Operation Manual

148
Beeldverbetering
In de standen P, S, A en M bepaalt de door u gekozen Picture Control
hoe foto’s worden verwerkt (in andere standen selecteert de camera
automatisch een Picture Control).
Een Picture Control selecteren
Kies een Picture Control die past bij het onderwerp of scènetype.
Picture Controls (alleen standen P, S, A en M)
Optie Beschrijving
n
Automatisch
De camera past automatisch tinten en kleurtonen aan
op basis van de Standaard Picture Control. De
gelaatskleuren van personen lijken zachter, en bladeren
en lucht in buitenopnamen levendiger, dan in foto’s
gemaakt met de Standaard Picture Control.
Q
Standaard
Standaardverwerking voor evenwichtige resultaten.
Aanbevolen voor de meeste situaties.
R
Neutraal
Minimale verwerking voor natuurlijke resultaten. Kies
voor foto’s die later zullen worden bewerkt of
geretoucheerd.
S
Levendig
Foto’s worden verbeterd voor een levendig fotoprint-
effect. Kies voor foto’s met de nadruk op primaire
kleuren.
T
Monochroom Maak monochrome foto’s.
e
Portret
Verwerk portretten voor een huid met een natuurlijke
textuur en een egaal gevoel.
f
Landschap Produceert levendige landschappen en stadsgezichten.
q
Gelijkmatig
Details blijven behouden voor een breed
kleurtoonbereik, van hoge lichten tot schaduwen. Kies
voor foto’s die later uitgebreid zullen worden bewerkt
of geretoucheerd.