Operation Manual
C–1
C
Flitsstanden
Flitsstanden
C
i-DDL-stand
De informatie die verkregen is via monitorvoorfl itsen en de
belichtingsregelinginformatie worden door de camera geïntegreerd
voor het automatisch instellen van de fl itssterkteniveaus.
Zie “Basisprocedures” (• 0B-6) als u foto’s wilt maken terwijl de SB-910 is
ingesteld op de i-DDL-stand.
De i-DDL-uitgebalanceerde invulflitsstand of de standaard i-DDL-stand is •
beschikbaar.
i-DDL-uitgebalanceerde invulflits
Het fl itssterkteniveau wordt automatisch aangepast voor een uitgebalanceerde
belichting van het hoofdonderwerp en de achtergrond. wordt
weergegeven op het lcd.
Standaard i-DDL
Het hoofdonderwerp wordt correct belicht, ongeacht de helderheid van de
achtergrond. Dit is handig als u het hoofdonderwerp wilt benadrukken. wordt
weergegeven op het lcd.
t De lichtmeetstand en i-DDL-stand van de camera
Wanneer de lichtmeetstand van de camera wordt gewijzigd in spotmeting terwijl •
de i-DDL-uitgebalanceerde invulflits in gebruik is, verandert de i-DDL-stand
automatisch in de standaard i-DDL-stand.
De i-DDL-stand verandert automatisch in de i-DDL-uitgebalanceerde invulflits •
nadat de lichtmeetstand van de camera wordt gewijzigd in matrix of
centrumgericht.