg raakt. Druk de ontspanknop half in om het scherm opnieuw te activeren.
Creatieve fotografie (Onderwerpstanden) De camera beschikt over verschillende onderwerpstanden. Bij het kiezen van een onderwerpstand worden de instellingen automatisch geoptimaliseerd voor het geselecteerde onderwerp. Hierdoor wordt creatieve fotografie net zo eenvoudig als het selecteren van een stand, het kadreren van een foto en het vastleggen van een foto zoals beschreven op pagina 15–16.
p Kinderen Voor snapshots van kinderen. Details van kleding en achtergrond worden levendig weergegeven terwijl de huidtinten zacht en natuurlijk blijven. s m Sport Een korte sluitertijd voor dynamische sportopnamen waarbij het hoofdonderwerp goed opvalt. De ingebouwde flitser en AFhulpverlichting schakelen uit. n Close-up Voor close-upfoto's van bloemen, insecten of andere kleine voorwerpen (voor scherpstellen op zeer korte afstand kan een macro-objectief worden gebruikt).
Overige onderwerpen Door de standknop naar h te draaien, kunnen de volgende onderwerpen worden geselecteerd; draai vervolgens aan de instelschijf totdat het gewenste onderwerp in de monitor verschijnt. s Standknop Instelschijf Monitor o Nachtportret Voor een natuurlijke balans tussen het hoofdonderwerp en de achtergrond in portretten die met weinig licht werden vastgelegd. Gebruik van een statief wordt aanbevolen om onscherpte te voorkomen.
t Strand/sneeuw Leg de helderheid van zonovergoten wateroppervlakken, sneeuw of zand vast. De ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting schakelen uit. s u Zonsondergang Behoudt de diepe tinten in zonsondergangen en zonsopkomsten. De ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting schakelen uit; het gebruik van een statief wordt aanbevolen om onscherpte bij te weinig licht te voorkomen. v Schemering Behoudt de kleuren in het zwakke natuurlijke licht voor zonsopkomst of na zonsondergang.
x Kaarslicht Voor het fotograferen bij kaarslicht. De ingebouwde flitser schakelt uit; het gebruik van een statief wordt aanbevolen om onscherpte bij te weinig licht te voorkomen. s y Bloesem Voor bloemenvelden, bloeiende boomgaarden en andere landschappen met uitgestrekte bloesemlandschappen. De ingebouwde flitser schakelt uit; het gebruik van een statief wordt aanbevolen om onscherpte bij te weinig licht te voorkomen. z Herfstkleuren Legt de fonkelende rood- en geeltinten in herfstbladeren vast.
I Weergave en verwijderen Na het vastleggen worden foto’s automatisch enkele seconden weergegeven. Als er geen foto wordt weergegeven in de monitor, kan de meest recente foto worden bekeken door op de K-knop te drukken. Foto’s bekijken I 1 Druk op de K-knop. Er wordt een foto in de monitor weergegeven. K-knop 2 Bekijk aanvullende foto's. Aanvullende foto's kunnen worden weergegeven door op 4 of 2 te drukken of aan de instelschijf te draaien.
❚❚ Miniatuurweergave Gebruik de multi-selector of instelschijf om afbeeldingen te markeren en druk op J om de gemarkeerde afbeelding schermvullend weer te geven. Druk op X om het aantal weergegeven afbeeldingen te verlagen. W (Q)-knop ❚❚ Kalenderweergave Druk op de W (Q)-knop om tussen de kalender en de lijst met miniaturen voor de geselecteerde datum te schakelen. Gebruik de multi-selector om data te markeren in de kalender of om foto's te markeren in de miniaturenlijst.
z Meer over fotografie (alle standen) De standen Enkel beeld, Continu, Zelfontspanner, Op afstand en Stil ontspannen Kies uit de volgende ontspanstanden: Stand z Beschrijving Enkel beeld: De camera maakt één foto telkens wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt. Continu L (continu lage snelheid): De camera maakt foto’s bij circa 3 beelden per seconde (bps) ! terwijl de ontspanknop wordt ingedrukt.
A Het buffergeheugen De camera is voorzien van een buffergeheugen voor tijdelijke opslag, zodat u kunt blijven fotograferen terwijl de foto’s op de geheugenkaart worden opgeslagen. Er kunnen maximaal 100 foto’s na elkaar worden gemaakt; merk echter op dat de beeldsnelheid afneemt zodra de buffer vol is. Terwijl de foto’s op de geheugenkaart worden vastgelegd, brandt het toegangslampje van de geheugenkaart (0 17).
Zelfontspannerstand en afstandsbedieningsstand Met de zelfontspanner en optionele ML-L3 afstandsbediening (0 77) kan de fotograaf op afstand van de camera een foto maken. 1 Monteer de camera op een statief. Plaats de camera op een statief of op een stabiele, vlakke ondergrond. 2 Selecteer een ontspanstand.
