Naslaggids (volledige instructies)
237
n
De elektronische afstandsmeter
Merk op dat met sommige onderwerpen de scherpstelaanduiding
(I) mogelijk wordt weergegeven wanneer de camera niet is
scherpgesteld. Controleer de scherpstelling in de weergave
alvorens te fotograferen.
Foutberichten en weergaven
De volgende waarschuwingen verschijnen in de
diafragmaweergave van de camera.
Als in de handmatige scherpstelstand een
CPU-objectief is bevestigd, kan de
scherpstelaanduiding worden gebruikt om
te controleren of de camera op het
onderwerp in het midden van het
scherpstelveld wordt scherpgesteld.
Scherpstelaanduiding Status
I Scherpgesteld.
F Camera voor onderwerp scherpgesteld.
H Camera achter onderwerp scherpgesteld.
FH
Kan scherpstelling niet vaststellen.
(knippert)
Schermweergave Probleem Oplossing
FEE
Diafragmaring van het
objectief is niet vergrendeld
op minimaal diafragma.
Vergrendel, bij het gebruik
van CPU-objectieven, de
diafragmaring op minimaal
diafragma (hoogste f-
waarde).
Fââ
Objectief zonder CPU
bevestigd, of er is geen
objectief bevestigd.
Draai, bij gebruik van een
objectief zonder CPU, aan de
diafragmaring om het
diafragma aan te passen.