Naslaggids (volledige instructies)
52
Het menu gebruiken
Het setup-menu
Menu Netwerk
Configureer de draadloze netwerkinstellingen om de camera en een smart-toestel te
verbinden.
* Zie “Toetsenbord voor tekstinvoer bedienen” (A53) voor informatie over hoe u alfanumerieke
tekens kunt invoeren.
Schakel de opnamestand in M Druk op de d knop M Tik op z M Camera-instell. M
Menu Netwerk
Optie Beschrijving
Vliegtuigmodus Selecteer Aan om alle draadloze verbindingen uit te schakelen.
Verbinden met smart
apparaat
Selecteer deze optie bij koppeling van een smart-toestel aan de
camera. Deze instelling kan niet worden geselecteerd als er al
een draadloze verbinding actief is.
Zie stap 5 in “Instellen vanaf een smartphone of tablet” (A12)
voor meer informatie.
Foto's verzenden tijdens
opname
Stel in of beelden automatisch naar een smart-toestel moeten
worden verzonden.
Wi-Fi
Netwerk- instellingen
SSID*: Wijzig de SSID. Stel een alfanumerieke SSID in van 1 tot
32 tekens.
Verificatie/encryptie: Selecteer of de communicatie tussen
de camera en het verbonden smart-toestel al dan niet moet
worden beveiligd.
De communicatie wordt niet versleuteld als Open is
geselecteerd.
Wachtwoord*: Stel het wachtwoord in. Stel een alfanumeriek
wachtwoord in van 8 tot 36 tekens.
Kanaal: Selecteer het kanaal dat wordt gebruikt voor draadloze
verbindingen.
Huidige
instellingen
Geef de huidige instellingen weer.
Bluetooth
Verbinding
Selecteer Uit- schakelen om Bluetooth-communicatie uit te
schakelen.
Gekoppelde
apparaten
Wijzig het smart-toestel waarmee u verbinding wilt maken of
verwijder de koppeling met het smart-toestel.
Verzenden
indien
uitgesch.
Stel in of de camera al dan niet mag communiceren met het
smart-toestel als de camera is uitgeschakeld.
Standaardwaar- den
herstellen
Herstel alle instellingen van het Menu Netwerk naar de
standaardwaarden. Deze instelling kan niet worden
geselecteerd als er al een draadloze verbinding actief is.