Nikon Scan 4 Naslaggids Dit eerst lezen ........................................................................................2–11 Inleiding ................................................................................................... 2–5 Basisprincipes scannen..................................................................................6 Om te begiannen ....................................................................................7–10 Onderdelen van Nikon Scan ............................
Inleiding Over deze handleiding Welkom bij Nikon Scan! Met Nikon Scan kunt u Nikon scanners vanaf een computer besturen. U kunt een beeld vooraf bekijken en de scannerinstellingen wijzigen voordat u het scant, waarbij u gebruik kunt maken van de geavanceerde mogelijkheden van Nikon filmscanners, waaronder: • de Scan Image Enhancer om de kleurschakering automatisch te wijzigen voor een helder contrast (alleen 9000 ED, 5000 ED, COOLSCAN V ED).
Om het vinden van bepaalde informatie te vergemakkelijken, Gebruik de onderstaande knoppen en links om door de zijn de volgende symbolen en weergavemethoden gebruikt: handleiding te navigeren: Dit pictogram staat bij waarschuwingen, informatie die u vóór gebruik dient te lezen om te voorkomen dat u uw scanner beschadigt. Dit pictogram staat bij opmerkingen, informatie die u dient te lezen voordat u Nikon Scan gebruikt.
Systeemvereisten Voordat u de scanner kunt gebruiken om beelden te scannen, dient u Nikon Scan te installeren. Zie de bij de scanner geleverde documentatie voor uitgebreide installatievoorschriften.
Macintosh CPU Power PC G3 of later (G4 of later aanbevolen) * Mac OS 9 (9.1 of later), Mac OS X (10.1.5 of later) OS • Mac OS 9: 64 MB of meer (256 MB of meer aanbevolen) • Mac OS X: 128 MB of meer (512 MB of meer aanbevolen) RAM† Ruimte harde schijf‡ Videoresolutie Interface Overig Minimaal 70 MB benodigd voor installatie (200 MB aanbevolen), met 200 MB (Mac OS 9) of 550 MB (Mac OS X) extra vrije schijfruimte beschikbaar wanneer Nikon Scan actief is.
Basisprincipes scannen Beelden scannen met Nikon Scan Benodigde hardware Nikon Scan 1 Open het scanvenster 2 Voer film in Raadpleeg de Gebruikshandleiding bij de scanner voor uitgebreide informatie. 3 Preview Preview 5 Scan Scan Klik op de Scan knop om de beelden te scannen. De beelden worden geopend in vensters in de host-applicatie. Nikon filmscanner Klik op de Preview knop om beelden vooraf in het scanvenster te bekijken.
Om te beginnen Voordat u gaat scannen Ondersteunde scanners en film Nikon Scan 4 ondersteunt de volgende scanners: • SUPER COOLSCAN 9000 ED (9000 ED) • SUPER COOLSCAN 5000 ED (5000 ED) • COOLSCAN V ED • SUPER COOLSCAN 8000 ED (8000 ED) • SUPER COOLSCAN 4000 ED (4000 ED) • COOLSCAN IV ED De volgende filmtypen kunnen worden gescand: Scanner Filmhouder/-adapter Film FH-835M Kleinbeelddia’s FH-835S Kleinbeeldfilm FH-869S 9000 ED 8000 ED 5000 ED 4000 ED COOLSCAN V ED COOLSCAN IV ED 5000 ED 4000 ED Mi
Nikon Scan starten Voordat u kunt scannen dient u de onderstaande stappen uit te voeren (zie de bij de scanner geleverde documentatie voor meer informatie): • Installeer Nikon Scan • Sluit het netsnoer en de interfacekabels aan • Plaats de adapter of filmhouder in de scanner Nikon Scan kan als zelfstandige applicatie worden gebruikt om beelden te scannen, verwerken, printen en bewaren.
Nikon Scan als zelfstandige applicatie starten Het scanvenster opent op het bureaublad en menu’s voor de Nikon Scan applicatie verschijnen in het Nikon Scan applicatievenster (Windows) of de menubalk (Macintosh). De eerste keer dat u Nikon Scan gebruikt wordt ook de Tool Chest getoond. Nikon Scan vanuit een andere applicatie starten Wanneer u Nikon Scan selecteert in de lijst met “Acquire” of “Import” bronnen van de applicatie, wordt het scanvenster geopend.
Het scanvenster openen vanuit Nikon Scan Macintosh Wanneer u Nikon Scan als zelfstandige applicatie gebruikt, • Selecteer het scanvenster in het Tools menu. kunt u het scanvenster openen door het scanvenster in het Tools menu van Nikon Scan te selecteren. Gebruik deze optie als het scanvenster na het scannen gesloten is. Windows • Selecteer het scanvenster in het Tools menu. • Selecteer Open Twain Source in het File menu. • Klik op het pictogram in de taakbalk.
Onderdelen van Nikon Scan Vertrouwd raken met Nikon Scan De Nikon Scan interface bevat de onderstaande vensters. Klik op de links voor meer informatie. Scanvoortgangsvenster ( 22) Toont de status van de huidige taken en vermeldt welke handelingen zijn uitgevoerd of zullen worden uitgevoerd. Beeldvensters ( 106) Beelden worden na het scannen geopend in beeldvensters, waar ze kunnen worden geoptimaliseerd, afgedrukt en bewaard.
Het Scanvenster De scanner-computer interface Hieronder worden de onderdelen van het scanvenster kort toegelicht. Klik op de links voor meer informatie. Tabblad thumbnail-lade ( 23) Klik hierop om het thumbnailveld weer te geven, waar u meerdere beelden kunt selecteren voor een preview of om te scannen. Titelbalk Toont welke scanner op dat moment is aangesloten. Instelveld ( 13) Bevat de belangrijkste scanen previewfuncties. Informatieveld ( 25) Geeft de huidige instellingen weer.
Het instelveld Functies scanvenster Het scanvenster instelveld bevat veelgebruikte preview en scan bedieningsorganen. Klik op de links hieronder voor meer informatie over de knoppen en menu’s in het instelveld. Benaming Bediening Eject-knop ( 14) Voer de film of houder uit.
De eject-knop De (eject) knop wordt gebruikt om de filmhouder uit de scanner te voeren of om de film uit te voeren of terug te spoelen, zoals hieronder beschreven. 9000 ED/8000 ED Wanneer u op de knop klikt, wordt de filmhouder uit de scanner gevoerd. 5000 ED/4000 ED/COOLSCAN V ED/COOLSCAN IV ED De functie van de knop hangt af van welke adapter wordt gebruikt.
De autofocusknop Wanneer u op de (autofocus) knop klikt, stelt de scanner scherp op een geselecteerd punt (indien u geen scherpstelpunt heeft geselecteerd, stelt de scanner scherp op het midden van het beeld). Om een nieuw scherpstelpunt te selecteren, klikt u op de knop terwijl u de Ctrl (Windows) of Option (Macintosh) toets indrukt. De cursor verandert in een kruis ( ).
