Operation Manual
77
A AF Micro NIKKOR-objectieven
Onder voorwaarde dat een externe belichtingsmeter wordt gebruikt, hoeft u
alleen rekening te houden met de belichtingsverhouding wanneer de
diafragmaring wordt gebruikt voor het instellen van het diafragma.
A De belichtingsaanduidingen
Als er een andere sluitertijd dan “bulb” of “tijd” is geselecteerd, tonen de
belichtingsaanduidingen of de foto wel of niet onder- of overbelicht zal zijn
bij de huidige instellingen. Afhankelijk van de optie gekozen voor
Persoonlijke instelling b2 (Stapgrootte inst. belichting, 0 262), wordt de
hoeveelheid onder- of overbelichting in stappen van
1
/
3 LW of
1
/
2 LW
aangeduid. Als de limieten van het belichtingsmeetsysteem worden
overschreden, dan knipperen de weergaven.
Persoonlijke instelling b2 ingesteld op
1
/
3 stap
Optimale belichting
Onderbelicht met
1
/
3 LW
Overbelicht met 2 LW
Bedieningspaneel
Zoeker
(zoekerfotografie)
Monitor
(livebeeld)