Gebruikshandleiding

285
Compatibele objectieven zonder CPU
Objectieven zonder CPU mogen alleen worden gebruikt wanneer
de camera zich in de stand M bevindt. Het selecteren van een andere
stand schakelt de ontspanstand uit. Diafragma moet handmatig
worden aangepast via de diafragmaring van het objectief en het
cameralichtmeetsysteem, i-DDL-flitserregeling en andere functies
die een CPU-objectief vereisen, kunnen niet worden gebruikt.
Sommige objectieven zonder CPU kunnen niet worden gebruikt; zie
“Incompatibele accessoires en objectieven zonder CPU” (0 286).
Camera-instelling Scherpstelstand Opnamestand
Objectief/accessoire AF
MF (met
elektronische
afstandsmeter) MF M
Overige
standen
AI-, AI-gewijzigde NIKKOR- of
Nikon-serie E-objectieven
z
1
zz
2
Medische NIKKOR 120mm f/4 zzz
2, 3
Reflex NIKKOR zz
2
PC NIKKOR z
4
zz
2
AI-type teleconverter z
5
zz
2
PB-6 balgapparaat
6
z
1
zz
2
Automatische tussenringen
(PK-serie 11A, 12 of 13; PN-11)
z
1
zz
2
1 Bij maximaal diafragma van f/5.6 of korter.
2 Belichtingsaanduiding kan niet worden gebruikt.
3 Kan worden gebruikt bij sluitertijden die met één stap of meer langer zijn dan
flitssynchronisatiesnelheid.
4 Kan niet worden gebruikt bij verschuiven of kantelen.
5 Bij maximaal effectief diafragma van f/5.6 of korter.
6 Bevestig in verticale stand (kan, zodra bevestigd, in horizontale stand worden gebruikt).