❚❚ De optionele WR-R10 en WR-T10 draadloze afstandsbediening (0 77) Wanneer een WR-T10 in combinatie met een WR-R10 wordt gebruikt, voert de ontspanknop op de WR-T10 hetzelfde uit als de functies van de ontspanknop op de camera, waardoor continue draadloze afstandsbediening en zelfontspannerfotografie mogelijk is. Zie de meegeleverde handleiding bij de WR-R10/ WR-T10 voor meer informatie.
Scherpstelling Deze paragraaf beschrijft de beschikbare scherpstelopties wanneer foto's in de zoeker worden gekadreerd. Scherpstelling kan automatisch of handmatig worden aangepast (zie “Scherpstelstand” hieronder) en het scherpstelpunt voor automatische of handmatige scherpstelling kan worden geselecteerd met behulp van de multi-selector. Scherpstelstand Kies uit de volgende scherpstelstanden. Merk op dat AF-S en AF-C alleen beschikbaar zijn in de standen P, S, A en M.
A Anticiperende scherpstelling In AF-C-stand of wanneer continue servo-autofocus is geselecteerd in de AF-A-stand, zal de camera anticiperende scherpstelling in werking stellen als het onderwerp in de richting van de camera beweegt terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt. Hierdoor kan de camera de scherpstelling opsporen terwijl deze probeert in te schatten waar het onderwerp zich zal bevinden wanneer de sluiter wordt ontspannen.
AF-veldstand Kies hoe het scherpstelpunt voor autofocus wordt geselecteerd. Merk op dat de AFveldstanden d (dynamisch veld) en f (3D-tracking) niet beschikbaar zijn wanneer AF-S is geselecteerd voor de scherpstelstand. Optie z Beschrijving Gebruiker selecteert het scherpstelpunt met behulp van de multi-selector c Enkelpunts AF (0 33); de camera stelt alleen scherp op het onderwerp in het geselecteerde scherpstelpunt. Gebruik voor niet-bewegende onderwerpen.
3 Kies een AF-veldstand. Markeer een optie en druk op J. Druk de ontspanknop half in om naar de opnamestand terug te keren. Selectie van scherpstelpunt In de stand voor handmatig scherpstellen of wanneer autofocus met andere AFveldstanden dan e (Automatisch veld-AF) wordt gecombineerd, kunt u uit 39 scherpstelpunten kiezen, zodat u de foto’s met het hoofdonderwerp bijna overal in het beeld kunt samenstellen. 1 Kies een andere AF-veldstand dan e (Automatisch veld-AF; 0 32).
Beeldkwaliteit en -formaat De beeldkwaliteit en het beeldformaat bepalen samen hoeveel ruimte elke foto in beslag neemt op de geheugenkaart. Grotere afbeeldingen met een hogere kwaliteit kunnen op groot formaat worden afgedrukt maar vereisen tevens meer geheugen, wat betekent dat er minder van dergelijke foto's op de geheugenkaart kunnen worden opgeslagen. Beeldkwaliteit Kies een bestandsformaat en compressieverhouding (beeldkwaliteit).
Beeldformaat Kies een formaat voor JPEG-afbeeldingen (deze optie is niet beschikbaar voor RAWafbeeldingen; 0 34). Beeldformaat Formaat (pixels) Afdrukformaat (cm) * # Groot 6.000 × 4.000 50,8 × 33,9 $ Middel 4.496 × 3.000 38,1 × 25,4 % Klein 2.992 × 2.000 25,3 × 16,9 * Geschat formaat bij een afdruk van 300 dpi. Het afdrukformaat in inches is gelijk aan het beeldformaat in pixels gedeeld door de printerresolutie in dots per inch (dpi; 1 inch=circa 2,54 cm). 1 Plaats de cursor in het informatiescherm.
De ingebouwde flitser gebruiken De camera biedt ondersteuning voor verschillende flitsstanden voor het fotograferen van slecht verlichte of met tegenlicht verlichte onderwerpen. ❚❚ De ingebouwde flitser gebruiken: standen i, k, p, n, o, s, w en g 1 2 Kies een flitsstand (0 37). Maak foto’s. De flitser klapt op zoals vereist wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt en flitst wanneer er een foto wordt gemaakt. Probeer de flitser NIET met de hand op te klappen als deze niet automatisch opklapt.
