Naslaggids (volledige instructies)

251A Aangepaste instellingen: Fijnafstelling cama-instellingen
Dit item wordt alleen weergegeven voor objectieven die dit
ondersteunen. Het selecteren van Inschakelen zorgt ervoor dat de
scherpstelring kan worden gebruikt voor handmatige
scherpstelling wanneer de camera zich in autofocusstand bevindt.
Houd, na het half indrukken van de ontspanknop om scherp te
stellen, de knop half ingedrukt en pas de scherpstelling aan met
behulp van de scherpstelring. Om opnieuw scherp te stellen, til uw
vinger van de ontspanknop en druk vervolgens de knop nogmaals
half in. Om te voorkomen dat de scherpstelring voor handmatige
scherpstelling wordt gebruikt wanneer de camera zich in
autofocusstand bevindt, selecteer Uitschakelen.
Scherpstelpunt ligt ver voor het onderwerp.
Scherpstelpunt ligt enigszins achter het
onderwerp.
Scherpstelpunt ligt ver achter het onderwerp.
Camera kan de juiste scherpstelling niet bepalen.
A De elektronische afstandsmeter gebruiken
De elektronische afstandsmeter vereist een objectief met een maximaal
diafragma van f/5.6 of korter.
De gewenste resultaten worden mogelijk
niet verkregen in situaties waarbij de camera niet scherp kan stellen met
autofocus (0 80).
De elektronische afstandsmeter is niet beschikbaar
tijdens livebeeld.
a5: Handm. scherpstelring in AF-stand
G-knop A menu Persoonlijke instellingen
Aanduiding Beschrijving