Operation Manual

317
n
Opname (alle standen)
Het aanzetten van de camera duurt lang: Wis bestanden of mappen.
Ontspanknop uitgeschakeld:
De geheugenkaart is vergrendeld, vol of niet ingebracht (0 29, 31).
De ingebouwde flitser is aan het opladen (0 39).
Camera is niet scherpgesteld (0 38).
CPU-objectief met diafragmaring bevestigd maar het diafragma is niet vergrendeld op de
hoogste f-waarde. Als B wordt weergegeven in het bedieningspaneel, selecteer
Diafragmaring voor persoonlijke instelling f5 (Functie instelschijven inst.) > Instellen
diafragma om de diafragmaring te gebruiken voor het aanpassen van het diafragma (0 245).
Een objectief zonder CPU is bevestigd, maar de camera staat niet in stand A of M (0 288).
Camera reageert traag op de ontspanknop: Selecteer Uit voor persoonlijke instelling d10
(Belichtingsvertragingsstand; 0 231).
Er is geen foto genomen terwijl de ontspanknop op afstand werd ingedrukt:
Plaats de batterij in de afstandsbediening terug (0 298).
Kies de ontspanstand van de afstandsbediening (0 85).
De flitser is aan het opladen (0 87).
De tijd geselecteerd voor persoonlijke instelling c5 (Afstandsbediening, 0 228) is verlopen:
druk de ontspanknop van de camera half in.
Helder licht zorgt voor storing met de afstandsbediening.
Foto’s zijn niet scherp:
Draai de selectieknop voor de focusstand naar AF (0 97).
Camera kan niet scherp stellen met autofocus: gebruik handmatige scherpstelling of
scherpstelvergrendeling (0 102, 103).
Scherpstelling vergrendelt niet wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt: Gebruik de A AE-L/AF-L-knop om
de scherpstelling te vergrendelen wanneer
AF-C is geselecteerd als focusstand of bij het fotograferen
van bewegende onderwerpen in AF-A stand.
Kan geen scherpstelpunt selecteren:
Ontgrendel de vergrendeling van de scherpstelselectieknop (0 101).
Automatisch veld-AF of gezichtprioriteit-AF voor AF-veldstand: kies een andere stand.
Camera is in weergavestand (0 177) of de menu's zijn in gebruik (0 207).
Druk de ontspanknop half in om de monitor uit te schakelen of de stand-by-timer te starten
(0 39).
Kan de AF-veldstand niet selecteren: Handmatige scherpstelling geselecteerd (0 55, 103).
Elke keer dat de ontspanknop wordt ingedrukt, wordt in de continu opnamestand slechts één foto gemaakt: Continue
opname is niet beschikbaar als de ingebouwde flitser afgaat (0 145).
Beeldformaat kan niet worden gewijzigd: Beeldkwaliteit ingesteld op NEF (RAW) (0 93).
Camera fotografeert traag: Schakel ruisonderdrukking lange tijdopnamen uit (0 218).