Operation Manual

336
n
❚❚ DX-formaat (24×16) beeldveld
*
* Bevat afbeeldingen gemaakt met DX-objectieven wanneer Aan is geselecteerd voor Automatische DX-
uitsnede.
1 Alle getallen zijn benaderingen. De bestandsgrootte wisselt met de opgenomen scène.
2 Maximaal aantal opnamen die kunnen worden opgeslagen in het buffergeheugen aan ISO 100. Verlaagt als
Optimale kwaliteit is geselecteerd voor JPEG-compressie (0 94) ISO-gevoeligheid is ingesteld op Hi 0,3 of
hoger, of ruisonderdrukking lange opname of automatische vertekeningscorrectie is ingeschakeld.
3 Bij deze getallen wordt uitgegaan van de instelling Vaste grootte voor JPEG-compressie. Het selecteren van
Optimale kwaliteit verhoogt de bestandsgrootte van JPEG-afbeeldingen; het aantal beelden en de
buffercapaciteit nemen omgekeerd evenredig af.
Beeldkwaliteit Beeldformaat
Bestandsformaat
1
Aantal afbeeldingen
1
Buffercapaciteit
2
NEF (RAW), compressie zonder
verlies, 12-bits
10,9 MB 426 62
NEF (RAW), compressie zonder
verlies, 14-bits
13,4 MB 332 38
NEF (RAW), Gecomprimeerd,
12-bits
9,7 MB 571 86
NEF (RAW), Gecomprimeerd,
14-bits
11,7 MB 480 61
JPEG fijn
3
Groot 5,9 MB 1.000 100
Middel 3,7 MB 1.700 100
Klein 2,2 MB 2.900 100
JPEG normaal
3
Groot 3,0 MB 2.100 100
Middel 1,9 MB 3.300 100
Klein 1,1 MB 5.700 100
JPEG basis
3
Groot 1,5 MB 4.100 100
Middel 1,0 MB 6.300 100
Klein 0,6 MB 10.000 100
A d6—Max. aant. continu-opnamen (0 230)
Het maximaal aantal foto’s in serie-opname dat achter elkaar kan worden gemaakt, kan worden
ingesteld op een aantal tussen 1 en 100.