Flitsstand De beschikbare flitsstanden zijn afhankelijk van de opnamestand: i, k, p, n, s, w, g No Automatisch Automatisch+ Njo rode-ogenreductie j Flitser uit o Automatisch met lange Njr sluitertijd+ rode-ogenreductie Nr j Nj Njp Np Nt 1 0 Invulflits Automatisch met lange sluitertijd Flitser uit P, A N N Rode-ogenreductie Synchronisatie met lange sluitertijd+ rode-ogenreductie S, M Invulflits N Invulflits Nj Nq Rode-ogenreductie Synchronisatie op het tweede gordijn z Synchronisatie met lange
A Flitsstanden De flitsstanden op de vorige pagina kunnen één of meer van de volgende instellingen combineren, zoals aangeduid door het flitsstandpictogram: • AUTO (automatisch flitsen): wanneer de belichting slecht is of bij tegenlicht klapt de flitser automatisch omhoog wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt en flitst zoals vereist. • j (rode-ogenreductie): gebruik voor portretten. Het lampje van de rode-ogenreductie brandt voordat de flitser flitst, waardoor “rode-ogen” wordt verminderd.
ISO-gevoeligheid “ISO-gevoeligheid” is het digitale equivalent van filmgevoeligheid. Hoe hoger de ISOgevoeligheid, des te minder licht nodig is om een opname te maken, waardoor grotere sluitertijden of kleinere diafragma's mogelijk zijn, maar hoe groter de kans dat de afbeelding wordt aangetast door ruis (willekeurige heldere pixels, waas of lijnen; ruis is vooral aannemelijk bij instellingen tussen Hi 0,3 (equivalent aan ISO 8000) en Hi 2 (equivalent aan ISO 25.600)).
Intervalfotografie De camera kan automatisch foto’s maken bij vooraf ingestelde intervallen. D Voor het fotograferen Maak voor aanvang van intervalfotografie eerst een testopname bij de huidige instellingen en bekijk de resultaten in de monitor. Om er zeker van te zijn dat het fotograferen op de gewenste tijd van start gaat, selecteer Tijdzone en datum in het setup-menu en controleer of de cameraklok correct is ingesteld (0 66). Gebruik van een statief wordt aanbevolen.
4 Kies het aantal intervallen. Druk op 4 of 2 om het aantal intervallen te markeren (d.w.z. het aantal keren dat de camera fotografeert); druk op 1 of 3 om te wijzigen. Druk op 2 om door te gaan. 5 Start het fotograferen. Markeer Aan en druk op J (markeer Uit en druk op J om naar het opnamemenu terug te keren zonder de intervaltimer te starten). De eerste serie opnamen wordt op de gespecificeerde starttijd vastgelegd, of na circa 3 sec. als Nu werd geselecteerd voor Starttijd kiezen in stap 2.
t Standen P, S, A en M De standen P, S, A en M bieden verschillende regelniveaus voor sluitertijd en diafragma. Stand t Beschrijving Camera stelt sluitertijd en diafragma in voor een optimale belichting. Automatisch P programma (0 43) Aanbevolen voor snapshots en in andere situaties waarbij er weinig tijd is om de camera-instellingen aan te passen. Gebruiker kiest sluitertijd; camera selecteert diafragma voor de beste Sluitertijdvoorkeuze resultaten.
Stand P (Automatisch programma) In deze stand past de camera sluitertijd en diafragma automatisch aan voor optimale belichting in de meeste situaties. Voor het produceren van de optimale belichting kan de gebruiker aan de instelschijf draaien om uit verschillende combinaties sluitertijd en diafragma te kiezen. Instelschijf Stand S (Sluitertijdvoorkeuze) In sluitertijdvoorkeuze kiest u de sluitertijd terwijl de camera automatisch het diafragma selecteert dat de optimale belichting produceert.
Belichtingscorrectie (alleen stand P, S, A en %) Belichtingscorrectie wordt gebruikt voor aanpassing van de waarde die wordt aangegeven door de camera, waardoor foto’s lichter of donkerder worden. Kies uit waarden tussen –5 LW (onderbelicht) en +5 LW (overbelicht) in stappen van 1/3 LW. In het algemeen maken positieve waarden het onderwerp lichter terwijl negatieve waarden het onderwerp donkerder maken. 1 Plaats de cursor in het informatiescherm.
xLivebeeld Foto’s kadreren in de monitor Voer de onderstaande stappen uit om foto’s te maken in de stand livebeeld. 1 Draai aan de livebeeldschakelaar. De spiegel wordt opgeklapt en het beeld door het objectief wordt in de cameramonitor weergegeven. Het onderwerp zal niet langer zichtbaar zijn in de zoeker. Livebeeldschakelaar 2 Plaats het scherpstelpunt. Plaats het scherpstelpunt boven uw onderwerp, zoals beschreven op pagina 48. x Scherpstelpunt 3 Stel scherp. Druk de ontspanknop half in.