De automatische belichtingsknop De zoomknoppen Standaard wijzigt de scanner de belichting automatisch naar behoefte voordat beelden in het preview-veld worden getoond. U heeft de (automatische belichting) knop alleen nodig als u de automatische belichting heeft uitgezet door het vinkje bij de optie Auto exposure for positive film of Auto exposure for negative film in de categorie “Single scan”, “Batch scan” of “Preview Settings” van de “Preferences”-dialoog te verwijderen.
Het instellingenmenu Het instellingenmenu kunt u gebruiken om de onderstaande instellingen te bewaren, exporteren en naar gelang behoefte op te roepen: • de huidige scanner, het huidige filmtype en kleurinstelling en de locatie en afmetingen van de huidige uitsnede • alle instellingen die van kracht zijn in de Tool Chest, inclusief beeldstand, curven, kleurbalans, LCH, onscherp masker en Digital ICE4 Advanced instellingen Het Scanvenster — Het instelveld Instellingenmenu’s van de tool-paletten De instelli
Het instellingenmenu bevat de volgende opties: Optie Beschrijving Save Bewaart huidige instellingen onder een door de gebruiSettings… ker toegekende naam. Bewaarde instellingen worden toegevoegd aan het einde van het instellingenmenu. Set User Settings Bewaart huidige instellingen als standaard gebruikersinstellingen, die kunnen worden opgeroepen door de optie “reset to user settings” te selecteren in het scanvenster of de instellingenmenu’s van de tool-paletten.
Het filmtypemenu Kies het filmtype dat u wilt scannen uit de opties in het filmtypemenu. 9000 ED/8000 ED Het filmtypemenu is alleen beschikbaar wanneer er een filmhouder in de scanner is geplaatst. Preparaatglaasjes (microscoop) Selecteer Positive bij het scannen van preparaatglaasjes met de optionele FH-G1 of FH-8G1 filmhouder. Optie Beschrijving Positive Te gebruiken bij de meeste merken positieve dia’s en omkeerfilm.
Het kleurinstellingenmenu Het opnameformaatmenu (alleen 9000 ED/8000 ED) Kies of u beelden in kleur of monochroom (zwart/wit) wilt scannen. Welke opties beschikbaar zijn is afhankelijk van of het Nikon Color Het kleurinstellingenmenu (CMS aan) Management System (CMS) aan- of uitstaat.
De Preferences knop De Help knop Wanneer u op de Prefs (voorkeuren) knop klikt, verschijnt de “Preferences” dialoog ( 77). Wanneer u op de Help knop klikt, verschijnt de Nikon Scan Help dialoog. “Nikon Scan Help” dialoog “Preferences”-dialoog Nikon Scan als zelfstandige applicatie gebruiken U kunt de “Preferences”-dialoog ook openen door Preferences… te selecteren in het Edit menu (Windows, Mac OS 9) of het Nikon Scan applicatiemenu (Mac OS X).
De Tools knop Wanneer u op de Tools knop klikt, verschijnt er een menu Het scanvoortgangsvenster dat u kunt gebruiken om de Tool Chest of het scanvoort- Wanneer u Progress Window gangsvenster te openen. selecteert, wordt het scanvoortgangsvenster geopend. De voortgang van de huidige taak (het aanmaken van thumbnails, een preview of scannen) wordt bovenin het venster getoond. Klik op Stop om de huidige taak te De Tool Chest annuleren. Selecteer Tool Palette 1 om de Tool Chest ( 30) te openen.
Het tabblad voor de thumbnail-lade Beelden selecteren Als de huidige adapter of filmhouder thumbnail-previews ondersteunt, kunt u de te scannen beelden selecteren in de Beeldnummers thumbnail-lade. Klik op het tabblad voor de thumbnail-lade om de thumbnail-lade te openen. Standaard worden de beelden weergegeven door nummers; om de beelden als kleine thumb- Tabblad thumbThumbnail-lade nail-previews weer te geven, dient u op de knop te klikken.
Beelden met veel contrast Als beelden zeer veel contrast bevatten kan dit leiden tot ongewone kleuring van de bijbehorende thumbnails. Het preview-beeld en de uiteindelijke scan worden niet beïnvloed. Filmpositie Thumbnails gecreëerd met de FH-869S, FH-869G, SA-21 of SA-30 kunnen enigszins buiten het kader vallen. Gebruik de functie Strip Film Offset in het “Scanner Extras” palet om de positie van de thumbnail te veranderen.
Het informatieveld Beeldinformatie In het informatieveld wordt informatie gegeven over het beeld in het preview-veld. Veld Oriëntatie Afmetingen/Bestandsgrootte Beeldverbetering Scanner-extra’s Kleurwaarden Het Scanvenster — Het informatieveld Beschrijving Zie ook Toont de stand van het preview-beeld, inclusief eventuele omkeringen of rotaties die zijn uitge• Layout tools ( voerd. Als het beeld is omgekeerd, is de letter “R” rood.
De Preview knop Previews van beelden bekijken Klik op de Preview knop om het te scannen beeld in het preview-veld te bekijken. Als er meerdere beelden in de thumbnail-lade zijn geselecteerd, wordt er van elk beeld een preview getoond. Klik op de geselecteerde thumbnails in de thumbnail-lade om tussen previews heen en weer te schakelen.
Het preview-veld Het effect van wijzigingen vooraf bekijken De preview die u heeft gecreëerd door op de Preview knop te klikken wordt in het preview-veld getoond. Het previewveld bevat twee tabbladen: het tabblad “Natural” waarin het onbewerkte beeld wordt getoond en het tabblad “Processed” waarin het effect van eventuele wijzigingen wordt getoond. Klik op de tabbladen “Natural” en “Processed” voor een snelle “vóór-en-na” vergelijking om te bepalen of de wijzigingen het gewenste effect hebben.
De Scan knop Beelden scannen Klik op de Scan knop om het scannen te starten (indien u meerdere beelden in de thumbnail-lade heeft geselecteerd, worden alle geselecteerde beelden gescand). Wanneer het scannen voltooid is, worden de beelden geopend in beeldvensters in de host-applicatie. Beeldvenster Scan knop “Host-applicatie” De “host-applicatie” is de applicatie waarin beelden na het scannen worden getoond.
Batch scans “Batch” scannen heeft betrekking op het scannen van een SF-210/SF-200 (S) dia-invoerapparaat “batch” of serie beelden met één klik op de Scan knop. De dia-invoerapparaten die apart verkrijgbaar zijn voor de 5000 ED en 4000 ED ondersteunen ook batch scans, zodat Thumbnail-lade gebruiken u een serie dia’s automatisch bij dezelfde instellingen kunt Batch scans kunnen worden uitgevoerd met filmhouders en scannen.
De Tool Chest Scans voorbereiden en beelden optimaliseren Voordat u een beeld scant, kunt u met de tools in de Tool Chest het te scannen gebied selecteren, beelden roteren of omkeren, de grootte en resolutie opgegeven, de kleur, helderheid en het contrast wijzigen, de scherpte verbeteren en het effect van stof, krassen en verbleking verminderen.
Gebruik van de Tool Chest Bewerkingen met de Tool Chest Openen van de Tool Chest Weergave van de inhoud van een tool palet Om de standaard Tool Chest weer te geven klikt u op de Om de inhoud van een tool palet weer te geven of te verberTools knop in het instelveld van het scanvenster en selecteert gen, klikt u op de driehoek links van de titel van het palet. u Tool Palette 1 in het menu dat verschijnt.
