Naslaggids (volledige instructies)

86
Picture Controls
Dankzij het unieke Picture Control-systeem van Nikon kunt u
beeldbewerkingsinstellingen inclusief verscherping, contrast, helderheid, verzadiging en
tint delen met compatibele apparaten en software.
Een Picture Control selecteren
De camera beschikt over zes Picture Controls.
In de standen P, S, A en M kunt u kiezen uit
een Picture Control overeenkomstig het onderwerp of scènetype (in andere standen
selecteert de camera automatisch een Picture Control).
1 Plaats de cursor in het informatiescherm.
Druk op de P-knop als de opname-informatie
niet in de monitor wordt weergegeven.
Druk
opnieuw op de P-knop om de cursor in het
informatiescherm te plaatsen.
2 Geef de opties voor Picture Control weer.
Markeer de gewenste Picture Control en druk
op J.
3 Selecteer een Picture Control.
Markeer een Picture Control en druk op J.
Druk de
ontspanknop half in om terug te keren naar het
informatiescherm.
Optie Beschrijving
Q Standaard
Standaardverwerking voor evenwichtige resultaten.
Aanbevolen voor de meeste
situaties.
R Neutraal
Minimale bewerking voor natuurlijke resultaten.
Kies deze optie voor foto’s die
later uitgebreid zullen worden bewerkt of geretoucheerd.
S Levendig
Foto’s worden verbeterd voor een levendig fotoprint-effect.
Kies deze optie voor
foto’s met voornamelijk primaire kleuren.
T Monochroom Maak monochrome foto’s.
e Portret
Geeft een egaal gevoel en natuurlijke textuur van de huid bij het verwerken van
portretten.
f Landschap Voor levendige landschappen en stadsgezichten.
P-knop Informatiescherm