Scherpstellen in livebeeld Volg de onderstaande stappen om de standen scherpstelling en AF-veldstand te kiezen en plaats het scherpstelpunt. ❚❚ Een scherpstelstand kiezen De volgende scherpstelstanden zijn beschikbaar in livebeeld (merk op dat fulltime servoAF niet beschikbaar is in de standen g en (): Beschrijving Voor niet-bewegende onderwerpen. De scherpstelling vergrendelt wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt. Voor bewegende onderwerpen.
❚❚ Een AF-veldstand kiezen In andere standen dan i, j en ( kunnen de volgende AF-veldstanden worden geselecteerd in livebeeld (merk op dat AF met meevolgende scherpstelling niet beschikbaar is in de standen %, g en 3): Optie Gezichtprioriteit6 AF 7 Breedveld-AF 8 Normaal veld-AF AF met meevolg. 9 scherpst. 1 Beschrijving De camera detecteert en stelt automatisch scherp op portretonderwerpen. Gebruik voor portretten.
❚❚ Het scherpstelpunt kiezen De methode voor het selecteren van het scherpstelpunt voor autofocus verschilt naargelang de geselecteerde optie voor AF-veldstand (0 47). 6 (gezichtprioriteit-AF): Een dubbele gele rand wordt weergegeven wanneer de camera een portretonderwerp detecteert (als er meerdere gezichten, maximaal 35, worden gedetecteerd, stelt de camera scherp op het dichtstbijzijnde onderwerp; gebruik de multi-selector om een ander onderwerp te kiezen).
Het livebeeldscherm yu q w e r i o !0 t !1 !2 : Item Beschrijving q Opnamestand De stand die momenteel is geselecteerd met de standknop. w “Geen film”-pictogram Geeft aan dat u geen films kunt opnemen. De resterende tijd voordat livebeeld automatisch eindigt. Wordt weergegeven als de opname in minder dan 30 seconden eindigt. Microfoongevoeligheid voor filmopname. Geluidsniveau voor audio-opname.
A Weergaveopties livebeeld/filmopname Druk op de R-knop om door de weergaveopties te bladeren zoals hieronder weergegeven.
D In de stand voor livebeeld opnemen Verwijder voor het vastleggen de rubberen oogschelp en bedek de zoeker met het meegeleverde DK-5 oculairkapje om te voorkomen dat via de zoeker binnenkomend licht de opname hindert (0 29). Hoewel dit niet in de definitieve foto verschijnt, kan in de monitor vertekening zichtbaar zijn als de camera horizontaal wordt gepand of als er een voorwerp op hoge snelheid door het beeld beweegt.
D Autofocus in livebeeld gebruiken In livebeeld is autofocus trager en kan de monitor lichter of donkerder zijn terwijl de camera scherpstelt.
yFilms opnemen en afspelen Films opnemen Films kunnen in de stand voor livebeeld worden opgenomen. 1 Draai aan de livebeeldschakelaar. De spiegel wordt opgeklapt en het beeld dat zichtbaar is door het objectief, wordt weergegeven op de monitor in plaats van de zoeker. D Het 0-pictogram Een 0-pictogram (0 49) geeft aan dat er geen films kunnen worden opgenomen. Livebeeldschakelaar A Voordat u gaat opnemen Stel in de stand A of M het diafragma in, voordat u gaat opnemen. 2 Stel scherp.
4 Beëindig de opname. Druk opnieuw op de filmopnameknop om het opnemen te beëindigen. De opname eindigt automatisch wanneer de maximale lengte is bereikt, de geheugenkaart vol is, een andere stand wordt geselecteerd, het objectief wordt verwijderd of de monitor wordt gesloten (het sluiten van de monitor beëindigt niet het opnemen op televisies of andere externe schermen).
Filminstellingen Gebruik de optie Filminstellingen in het opnamemenu om de volgende instellingen aan te passen. • Beeldformaat/beeldsnelheid, Filmkwaliteit: kies uit de volgende opties. De beeldsnelheid is afhankelijk van de huidige geselecteerde optie voor Videostand in het setup-menu (0 66): L/t M/u N/r O/s P/k Q/l R/o S/n T/p Beeldformaat/beeldsnelheid Beeldformaat Beeldsnelheid 1 (pixels) 60i 2 50i 3 30p 2 1.920 × 1.080 25p 3 24p 60p 2 1.
• Handmatige filminstellingen: kies Aan voor handmatige aanpassingen aan sluitertijd en ISO-gevoeligheid wanneer de camera zich in de stand M bevindt. Sluitertijd kan worden ingesteld op waarden zo kort als 1/4.000 sec.; de langst beschikbare snelheid wisselt naargelang de beeldsnelheid: 1/30 sec. voor beeldsnelheden van 24p, 25p en 30p, 1/50 sec. voor 50i of 50p en 1/60 sec. voor 60i of 60p. ISO-gevoeligheid kan worden ingesteld op waarden tussen ISO 100 en Hi 2 (0 39).