Veranderen van de paletvolgorde in de Tool Chest Om de volgorde van de paletten in de Tool Chest te veranderen, klikt u op de titelbalk van een palet en sleept u die naar een nieuwe plaats. Openen van een tool palet in een afzonderlijk venster De tool paletten kunnen in een afzonderlijk venster geopend worden door op de palettitel te klikken en deze buiten het huidige venster te slepen om zo een nieuwe Tool Chest te maken die alleen het geselecteerde palet bevat.
Layout Tools Scans voorbereiden en beeldoriëntatie bepalen Het “Layout Tools” palet bevat tools om te bepalen welk deel van het beeld gescand moet worden en om de scherpstelling in het scanvenster te wijzigen. Ook kan het worden gebruikt om beelden zowel vóór als na het scannen om te keren en roteren, en om in beelden getoond in beeldvensters te navigeren.
De zoomcursor (alleen beeldvensters) / Roteerknoppen Wanneer u Nikon Scan als zelfstandige applicatie gebruikt, Wanneer u op deze knoppen klikt wordt het beeld in het ackunt u met de zoomcursor in- en uitzoomen op de beelden tieve venster geroteerd. Rotaties worden gevisualiseerd door in het actieve beeldvenster. De zoomcursor kan niet worden de stand van de letter “R” in het “Layout Tools” palet. gebruikt in het scanvenster of andere host-applicaties.
Information Informatie over pixels en uitsnede Het “Information” palet geeft informatie over de grootte en locatie van de huidige uitsnede, de positie van de cursor in het actieve beeld en de kleur van het punt onder de cursor. Calibrated RGB/RGB Grayscale (zwart/wit) Onderdeel Beschrijving X: Y: De horizontale (X) en verticale (Y) afstand van de cursor tot de linkerbovenhoek van het beeld. De kleurwaarden voor het punt onder de cursor.
Crop Uitvoergrootte en resolutie Het “Crop” palet wordt gebruikt om de afmetingen en re- Er zijn drie methoden om de uitvoergrootte en resolutie in te solutie in te stellen waarbij de huidige uitsnede zal worden stellen. Welke methode u het best kunt selecteren hangt af gescand. van de manier waarop het beeld zal worden gebruikt. Keep this Crop ( 38) Wijzig de uitvoerafmetingen, bestandsgrootte en resolutie zonder de uitsnede die u in het preview-veld heeft geselecteerd te veranderen.
Het “Crop” palet bevat de onderstaande onderdelen: Onderdeel Beschrijving Geeft de afmetingen van de huidige uitsnede. De een- (Invoer)grootte heden voor de invoergrootte kunnen worden gekozen in van de uitsnede het menu rechts van de weergave. De gekozen eenheden worden toegepast bij de linialen in het preview-veld. Geeft de uitvoerafmetingen van de huidige uitsnede (dus de grootte van de uitsnede na het scannen).
Volg de onderstaande aanwijzingen om een uitvoergrootte Keep this Output Size Wanneer Keep this Output Size is geselecteerd, verandeen resolutie te kiezen. ren de waarden ingevoerd voor uitvoer Width (breedte) en Keep this Crop Height (hoogte) niet wanneer u de grootte van de uitsnede Wanneer Keep this Crop is geselecteerd, veranderen de verandert of een nieuwe waarde voor bestandsgrootte ingrootte en locatie van de uitsnede niet wanneer u nieuwe voert.
Bestandsgrootte Keep this File Size Wanneer Keep this File Size is geselecteerd, verandert de Bij de bestandsgrootte vermeld in het “Crop” palet is geen rekening gebestandsgrootte niet wanneer u de uitsnede groter of klei- houden met bestandsheaders (die de bestandsgrootte gemiddeld met circa 10 KB doen toenemen) of JPEG-compressie. ner maakt of nieuwe waarden invoert voor uitvoergrootte of resolutie.
Het uitsnede-instellingenmenu Wanneer u op de driehoek in de rechter bovenhoek van het “Crop” palet klikt, verschijnt het uitsnede-instellingenmenu. Macintosh Windows Optie Beschrijving Copy Crop Settings to Clipboard Kopieer de huidige uitsnede-instellingen naar het klembord. Selecteer vervolgens Paste in het Edit menu (alleen Macintosh) om deze instellingen in het “Crop” palet voor een ander venster te plakken.
Curves Uitvoer Curvediagram Shadows Huidige kanaal Highlights Fijnregelen van kleur, contrast en helderheid De invoer wordt afgelezen langs de horizontale as, met de schaduwen (de donkere delen van het beeld) links, de hoge lichten (de lichte gedeelten van het beeld) rechts en de middentonen er tussenin. Het linker uiteinde van de as geeft de laagst mogelijke waarde voor kleuren in het geselecteerde kanaal aan (nul, of geen kleur) en het rechter uiteinde de maximale waarde.
Wanneer u de cursor over het curvediagram beweegt, wor- Stap 1 – Histogram bekijken den de invoer- en uitvoerwaarden voor het punt onder de De eerste stap bij het aanpassen van de cursor in de invoer-/uitvoerweergave getoond. toonwaarden en de kleurbalans in het Apply knop “Curves” palet is de beoordeling van het histogram dat in de achtergrond van het curvediagram wordt weergegeven. Het histogram geeft weer welke tonen aanwezig zijn in het oorspronkelijke beeld en in welke mate.
Stap 2 – Kanaal selecteren Stap 3 – Witpunt en zwartpunt instellen Met het kanaalmenu kunt u componenten van de huidige kleurinstelling selecteren voor bewerking. Selecteer de hoofdcurve om de toonwaarden voor alle kanalen in het beeld te wijzigen. Bij de RGB kleurinstelling kunt u de rode, groene en blauwe curven ook afzonderlijk wijzigen. Het histogram toont alleen de toonwaarden voor het geselecteerde kanaal. De eindpunten van de curve worden het "witpunt" en het "zwartpunt" genoemd.
Invoerwaarden witpunt en zwartpunt Er zijn drie methoden om de invoerwaarden voor het witpunt en zwartpunt in te stellen: • door middel van automatische contrastwijziging • met behulp van de witpunt- en zwartpuntschuifbalken • door rechtstreekse monstername met de pipetten voor het witpunt en zwartpunt Automatische contrastwijziging Bij automatische contrastwijziging selecteert Nikon Scan automatisch een witpunt en zwartpunt die een bepaald percentage van de lichtste en donkerste pixels in het beeld uitslui
Witpunt- en zwartpuntschuifbalken De witpunt- en zwartpuntschuifbalken kunnen gebruikt worden om de witpunten en zwartpunten af te stemmen op het histogram dat in de bewerkingsweergave wordt getoond. Hoewel u met deze schuifbalken de curven voor ieder kanaal kunt bewerken, verkrijgt u doorgaans het beste resultaat wanneer u ze gebruikt om de hoofdcurve te wijzigen.
