Naslaggids

191
n
De elektronische afstandsmeter
Merk op dat met sommige onderwerpen de scherpstelaanduiding
(I) mogelijk wordt weergegeven wanneer de camera niet is
scherpgesteld. Controleer de scherpstelling in de weergave
alvorens te fotograferen.
Foutberichten en weergaven
De volgende waarschuwingen verschijnen in de
diafragmaweergave van de camera.
Als in de handmatige scherpstelstand een
CPU-objectief is bevestigd, kan de
scherpstelaanduiding worden gebruikt om
te controleren of de camera op het
onderwerp in het midden van het
scherpstelveld wordt scherpgesteld.
Scherpstelaanduiding
Status
I Scherpgesteld.
2 Camera voor het onderwerp scherpgesteld.
4 Camera achter onderwerp scherpgesteld.
24
Kan scherpstelling niet vaststellen.
(knippert)
Weergave Probleem Oplossing
FEE
Diafragmaring van het
objectief is niet vergrendeld bij
een minimaal diafragma.
Vergrendel, bij het gebruik van
CPU-objectieven, de
diafragmaring bij een minimaal
diafragma (hoogste f-waarde).
F––
Objectief zonder CPU is
bevestigd, of er is geen
objectief bevestigd.
Gebruik de diafragmaring van het
objectief om het diafragma aan te
passen.