Films bekijken Films worden aangeduid met een 1-pictogram in schermvullende weergave (0 24). Druk op J om het afspelen te starten. 1-pictogram Lengte Huidige positie/totale lengte Volume Filmvoortgangsbalk Gids De volgende bewerkingen kunnen worden uitgevoerd: Functie Knop Pauze Beschrijving Pauzeer het afspelen. Afspelen Hervat het afspelen wanneer de film wordt gepauzeerd of tijdens achteruit/vooruit.
% Speciale effecten Speciale effecten kunnen worden gebruikt bij het vastleggen van beelden. Fotograferen met speciale effecten Door de standknop naar q te draaien, kunnen de volgende onderwerpen worden geselecteerd; draai vervolgens aan de instelschijf totdat het gewenste onderwerp in de monitor verschijnt. Standknop Instelschijf Monitor % A NEF (RAW) Als NEF (RAW)+JPEG is geselecteerd voor beeldkwaliteit in de stand %, g, ( of 3, worden alleen de JPEG-afbeeldingen vastgelegd (0 34).
% Nachtzicht Gebruik in donkere omstandigheden om monochrome afbeeldingen bij hoge ISOgevoeligheden vast te legen (met een beetje ruis in de vorm van willekeurige heldere pixels, waas of lijnen). Autofocus is alleen in livebeeld beschikbaar; handmatige scherpstelling kan worden gebruikt als de camera niet kan scherpstellen. De ingebouwde flitser en AFhulpverlichting schakelen uit; gebruik van een statief wordt aanbevolen om onscherpte te voorkomen.
3 Selectieve kleur Alle andere kleuren dan de geselecteerde kleuren worden in zwart-wit vastgelegd. Het effect kan tijdens livebeeld worden gekozen (0 63). De ingebouwde flitser schakelt uit; gebruik van een statief wordt aanbevolen bij weinig licht. 1 Silhouet Silhouetonderwerpen tegen heldere achtergronden. De ingebouwde flitser schakelt uit; gebruik van een statief wordt aanbevolen bij weinig licht.
Beschikbare opties in livebeeld ❚❚ g Kleurenschets 1 Selecteer livebeeld. Draai aan de livebeeldschakelaar om de spiegel op te klappen en geef het beeld door het objectief in de monitor weer. Livebeeldschakelaar 2 Pas de opties aan. Druk op J om de rechts aangeduide opties weer te geven (merk op dat de opties tijdelijk uit het scherm verdwijnen tijdens autofocus). Druk op 1 of 3 om Levendigheid of Omtrekken te markeren en druk op 4 of 2 om te wijzigen.
❚❚ ( Miniatuureffect 1 Selecteer livebeeld. Draai aan de livebeeldschakelaar om de spiegel op te klappen en geef het beeld door het objectief in de monitor weer. Livebeeldschakelaar 2 Plaats het scherpstelpunt. Gebruik de multi-selector om het scherpstelpunt in het gedeelte te plaatsen dat zal worden scherpgesteld en druk vervolgens de ontspanknop half in om scherp te stellen (merk op dat de opties tijdelijk uit het scherm verdwijnen tijdens autofocus).
❚❚ 3 Selectieve kleur 1 Selecteer livebeeld. Draai aan de livebeeldschakelaar om de spiegel op te klappen en geef het beeld door het objectief in de monitor weer. Livebeeldschakelaar 2 Geef de opties weer. Druk op J om de opties voor selectieve kleur weer te geven. 3 Selecteer een kleur.
6 Keer terug naar livebeeldweergave. Druk op J om naar livebeeld terug te keren. Tijdens de opname worden alleen voorwerpen van de geselecteerde tinten in kleur vastgelegd; alle andere kleuren worden in zwart-wit vastgelegd. Draai aan de livebeeldschakelaar om livebeeld af te sluiten. De geselecteerde instellingen blijven actief en worden toegepast op foto’s die zijn gemaakt met behulp van de zoeker.
UCameramenu’s De meeste opname-, weergave- en instelopties zijn toegankelijk via de cameramenu’s. Druk op de G-knop om de menu’s te bekijken. G (menu)-knop Tabs Kies uit de volgende menu’s: • D: Weergave • C: Opname • A: Persoonlijke instellingen • B: Instellingen • N: Retoucheren • m/O: Recente Instellingen of Mijn Menu (standaard ingesteld op Recente Instellingen) Schuifregelaar geeft positie in huidig menu aan. Huidige instellingen worden aangegeven met pictogrammen.
Menuopties ❚❚ D Weergavemenu: afbeeldingen beheren Wissen Weergavemap Weergaveopties Controlebeeld Draai portret Diashow DPOF-afdrukopdracht ❚❚ C Opnamemenu: opnameopties Opnamemenu terugzetten Opslagmap Beeldkwaliteit Beeldformaat Witbalans Picture Control instellen Picture Control beheren Autom. vertekeningscorrectie Kleurruimte Actieve D-Lighting HDR (hoog dynamisch bereik) Ruisonderdr.