Monstername van het beeld voor witpunt of zwartpunt U kunt het witpunt of zwartpunt instellen door rechtstreeks monsters van het beeld te nemen, zodat u de pixels kunt kiezen die worden gebruikt voor het instellen van de maximum (witpunt) of minimum (zwartpunt) uitvoerwaarde.
Uitvoerniveaus witpunt en zwartpunt Na het instellen van het invoerniveau voor zwartpunt en witpunt, kunnen de uitvoerniveaus gewijzigd worden om de werkelijke toonwaarde van de donkerste en lichtste pixels in het beeld weer te geven. Wanneer bijvoorbeeld de donkerste tint in het beeld echt zwart voorstelt, kan het uitvoerniveau voor het zwartpunt op nul blijven staan.
Stap 4 – Instellen van het grijspunt Het punt halverwege de maximum en minimum invoerwaar- De grijspuntschuifbalk den wordt het “grijspunt" (of “midpunt”) genoemd. Dit punt De grijspuntschuifbalk bevindt zich onder het curvediagram. vertegenwoordigt een neutrale tint die overeenkomt met een uitvoerniveau van 128. Het grijspunt wordt geregeld via een grijspuntschuifbalk onder het curvediagram.
Monstername voor het grijspunt Stap 5 – Rechtstreekse bewerking van curven U kunt het grijspunt ook instellen door rechtstreeks een monster van het beeld te nemen. Ongeacht het kanaal dat op dat moment in het kanaalmenu is geselecteerd, wordt bij monstername tegelijkertijd het grijspunt voor het rode, het groene en het blauwe kanaal ingesteld, terwijl het grijspunt voor de hoofdcurve ongewijzigd blijft.
Het curve-instellingenmenu Wanneer u op de driehoek in de rechter bovenhoek van het “Curves” palet klikt, verschijnt het curve-instellingenmenu. Optie Beschrijving Copy to Clipboard Kopieer de huidige curve-instellingen naar het klembord. U plakt deze instellingen in het “Curves” palet voor een ander venster door het venster te activeren en Paste te selecteren in het Edit menu. Save Curve Settings… Bewaar de huidige curve-instellingen onder een door u ingevoerde naam.
Color Balance Globale kleur, contrast en helderheid wijzigen Het “Color Balance” palet bevat eenvoudige functies voor de aanpassing van de globale helderheid, contrast en kleurbalans voor het hele beeld. In tegenstelling tot het “Curves” palet, laat het “Color Balance” palet geen wijzigingen toe die slechts betrekking hebben op een gedeelte van de toonreeks. Onderdee Beschrijving Brightness De schuifbalk voor helderheid wijzigt de helderheid van het hele beeld.
Het kleurbalansinstellingenmenu Wanneer u op de driehoek in de rechter bovenhoek van het “Color Balance” palet klikt, verschijnt het kleurbalansinstellingenmenu. Optie Beschrijving Copy to Clipboard Kopieer de huidige kleurbalansinstellingen naar het klembord. U plakt deze instellingen in het “Color Balance” palet voor een ander venster door het venster te activeren en Paste te selecteren in het Edit menu.
Unsharp Mask Met Unsharp Mask (onscherp masker) kunt u beelden scherper maken door de contouren erin te verduidelijken. Unsharp Mask verhoogt het contrast van de randen in het beeld, maar laat andere delen ongewijzigd. De mate van scherpte wordt bepaald door drie factoren: intensiteit, straal en drempel. Apply knop Intensiteit Straal Drempel Het “Unsharp Mask” palet Het “Unsharp Mask” palet kan zowel in het scanvenster als in beeldvensters worden gebruikt.
Stap 3 – Controleer het resultaat Om het effect van het Unsharp Mask te vergelijken met het Stap 1 – Selecteer een kleur ongewijzigde beeld, klikt u op de “Apply” knop in de linker Selecteer een kleur uit het pop-up-kleurenmenu. De verbovenhoek van het “Unsharp Mask” palet om het effect van scherping wordt alleen op randen toegepast waar de gesehet “Unsharp Mask” palet aan of uit te zetten. lecteerde kleur overheerst.
Het instellingenmenu voor Unsharp Mask Wanneer u op de driehoek in de rechter bovenhoek van het “Unsharp Mask” palet klikt, verschijnt het instellingenmenu voor Unsharp Mask. Optie Beschrijving Copy to Clipboard Kopieer de huidige curve-instellingen naar het klembord. Om deze instellingen in het “Unsharp Mask” palet voor een ander venster te plakken dient u het venster te activeren en Paste te selecteren in het Edit menu.
De LCH Editor Kleuren bewerken De editor voor kleurschakering (“hue”) is voorzien van unieke regelfuncties die ongeëvenaarde flexibiliteit bieden bij het bewerken van kleuren. Met deze tool kunt u een specifieke invoerkleurenreeks koppelen aan een andere uitvoerkleurenreeks, zodat u de rode kleuren in het beeld meer oranje, of zelfs groen of blauw kunt maken.
De Luminosity editor Hoewel het meer invloed heeft op de helderheid dan de kleur, heeft het bewerken van de luminantie een effect dat vergelijkbaar is met het bewerken van de hoofdcurve in het “Curves” palet. Wanneer u de curve steiler maakt, verandert het verschil tussen de lichte en donkere delen van het beeld en wordt het contrast verhoogd. Wanneer u het grijspunt verplaatst, wordt de helderheid van de middentonen gewijzigd, terwijl het detail in de hoge lichten en schaduwen behouden blijft.
De Chroma Editor De Chroma editor is een handige tool om de kleurverzadiging te wijzigen. Wanneer u de curve steiler maakt, wordt de verzadiging in de betreffende reeks vergroot, waardoor de kleuren intenser worden. Afvlakken van de curve leidt tot fletsere, minder sterke kleuren. Het beeld als geheel wordt levendiger door het grijspunt naar links te verplaatsen; bij verschuiving van het grijspunt naar rechts vervagen de verschillen tussen de kleuren, waardoor het beeld grijzer wordt.
De Hue Editor Om de kleurschakering van een specifieke pixel te bepalen, De functies voor de bewerking van de kleurschakering zijn uniek beweegt u de cursor over het beeld. Het punt dat overeenen bestaan uit een achtergrond in de kleuren van de regenboog in komt met de kleurschakering van de pixel onder de cursor tweeën gedeeld door een horizontale lijn, die de kleurschakerin- wordt op de invoerlijn gemarkeerd. gen (kleuren) in het originele beeld weergeeft.
Het instellingenmenu van de LCH Editor Wanneer u op de driehoek in de rechter bovenhoek van het “LCH Editor”-palet klikt, verschijnt het instellingenmenu voor de LCH Editor. Optie Beschrijving Copy to Clipboard Kopieer de huidige curve-instellingen naar het klembord. Om deze instellingen in het “LCH Editor” palet voor een ander venster te plakken dient u het venster te activeren en Paste te selecteren in het Edit menu.
Digital ICE4 Advanced Digital ICE, Digital ROC, Digital GEM, Digital DEE Het “Digital ICE Advanced” palet regelt de functies Digital De volgende functies zijn beschikbaar: DEE (alleen 9000 ED, 5000 ED en COOLSCAN V ED), Digital Functie Beschrijving ICE, Digital ROC en Digital GEM die in Nikon scanners zijn Vermindert het effect van stof en krassen tijingebouwd om het effect van krassen, stof, verbleking, filmDigital ICE 62 dens het scannen van het beeld. korrel en onderbelichting te verminderen.
