Gebruikshandleiding
E–8
E
Functies
Indirect flitsen
t Het diafragma instellen bij indirect fl itsen
Bij indirect flitsen treedt er een lichtverlies op in vergelijking met normale •
flitsfotografie (waarbij de flitskop naar voren is gericht). Daarom dient u een
diafragma te gebruiken dat twee tot drie stops groter (kleinere f-waarde) is. Pas
het diafragma aan op basis van het resultaat.
Als de flitskop niet naar voren is gericht, verdwijnt de aanduiding voor het •
afstandsbereik bij flitsopnamen op het lcd van de SB-910. Voor een correcte
belichting controleert u eerst het afstandsbereik bij flitsopnamen en het
diafragma terwijl de flitskop naar voren is gericht. Stel vervolgens het diafragma
in op de camera.
t De ingebouwde refl ectiekaart gebruiken
Bij indirect flitsen kunt u de ingebouwde reflectiekaart van de SB-910 gebruiken •
om een lichtpuntje weer te geven in de ogen van personen, waardoor de ogen
levendiger lijken.
Kantel de flitskop 90° omhoog. Zie “De flitskop instellen.” (• 0E-4)
De ingebouwde reflectiekaart instellen
Trek de refl ectiekaart en de ingebouwde
groothoekdiffusor uit de fl itskop en schuif
daarna de ingebouwde groothoekdiffusor
weer terug terwijl u de refl ectiekaart
vasthoudt.
U plaatst de reflectiekaart terug door de •
ingebouwde groothoekdiffusor weer uit
de flitskop te trekken en beide kaarten in
de flitskop te schuiven.