❚❚ N Retoucheermenu: geretoucheerde kopieën maken D-Lighting Rode-ogencorrectie Bijsnijden Monochroom Filtereffecten Kleurbalans Beeld-op-beeld NEF (RAW)-verwerking Formaat wijzigen Snel retoucheren Rechtzetten Vertekeningscorrectie Fisheye Lijntekening Kleurenschets Perspectiefcorrectie Miniatuureffect Selectieve kleur Film bewerken ❚❚ m Recente Instellingen/O Mijn Menu (standaard ingesteld op m Recente Instellingen) Het menu recente instellingen bevat de twintig laatst gebruikte instellingen.
Cameramenu's gebruiken Met de multi-selector en de J-knop kan door de cameramenu’s worden genavigeerd. Beweeg cursor omhoog J-knop: selecteer gemarkeerd item Annuleer en ga terug naar vorig menu Selecteer gemarkeerd item of geef submenu weer Beweeg cursor omlaag Voer de onderstaande stappen uit om door de menu’s te navigeren. 1 Geef de menu’s weer. Druk op de G-knop om de menu’s weer te geven. G (menu)-knop 2 Markeer het pictogram voor het huidige menu.
4 Plaats de cursor in het geselecteerde menu. Druk op 2 om de cursor in het geselecteerde menu te plaatsen. 5 Markeer een menuoptie. Druk op 1 of 3 om een menuoptie te markeren. 6 Geef de opties weer. Druk op 2 om opties voor het geselecteerde menu-item weer te geven. 7 Markeer een optie. Druk op 1 of 3 om een optie te markeren. 8 Selecteer de gemarkeerde optie. Druk op J om de gemarkeerde optie te selecteren. Druk op de G-knop om af te sluiten zonder een selectie te maken.
Q ViewNX 2 ViewNX 2 installeren Installeer de meegeleverde software om foto's en films weer te geven en te bewerken die naar uw computer werden gekopieerd. Controleer, voor het installeren van ViewNX 2, of uw computer aan de systeemvereisten op pagina 71 voldoet. De nieuwste versie van ViewNX 2 kan worden gedownload op de websites die staan vermeld op pagina vii. 1 ViewNX 2TM Uw gereedschap voor beeldbewerking Start de computer en plaats de installatie-cd.
4 Sluit het installatieprogramma af. Windows Mac OS Klik op Ja Klik op OK De volgende software wordt geïnstalleerd: • ViewNX 2 • Apple QuickTime (alleen Windows) 5 A Verwijder de installatie-cd uit het cd-romstation. Systeemvereisten Windows Mac OS • Foto's/JPEG-films: Intel Celeron, Pentium 4 of Core- • Foto’s/JPEG-films: Intel Core of Xeon-serie serie, 1,6 GHz of hoger • H.264 films (weergave): Core Duo 2 GHz of • H.
ViewNX 2 gebruiken Foto's naar de computer kopiëren 1 Kies hoe foto’s naar de computer worden gekopieerd. Kies een van de volgende methodes: • Directe USB-verbinding: Zet de camera uit en zorg dat de geheugenkaart in de camera is geplaatst. Sluit de camera op de computer aan met behulp van de meegeleverde UC-E17 USB-kabel en zet vervolgens de camera aan. • SD-kaartsleuf: Indien uw computer is voorzien van een SD-kaartsleuf, kan de kaart rechtstreeks in de sleuf worden geplaatst.
4 Beëindig de verbinding. Schakel de camera uit en ontkoppel de USB-kabel wanneer de camera op de computer is aangesloten. Kies bij gebruik van een kaartlezer of kaartsleuf de geschikte optie in het besturingssysteem van de computer om de verwijderbare disc overeenkomstig de geheugenkaart uit te werpen en verwijder vervolgens de kaart uit de kaartlezer of kaartsleuf. Foto's bekijken Zodra het overzetten is voltooid, worden de foto's in ViewNX 2 weergegeven.
n Technische opmerkingen Dit hoofdstuk bevat nuttige informatie over compatibele accessoires, het reinigen en opbergen van de camera en wat u moet doen als er een foutmelding verschijnt of als u tijdens het gebruik van de camera op problemen stuit. Compatibele objectieven Compatibele CPU-objectieven Deze camera ondersteunt autofocus alleen met AF-S- en AF-I CPU-objectieven. AF-Sobjectieven hebben namen die beginnen met AF-S, AF-I-objectieven hebben namen die beginnen met AF-I.