Digital ICE – Krassen en stof corrigeren Digital ICE (Image Correction and Enhancement) vermindert het effect van stof en krassen tijdens het scannen van het beeld. Om Digital ICE te gebruiken selecteert u Enable Digital ICE en kiest u On(Normal) of On(Fine) in het Digital ICE menu. Vakje Enable Digital ICE Optie Beschrijving On(Normal) Het beeld wordt digitaal verwerkt om het effect van krassen en stof te verminderen.
Digital ROC – verbleekte kleuren herstellen Digital ROC (Reconstruction of Color) herstelt digitaal kleuren die verloren zijn gegaan door verbleking van de oorspronkelijke film. Om Digital ROC te gebruiken selecteert u Enable Post Processing en kiest u een waarde voor kleurreconstructie door de Digital ROC schuifbalk te verplaatsen of een waarde tussen 0 (Digital ROC uit) of 10 (maximum effect) in het tekstvak rechts van de balk in te voeren. De standaardinstelling is 5.
Digital GEM – filmkorrel verminderen Digital GEM (Grain Equalization Managament) verwerkt beelden digitaal om het effect van filmkorrel te verminderen. Om Digital GEM te gebruiken selecteert u Enable Post Processing en kiest u een waarde voor korrelegalisering door de Digital GEM schuifbalk te verplaatsen of een waarde tussen 0 (Digital GEM uit) of 4 (maximum effect) in het tekstvak rechts van de balk in te voeren. De standaardinstelling is 3.
Digital DEE – detail in schaduwen en hoge lichten verhogen Digital DEE (Dynamic Exposure Extender) maakt details zichtbaar in schaduwen en hoge lichten door te corrigeren voor onderbelichting bij onderwerpen in tegenlicht of delen in de schaduw, en voor overbelichting bij helder verlichte delen. Digital DEE is alleen beschikbaar bij de filmscanners 9000 ED, 5000 ED en COOLSCAN V ED.
Details in hoge lichten verhogen Digital DEE kan ook worden gebruikt om details in hoge lichten zichtbaar te maken wanneer de achtergrond veel lichter is dan het onderwerp of het onderwerp veel lichter is dan de achtergrond. Om de details in hoge lichten te verhogen selecteert u Enable Digital DEE en klikt u op de More knop. Om het effect van de nieuwe instellingen in een previewbeeld te bekijken, klikt u op de Redraw knop.
“Schaduwen” en “hoge lichten” definiëren De Threshold schuifbalk in de detailweergave van het tabblad “Digital DEE” bepaalt de grens tussen schaduwen en hoge lichten. Schuifbalk en tekstvak Threshold Wanneer u de schuifbalk naar rechts verplaatst of een hogere waarde invoert in het Threshold tekstvak, wordt het toonbereik dat gewijzigd wordt door de Shadow Ajustment schuifbalk vergroot en het toonbereik dat gewijzigd wordt door de Highlight Adjustment schuifbalk verkleind.
Het instellingenmenu voor Digital ICE4 Advanced Wanneer u op de driehoek in de rechter bovenhoek van het “Digital ICE4 Advanced” palet klikt, verschijnt het instellingenmenu voor Digital ICE4 Advanced. Windows Optie Macintosh Beschrijving 4 Copy Digital ICE Advanced Setting to Clipboard (alleen Macintosh) Kopieer de huidige curve-instellingen naar het klembord. Selecteer Paste in het Edit menu om deze instellingen in het “Digital ICE4 Advanced” palet te plakken voor een ander venster.
Analog Gain Lichtbron van de scanner regelen Het “Analog Gain” palet (analoge versterking) wordt ge- Het “Analog Gain” palet bevat de onderstaande onderdelen: bruikt om de kleur te wijzigen door de belichting voor de Onderdeel Beschrijving gekleurde elementen in de lichtbron van de scanner te veranWijzig de belichting voor alle elementen door de deren. De versterking wordt gemeten in LW (Lichtwaarden) schuifbalk te verplaatsen of een waarde van -2.00 tot Master of het Engelse equivalent EV (Exposure Value).
Scan Image Enhancer (alleen 9000 ED, 5000 ED, COOLSCAN V ED) Automatisch kleur, helderheid en contrast regelen De Scan Image Enhancer wijzigt tijdens het scanproces au- Klik op de Redraw knop om het effect van de Scan Image tomatisch de helderheid en kleurverzadiging om een beeld Enhancer in een preview-beeld te bekijken. met optimaal contrast te produceren. Deze functie is alleen beschikbaar bij de filmscanners 9000 ED, 5000 ED en COOLSCAN V ED.
Scanner Extras Scannerinstellingen regelen De opties in het “Scanner Extras” palet variëren afhankelijk van het model scanner dat aangesloten is en de gebruikte filmhouder of -adapter. “Scanner Extras” palet voor de 9000 ED met FH-835S filmhouder “Scanner Extras” palet voor de 5000 ED met SA-21 filmadapter Het “Scanner Extras” palet Het “Scanner Extras” palet is alleen beschikbaar wanneer het scanvenster actief is.
Het “Scanner Extras” palet bevat de volgende opties: Scanner Onderdeel Alle (alleen SA-21, SA-30, FH-869S, FH-869G) Strip film offset Manual focus adjustment Perform autofocus when film is inserted Alle Beschrijving Pas filmpositie aan scanpositie aan. Stel scanner handmatig scherp via schuifbalk of rechtstreekse tekstinvoer. Voer automatische scherpstelling uit bij plaatsing van dia in MA-21/MA-20 (S) (5000 ED, 4000 ED, COOLSCAN V ED, COOLSCAN IV ED).
Strip Film Offset Deze optie wordt gebruikt om de film te laten samenvallen met de scanopening. Deze optie is alleen beschikbaar bij de SA-21, FH-869S en de optionele SA-30 en FH-869G. Om deze optie te kunnen gebruiken moet de thumbnail-lade open zijn en moeten thumbnails worden weergegeven. Selecteer de gewenste thumbnail en pas de positie ervan aan met de Boundary Offset schuifbalk of door een waarde in te voeren in het tekstvak rechts van de balk.
Perform Autofocus When Film Is Inserted Wanneer deze optie geselecteerd is bij gebruik van de MA-21/MA20 (S) dia-adapter bij de 5000 ED, 4000 ED, COOLSCAN V ED, of COOLSCAN IV ED, dan stelt de scanner automatisch scherp bij het invoeren van een dia. Calibration Als de scanner langere tijd aanstaat, kan de temperatuur binnenin de scanner oplopen en kan het nodig zijn om hem opnieuw te kalibreren. Klik op Calibrate om de scanner opnieuw te kalibreren. Als de MA-21 of MA-20 (S) in de scanner is geplaatst.
Pixel Data Size De optie die u selecteert in het Scan Bit Depth menu bepaalt het aantal bits dat per kleurkanaal voor elke pixel in het beeld verkregen wordt.
