Naslaggids (volledige instructies)

258 Technische opmerkingen
Flitserfout
s
(knippert)
Fout bij het updaten van de firmware voor optionele
flitser. Neem contact op met een door Nikon
geautoriseerde servicevertegenwoordiger.
—
Fout. Druk opnieuw op de
ontspanknop.
O
(knippert)
Ontspan de sluiter. Als de fout zich blijft voordoen,
neem dan contact op met een door Nikon
geautoriseerde servicevertegenwoordiger.
—
Opstartfout. Neem contact op met een
door Nikon geautoriseerde
servicevertegenwoordiger.
Raadpleeg een door Nikon geautoriseerde
servicevertegenwoordiger.
—
Meetfout
Kan livebeeld niet starten. Wacht tot
de camera is afgekoeld.
—
Wacht totdat alle interne schakelingen zijn
afgekoeld voordat livebeeld of filmopname wordt
hervat.
124,
127
Map bevat geen beelden. —
Map geselecteerd voor weergave bevat geen
beelden (merk op dat dit bericht wordt
weergegeven als een geheugenkaart is geplaatst
nadat Huidige is geselecteerd voor Weergavemap
in weergavemenu en weergave is gestart voordat
er foto’s zijn gemaakt).
Plaats een andere
geheugenkaart of selecteer Alle voor
Weergavemap.
12,
175
Kan dit bestand niet weergeven. —
Bestand kan niet worden afgespeeld op de camera. —
Kan dit bestand niet selecteren. —
Beelden die met andere apparaten zijn gemaakt,
kunnen niet worden geretoucheerd.
206
Geen beeld om te retoucheren. —
De geheugenkaart bevat geen NEF (RAW)-
afbeeldingen voor gebruik met NEF (RAW)-
verwerking.
213
Kan geen verbinding maken.
Meerdere apparaten gedetecteerd.
Probeer later opnieuw.
—
Meerdere smartapparaten proberen gelijktijdig
verbinding te maken met de camera. Wacht enkele
minuten alvorens opnieuw te proberen.
168
Fout —
Selecteer Uitschakelen voor Wi-Fi >
Netwerkverbinding, selecteer vervolgens
nogmaals Inschakelen.
172
Netwerktoegang is pas beschikbaar
nadat de camera is afgekoeld.
—
Schakel de camera uit en probeer opnieuw nadat
de camera is afgekoeld.
—
Controleer de printer. —
Controleer de printer.
Selecteer Doorgaan (indien
beschikbaar) om te hervatten.
—
*
Controleer het papier. —
Papier is niet het geselecteerde formaat. Plaats
papier met het juiste formaat en selecteer
Doorgaan.
—
*
Het papier zit vast. —
Verwijder vastgelopen papier en selecteer
Doorgaan.
—
*
Het papier is op. —
Plaats papier met het geselecteerde formaat en
selecteer Doorgaan.
—
*
Controleer de inkt. —
Controleer de inkt.
Selecteer Doorgaan om te
hervatten.
—
*
De inkt is op. — Vervang de inktcartridge en selecteer Doorgaan.—
*
* Raadpleeg de printerhandleiding voor meer informatie.
Aanduiding
Oplossing 0Monitor Zoeker