A CPU- en G- en D-type objectieven herkennen CPU-objectieven kunnen worden herkend aan de CPU-contacten, G- en D-type objectieven aan een letter op de objectiefvatting. G-type objectieven zijn niet uitgerust met een diafragmaring.
Overige accessoires Op het moment dat deze handleiding werd samengesteld, waren voor de D5200 de volgende accessoires beschikbaar. Voedingsbronnen Filters Accessoires voor zoekeroculair n Software Bodydop 76 • Oplaadbare Li-ionbattery EN-EL14 (0 7): Extra EN-EL14-batterijen zijn verkrijgbaar in de detailhandel en bij Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordigers. Er kunnen EN-EL14a-batterijen worden gebruikt. • Batterijlader MH-24 (0 7): Laad EN-EL14a- en EN-EL14-batterijen op.
• Draadloze afstandsbediening ML-L3 (0 28): de ML-L3 gebruikt een 3 V CR2025batterij. Afstandsbedieningen/ draadloze afstandsbedieningen Druk de ontgrendeling van het batterijvak naar rechts (q), steek uw vingernagel in de opening en open het batterijvak (w). Zorg ervoor dat de batterij in de juiste richting is geplaatst (r).
Behandeling van uw camera Opslag Wanneer de camera gedurende langere tijd niet wordt gebruikt, verwijder de batterij, plaats het afdekkapje en bewaar de batterij op een koele, droge plek. Voorkom de vorming van schimmel of meeldauw door de camera in een droge, goed geventileerde ruimte te bewaren.
Onderhoud van camera en batterij: waarschuwingen Behandeling van uw camera Laat niet vallen: blootstelling aan sterke schokken of trillingen kan tot storingen leiden. Houd droog: dit product is niet waterbestendig, onderdompeling in water of blootstelling aan een hoge luchtvochtigheid kan tot storing leiden. Het roesten van het interne mechanisme kan tot onherstelbare schade leiden.
Opslag: voorkom vorming van schimmel of meeldauw door de camera in een droge, goed geventileerde ruimte te bewaren. Gebruikt u een lichtnetadapter, trek dan de stekker uit het stopcontact om brand te voorkomen. Wanneer u niet van plan bent de camera binnen afzienbare tijd te gebruiken, verwijder dan de batterij om lekkage te voorkomen en berg de camera op in een plastic zak met een droogmiddel. Plaats de cameratas echter niet in een plastic zak, aangezien het materiaal hierdoor kan worden aangetast.
• De interne temperatuur van de batterij kan tijdens gebruik aanzienlijk oplopen. Het opladen van een batterij met een te hoge interne temperatuur, heeft een negatieve invloed op de prestaties van de batterij en wordt de batterij mogelijk niet opgeladen of alleen gedeeltelijk opgeladen. Wacht met opladen totdat de batterij is afgekoeld. • Als u een volledig opgeladen batterij blijft opladen, kunnen de prestaties van de batterij afnemen.
Foutmeldingen Deze paragraaf geeft een overzicht van de waarschuwingsaanduidingen en foutmeldingen in de zoeker en de monitor. A Waarschuwingspictogrammen Een knipperende d in de monitor of s in de zoeker duidt aan dat er in de monitor een waarschuwing of foutbericht kan worden weergegeven door op de W (Q)-knop te drukken. Aanduiding Monitor Vergrendel de diafragmaring van het objectief op het kleinste diafragma (grootste f/-waarde).
Aanduiding Monitor — Onderwerp te helder Onderwerp te donker Geen bulb in S-stand Intervalopname — — Fout. Druk opnieuw op de ontspanknop. Opstartfout. Neem contact op met een door Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordiger. Meetfout Kan livebeeld niet starten. Wacht tot de camera is afgekoeld. Zoeker Oplossing ● Camera kan niet scherpstellen met autofocus. (knippert) Verander de compositie of stel handmatig scherp. • Gebruik een lagere ISO-gevoeligheid.
Specificaties ❚❚ Nikon D5200 digitale camera Type Type Objectiefvatting Effectieve beeldhoek Effectieve pixels Effectieve pixels Beeldsensor Beeldsensor Totaal aantal pixels Stofreductiesysteem Opslag Beeldformaat (pixels) n 84 Digitale reflexcamera Nikon F-vatting (met AF-contacten) Nikon DX-formaat; brandpuntsafstand equivalent aan ca.
Objectief Compatibele objectieven Autofocus is beschikbaar voor AF-S- en AF-I-objectieven. Autofocus is niet beschikbaar voor andere G- en D-type objectieven, AF-objectieven (IX NIKKOR en objectieven voor de F3AF worden niet ondersteund) en AI P-objectieven. Objectieven zonder CPU kunnen in de stand M worden gebruikt, maar dan werkt de belichtingsmeter van de camera niet. De elektronische afstandsmeter kan worden gebruikt voor objectieven die over een maximale diafragmaopening van f/5.