Multi-Sample Scanning Bij “Multi-Sample Scanning” (alleen beschikbaar bij de 9000 ED, 8000 ED, 5000 ED en 4000 ED) maakt de scanner meerdere scangangen over het beeld en worden gemiddelde waarden gebruikt om het effect van elektronische “ruis” te verminderen om zo betere resultaten te verkrijgen met subtielere toonwaardenovergangen. CCD Scan Mode Deze optie is alleen beschikbaar bij de filmscanners 9000 ED en 8000 ED.
Voorkeuren Fijnregelen van Nikon Scan Met de instellingen in de “Preferences” (voorkeuren) dialoog kunt u de functies in het scanvenster nauwkeurig regelen. Om de “Preferences” dialoog te openen, klikt u op de Prefs knop in het instelveld van het scanvenster. De instellingen in de “Preferences” dialoog zijn onderverdeeld in de onderstaande categorieën. Klik op de links voor meer informatie.
Nikon Color Management Het Nikon Color Management System, of Nikon CMS, zorgt ervoor dat de beeldinformatie van uw Nikon scanner consequent en juist op monitors en printers wordt weergegeven. Deze krachtige tool kan gebruikt worden om kleuren om te zetten naar een gekalibreerde RGB-kleurruimte, voordat de beeldinformatie naar de host-applicatie wordt doorgegeven.
Hoe Nikon CMS werkt Wanneer beeldinformatie van een invoerapparaat, zoals een scanner, wordt doorgegeven naar een uitvoerapparaat, zoals een monitor of printer, zorgt Nikon CMS ervoor dat het weergegeven beeld op het uitvoerapparaat er net zo uitziet als het origineel. Om deze taak uit te kunnen voeren, moet Nikon CMS informatie hebben over de kleurkenmerken van zowel de invoer- als uitvoerapparaten, alsmede de kleurruimte die gebruikt wordt voor de bewerking.
Het scanproces De onderstaande illustratie toont de rol die Nikon CMS speelt in het scanproces. CMS-profielen zijn in blauw weergegeven, handelingen van de gebruiker in rood. Wanneer Nikon CMS ingeschakeld is, wordt niet-gekalibreerde RGB-informatie van de scanner geconverteerd naar zwart/wit of gekalibreerde RGB, afhankelijk van de in het scanvenster geselecteerde kleurinstelling. RGB-informatie wordt verwerkt op basis van het profiel dat is geselecteerd voor de gekalibreerde RGB kleurruimte.
Scannen met Nikon CMS uitgeschakeld Als Use Nikon Color Management System in de categorie “Color Management” niet geselecteerd is, kunt u geen profielen gebruiken om te zorgen dat informatie van de scanner nauwkeurig wordt gereproduceerd bij overdracht naar een andere applicatie of weergave op een monitor. Omdat de kleurprofielen benodigd voor een gekalibreerde RGB kleurruimte niet beschikbaar zijn wanneer Nikon CMS uitstaat, kunt u alleen beelden scannen als niet-gekalibreerde RGB of zwart/wit.
Gamma Wanneer de optie Use Nikon Color Management System in de categorie “Color Management” ( 84) uitstaat, worden de regelfuncties in de categorie “Gamma” gebruikt om informatie van de scanner aan te passen, zodat deze juist wordt weergegeven in een preview op uw monitor of bij opening in een andere applicatie. Preview gamma Preview-gamma is van toepassing op het beeld dat in het preview-veld van het scanvenster wordt weergegeven.
Main scan gamma De opties voor primaire scangamma zijn alleen zichtbaar wanneer u Nikon Scan gebruikt als TWAINbron of acquire plug-in voor een ander programma (wanneer u Nikon Scan als zelfstandige applicatie gebruikt, wordt preview gamma automatisch voor zowel het preview-beeld als de uiteindelijke scan gebruikt.). Beeldinformatie doorgegeven aan de host-applicatie wordt gewijzigd op basis van de hier gekozen optie.
Color Management De profielen die door het Nikon Color Management systeem Use Nikon Color Management System worden gebruikt staan vermeld in de categorie “Color Ma- Met deze optie zet u het Nikon Color Management systeem aan en uit. Wijzigingen in deze instelling zijn pas van kracht nagement”. nadat u Nikon Scan heeft verlaten en opnieuw gestart. Wanneer Nikon CMS aanstaat... ...worden beelden verwerkt om te zorgen dat ze consequent worden weergegeven, zoals beschreven in “Hoe Nikon CMS werkt” ( 79).
Het tabblad “Monitor” Het tabblad “Monitor” gebruikt u om het profiel te selecteren dat wordt gebruikt wanneer u beelden weergeeft op uw monitor, hetzij in het preview-veld van het scanvenster, hetzij in een Nikon Scan beeldvenster. Monitorprofielen bevatten informatie over de kleur- en gamma-eigenschappen van uw monitor, zodat beelden kunnen worden aangepast voor een getrouwere kleurenreproductie.
Het tabblad “RGB” In het tabblad “RGB” kunt u een kleurruimteprofiel selecteren voor de gekalibreerde RGB-kleurinstelling. U kiest het te gebruiken profiel in het menu Color Space. Voorkeuren— Nikon Color Management Elk van de profielen op de lijst kan ingedeeld worden naar gammawaarde en kleurbereik (gamut). Gamma is een fundamentele eigenschap van beeldbewerkingssystemen die de intensiteit van het uitvoersignaal bepaalt in relatie tot de invoer.
Use factory default CMYK Profile(standaardinstelling) Het tabblad “CMYK” Het tabblad “CMYK” wordt gebruikt om een profiel te selec- Nikon Scan wordt geleverd met een standaard CMYK-profiel (de SWOP-kleurenbibliotheek) voor gebruik wanneer er teren voor gebruik bij de CMYK kleurinstelling. geen ander profiel beschikbaar is. Dit profiel wordt gebruikt wanneer u Use factory default CMYK Profile selecteert.
RGB profielen geleverd bij Nikon Scan NTSC (1953) Dit is de kleurruimte voor video zoals die is gedefinieerd door Windows-profielen (gamma 2,2) de National Television Standards Committee (NTSC) in 1953. sRGB Deze kleurruimte werd gebruikt bij de eerste kleurenteleviDit RGB-profiel wordt gebruikt bij de meeste Windows-monisies en wordt nog altijd toegepast door sommige kranten en tors. Het lijkt sterk op de RGB die doorgaans gebruikt wordt drukkerijen in het Verre Oosten.
Wide Gamut RGB (compensated) Nikon scanners kunnen sommige kleuren scannen die niet met het kleurprofiel Wide Gamut RGB kunnen worden uitgedrukt. Het gecompenseerde Wide Gamut RGB profiel herdefinieert Wide Gamut RGB voor opname van alle kleuren die de scanner kan uitvoeren.
Apple RGB (compensated) Dit profiel definieert tristimulus (rood, groen en blauw) chromaticiteit als het snijpunt van de curve die de grenzen aangeeft van het zichtbare kleurbereik met lijnen getrokken vanaf het Apple RGB witpunt die door de punten lopen die tristimulus chromaticiteit definiëren in het Apple RGB kleurruimteprofiel. Het unieke van dit profiel is dat de eigenschappen van Apple RGB behouden blijven, terwijl meer verzadigde kleuren mogelijk zijn.
Kleurbereik (Gamut) Profielen kunnen niet alleen worden ingedeeld op basis van gamma, maar ook op basis van hun kleurbereik (“gamut”), oftewel de reeks kleuren die met het profiel kan worden uitgedrukt. “Gamut” wordt doorgaans uitgedrukt door middel van chromaticiteit, een maatstaf van kleur die is ontwikkeld door de Commission Internationale de l’Éclairage (CIE).
De onderstaande tabel toont de gammawaarden voor de profielen die in Nikon CMS zijn opgenomen, samen met de chromaticiteitswaarden voor het witpunt en voor rood, groen en blauw.
Kleur behouden in andere applicaties Wordt een beeld gescand in de Nikon Scan TWAIN-bron of acquire plugin en geopend in een andere applicatie, of wordt een beeld dat bewaard is met Nikon Scan in een andere applicatie geopend, dan wordt het beeld voordat het op de monitor wordt weergegeven verwerkt op basis van de kleurruimte en monitorprofielen die in de applicatie gekozen zijn.
File Locations/Scratch Disks Een locatie voor tijdelijke opslag kiezen Met behulp van de categorie “File Locations” (Windows) of “Scratch Disks” (Macintosh) kunt u de map of het volume (de schijf) kiezen die als tijdelijke opslag of “virtueel geheugen” wordt gebruikt terwijl Nikon Scan draait. Aanbevolen wordt alleen schijven met een hoge gegevensoverdrachtsnelheid – zoals uw harde schijf – voor tijdelijke opslag te selecteren.
Single Scan Scaninstellingen voor enkele scans In de categorie “Single Scan” geeft u op welke taken vóór en After scan na het uitvoeren van losse (enkele) scans automatisch moeOptie ten worden verricht. Beschrijving Wanneer dit onderdeel aangevinkt is en Nikon Scan wordt als zelfstandige applicatie gebruikt, dan wordt het beeld dat gemaakt wordt door op de Scan knop te klikken niet geopend in een beeldvenster maar opgeslagen op de harde schijf.
Batch Scan Scaninstellingen voor batch scans In de categorie “Batch Scan” geeft u op welke taken auto- Before batch scan matisch uitgevoerd moeten worden vóór, tijdens en na het Optie maken van batch (serie) scans. Beschrijving Prompt for this information Wanneer dit onderdeel aangevinkt is (de standaardinstelling), verschijnt er bij de start van elke batch scan een dialoog met dezelfde opties als de categorie “Batch Scan”.
After each image Optie Beschrijving Save to disk Wanneer dit onderdeel aangevinkt is (de standaardinstelling) en Nikon Scan wordt als zelfstandige applicatie gebruikt, dan worden gescande beelden niet geopend in beeldvensters maar opgeslagen op de harde schijf. Wanneer u op de Scan knop klikt, verschijnt er een dialoogvenster waarin u een locatie en bestandstype kunt opgeven en de bestanden een naam kunt geven.
De dialoog “File Saving Options” bevat de volgende onder- File Saving delen: File Naming Bestanden bewaard tijdens een batch scan krijgen namen die bestaan uit een voorvoegsel, een bestandsnummer bestaande uit 1 tot 6 cijfers, toegekend in volgorde van grootte vanaf een door de gebruiker gespecificeerd startpunt, en een achtervoegsel. Via de opties in het veld “File Naming” kiest u het voorvoegsel, bestandsnummer en achtervoegsel.
File Saving Standaard bestandsformaat en “creator” kiezen In de categorie “File Saving” kiest u het standaard bestandsformaat waarin beelden worden bewaard wanneer u Nikon Scan als zelfstandige applicatie gebruikt. De Macintoshversie heeft bovendien een optie voor het kiezen van de “creator” applicatie, dat wil zeggen de applicatie die start wanneer u dubbelklikt op bestanden die zijn bewaard vanuit Nikon Scan.
Automatic Actions Opties van het preview-veld In de categorie “Automatic Actions” regelt u welke handelingen worden uitgevoerd bij het invoeren van media in de scanner en bij het wijzigen van het scherpstelpunt met het scherpstel-tool in het “Layout Tools” palet. Optie Beschrijving Wanneer Single image adapter geselecteerd is, voert de scanner automatisch een preview uit wanneer u een dia in de MA-21/MA-20 (S) dia-adapter of het optionele SF-210/SF200 (S) dia-invoerapparaat plaatst.
Advanced Color In de categorie “Advanced Color” kunt u de uitvoerkleuren voor het witpunt, grijspunt en zwartpunt instellen en kunt u de omvang wijzigen van het gebied dat met de pipetten in het “Curves” palet bemonsterd wordt. Ook regelt u hier welk percentage van het toonbereik wordt uitgesloten bij automatische contrastregeling.
Auto Contrast Calculations Met de optie Auto contrast calculations regelt u hoe de invoerwaarden voor het witpunt en zwartpunt worden berekend voor de automatische contrastinstelling in het “Curves” palet en het “LCH Editor” palet. Standaard wordt het witpunt ingesteld op een waarde waarbij 0,5% van de lichtste pixels in de huidige uitsnede worden uitgesloten, en het zwartpunt op een waarde waarbij 0,5% van de donkerste pixels in de uitsnede worden uitgesloten.
Preview Settings Preview-instellingen automatiseren In de categorie “Preview Settings” bepaalt u welke handelingen automatisch worden uitgevoerd wanneer u op de Preview knop klikt.
Optie Beschrijving Auto focus Wanneer dit onderdeel aangevinkt is (standaard instelling), stelt de scanner indien nodig automatisch scherp wanneer u op de Preview knop klikt. Auto Wanneer dit onderdeel aangevinkt is (standaard inexposure for stelling) voert de scanner indien nodig automatische positive film belichtingsregeling uit vóór de preview van dia’s.
Grid Settings Layout-raster instellen In de categorie “Grid Settings” stelt u de kleur en maat in van het raster dat over het beeld in het actieve venster wordt geplaatst wanneer u Show grid heeft geselecteerd in het “Layout Tools” palet. Optie Color Display grid line every Beschrijving Kies de kleur van het raster. Voer de tussenafstand voor het layout-raster in. De eenheden selecteert u in het menu rechts van het tekstvak. Display n Voer het aantal onderverdelingen per rastercel in.
Beeldvensters Nikon Scan als zelfstandige applicatie gebruiken In dit hoofdstuk leest u welke handelingen u in beeldvensters kunt uitvoeren wanneer u Nikon Scan als zelfstandige applicatie gebruikt. Klik op de links voor meer informatie.
De Nikon Scan Applicatie Wanneer u Nikon Scan als zelfstandige applicatie gebruikt, kunt u beelden bewaren, bekijken en afdrukken in beeldvensters die u opent in de Nikon Scan Applicatie. Met de Tool Chest kunt u ook eenvoudige beeldbewerkingstaken uitvoeren. Om te beginnen Klik op OK om het bericht te sluiten. Wilt u een eerder bewaard beeld openen om te bekijken, af te drukken of bewerken, selecteer dan Open... in het File menu van Nikon Scan.