Belichting ISO-gevoeligheid (aanbevolen belichtingsindex) Actieve D-Lighting Scherpstelling Autofocus Detectiebereik Objectiefscherpstelling Scherpstelpunt AF-veldstand Scherpstelvergrendeling Flitser Ingebouwde flitser Richtgetal Flitserregeling Flitsstand Flitscorrectie Flitsgereedaanduiding Accessoireschoen Nikon Creatief Verlichtingssysteem (CVS) n 86 Synchronisatieflits Witbalans Witbalans ISO 100 – 6400 in stappen van 1/3 LW. Kan bovendien worden ingesteld op ca.
Livebeeld Objectiefscherpstelling • Autofocus (AF): enkelvoudige servo-AF (AF-S); fulltime servo-AF (AF-F) • Handmatige scherpstelling (MF) AF-veldstand Gezichtprioriteit-AF, breedveld-AF, normaal veld-AF, AF met meevolgende scherpstelling Autofocus Contrastdetectie-AF over het volledige beeld (camera selecteert automatisch het scherpstelpunt wanneer gezichtsprioriteit-AF of AF met meevolgende scherpstelling is gekozen) Automatische Beschikbaar in de standen i en j onderwerpselectie Film Lichtmeting DDL-lic
Beschikbare talen Beschikbare talen Voeding Batterij Lichnetadapter Statiefaansluiting Statiefaansluiting Afmetingen/gewicht Afmetingen (B × H × D) Gewicht Gebruiksomgeving Temperatuur Luchtvochtigheid Arabisch, Chinees (Vereenvoudigd en Traditioneel), Deens, Duits, Engels, Fins, Frans, Grieks, Hindi, Hongaars, Indonesisch, Italiaans, Japans, Koreaans, Nederlands, Noors, Oekraïens, Pools, Portugees (Portugal en Brazilië), Roemeens, Russisch, Spaans, Thais, Tsjechisch, Turks, Zweeds Een oplaadbare EN-EL14
❚❚ MH-24 batterijlader Nominale invoer Nominale uitvoer Ondersteunde batterijen Oplaadtijd Gebruikstemperatuur Afmetingen (B × H × D) Gewicht 100–240 V wisselstroom, 50/60 Hz, maximaal 0,2 A 8,4 V gelijkstroom/0,9 A Nikon EN-EL14 oplaadbare Li-ionbatterij Ca. 1 uur en 30 minuten bij een omgevingstemperatuur van 25 °C wanneer de batterij leeg is 0 °C–40 °C Ca. 70 × 26 × 97 mm, exclusief stekker Ca.
A De AF-S DX NIKKOR 18–55mm f/3.5–5.6G VR II Het objectief dat meestal voor illustratieve doeleinden in deze handleiding wordt gebruikt is een AF-S DX NIKKOR 18–55mm f/3.5–5.6G VR II. Markering brandpuntsafstand Bevestigingsmarkering (0 8) Schaal brandpuntsafstand Knop intrekbare objectiefcilinder (0 9) CPU-contacten (0 75) Achterste objectiefdop Schakelaar A-M-stand Objectiefdop Scherpstelring AAN/UIT-schakelaar vibratiereductie Zoomring (0 16) De AF-S DX NIKKOR 18–55mm f/3.5–5.
A Gebruiksduur van de batterij Het aantal filmopnamen of foto’s dat kan worden gemaakt met een volledig opgeladen batterij, varieert afhankelijk van de staat van de batterij, temperatuur, de interval tussen de opnamen en de tijdsduur dat de menu’s worden weergegeven. Hieronder vindt u enkele voorbeeldgetallen voor EN-EL14 (1030 mAh) batterijen. • Foto’s, enkel beeld ontspanstand (CIPA-standaard 1): circa 500 opnamen • Foto’s, continue ontspanstand (CIPA-standaard 2): circa 1700 opnamen • Films: ca.
Garantievoorwaarden - Nikon Europees garantiebewijs Beste Nikon-klant, Hartelijk bedankt voor uw aanschaf van dit Nikon-product. In het geval dat uw Nikon-product onder garantie moet worden gerepareerd, dient u contact op te nemen met de leverancier waar u het product hebt gekocht of een lid van ons servicenetwerk binnen de verkoopregio van Nikon Europe BV (Europa/Afrika en Rusland).
3.
Deze handleiding mag op geen enkele manier volledig of gedeeltelijk (behalve voor korte citaten in kritische artikelen of besprekingen) worden gereproduceerd zonder de schriftelijke toestemming van NIKON CORPORATION. DIGITALE CAMERA Gebruikshandleiding Nikon Gebruikersondersteuning Bezoek de volgende website om uw camera te registreren en op de hoogte te blijven van de recentste productinformatie.