Beeldvensters Beelden bekijken Layout-raster Wanneer u Show grid heeft geselecteerd in het “Layout Tools” palet, wordt er een layout-raster over het beeld in het actieve venster heen gelegd. U kunt het raster ook weergeven door Show Grid te selecteren in het View menu.
Beelden bewaren Ondersteunde bestandsformaten Om het beeld in het actieve beeldvenster onder een nieuwe naam te bewaren, kiest u Save as... in het File menu. Er verschijnt een “Save As” dialoog; navigeer hierin naar de gewenste locatie, voer een naam in en kies een bestandstype. Klik op Save om het beeld te bewaren. Format Description JPEG JPEG is een goede keus voor beelden die zullen worden uitgevoerd bij een lage resolutie of verspreid in elektronische vorm.
Een compressieverhouding kiezen JPEG en PICT beelden kunnen met behulp van JPEG-compressie worden gecomprimeerd. Hierbij worden beelden verdeeld in blokken van acht bij acht pixels, waarin het detail selectief wordt verminderd. Hoewel door verhogen van de compressie de bestandsgrootte afneemt, wordt ook het blokpatroon duidelijker zichtbaar en kan merkbaar detailverlies optreden (het feitelijke effect hangt af van de uitvoergrootte en het soort onderwerp).
Beeldinformatie Beeldinformatie bekijken Om informatie over een beeld in een beeldvenster te bekijken klikt u op de Settings Section driehoek of selecteert u Settings Section in het View menu Klik om beeldinformatie te bekijken Beeldinformatie verborgen Klik om beeldinformatie te verbergen Windows Macintosh Klik om beeldinformatie te verbergen Beeldinformatie Beeldinformatie Beeldinformatie weergegeven Beeldinformatie weergegeven In het veld Settings Section wordt informatie gegeven over de tijd en d
Beelden roteren en omkeren Zoom Beeldoriëntatie wijzigen Beelden in- en uitzoomen Er zijn drie manieren om het beeld in het actieve venster om U kunt het actieve venster in- en uitzoomen met behulp van te keren of te roteren: de zoomcursor of de zoomopties in het View menu. • Gebruik de omkeer- of roteerknoppen in het “Layout De zoomcursor Tools” palet. Er zijn drie manieren om de zoomcursor te selecteren: • Klik op de knop in het “Layout Tools” palet. • Selecteer Zoom Cursor in het View menu.
Bitdiepte en kleurinstelling wijzigen Beelden afdrukken Een nieuwe kleurinstelling en andere bitdiepte selecteren Om het beeld in het actieve venster te converteren naar een nieuwe kleurinstelling en andere bitdiepte, selecteert u één van de onderstaande opties in het Image > Color Space submenu. Het beeld in het actieve venster afdrukken Om het beeld in het actieve venster af te drukken, selecteert u Print… in het File menu.
Beelden bewerken Beelden na het scannen bewerken U kunt het beeld in het actieve venster bewerken met de onderstaande paletten in de Tool Chest: Palet Handeling Layout Tools ( 33) Omkeren en roteren van beelden, scrollen door beelden, in- en uitzoomen van beelden, selecteren van een gebied om naar het klembord te kopiëren en weergeven of verbergen van het layout-raster.
De werkbalk Snelle toegang tot opdrachten In de werkbalk kunt u een groot aantal veelgebruikte opdrachten met één klik gebruiken. De Windows- en Macintosh-versie van Nikon Scan hebben verschillende werkbalken. Windows Om de werkbalk te tonen of verbergen, selecteert u Toolbar in het View menu. Wanneer de werkbalk wordt getoond, kunt u hem uit de menubalk naar een willekeurige plaats in het Nikon Scan applicatievenster slepen, waar hij in een apart venster “zweeft”.
Macintosh In de Macintosh-versie van Nikon Scan heeft elk beeldvenster een aparte werkbalk. De werkbalk bevat de volgende knoppen: Knop Beschrijving Knop Beschrijving Selection Cursor Kies de selectiecursor om een gebied in het venster te selecteren. Zoom Cursor Selecteer de zoomcursor om het beeld in en uit te zoomen. Hand Cursor Selecteer de handcursor om door het beeld te scrollen.
De statusbalk (alleen Windows) Tool-tips Wanneer u de cursor boven een knop of menu houdt, ver- U kunt de statusbalk verbergen of weergeven door Status schijnt er een korte toelichting op de functie van de knop of Bar te selecteren in het View menu. het menu in de statusbalk onderaan het applicatievenster.
Menuopdrachten Index voor de menuopties Windows File Edit Copy Settings… Kopieer geselecteerde Tool Chest instellingen voor het beeld in het actieve venster naar het klembord. Er verschijnt een dialoog waarin u de gewenste instellingen kunt selecteren. Print… Druk het beeld in het actieve venster af. Print Preview Bekijk een preview van het af te drukken beeld. Print Setup… Wijzig de printerinstellingen. Open… Open een beeldbestand.
Windows View Image Settings Toolbar Toon of verberg de werkbalk. Status Bar Toon of verberg de statusbalk. Tool palettes Aan het einde van het View menu wordt een lijst met Tool Chests getoond. Selecteer deze optie om de Tool Chests weer te geven of te verbergen. Zoom In Zoom in op het beeld in het actieve venster. Zoom Out Zoom het beeld in het actieve venster uit. Progress Window Selecteer deze optie om het voortgangsvenster te tonen of verbergen. Selection Cursor Selecteer de uitsnede-cursor.
Windows Scanner (alleen getoond wanneer scanvenster actief is) Tools Tile Laat beeldvenster elkaar niet overlappen. Settings Show Nikon Browser Open het Nikon Browser onderdeel van Nikon View. Film Type Selecteer het filmtype dat u wilt scannen. Scan Color Space Kies de kleurinstelling voor de scan. Bit Depth Kies de scanbitdiepte. Selecteer deze optie om instellingen voor alle tool-paletten of alleen geselecteerde tool-paletten te kopiëren, bewaren, laden, verwijderen of terug te zetten.
Macintosh (Mac OS X) Application menu File (vervolg) Edit Copy All Settings Kopieer alle Tool Chest instellingen voor het beeld in het actieve venster naar het klembord. Close Sluit het actieve venster. Save Bewaar het beeld in het actieve venster. About Nikon Scan… Geef informatie over de versie van Nikon Scan weer. Preferences… Geef de “Preferences” dialoog weer. Quit Nikon Scan 4 Verlaat Nikon Scan. Save As… Bewaar het beeld in het actieve venster onder een nieuwe naam.
Macintosh (Mac OS X) View Image Show Grid Toon of verberg het layout-raster in het actieve venster. Progress Monitor Toon de scanvoortgangsdialoog. Zoom In Zoom in op het beeld in het actieve venster. Zoom Out Zoom het beeld in het actieve venster uit. Tool palettes Aan het einde van het View menu wordt een lijst met Tool Chests getoond. Selecteer deze optie om de Tool Chests weer te geven of te verbergen.
Macintosh (Mac OS X) Scanner (alleen getoond wanneer scanvenster actief is) Tools Help Settings Show Nikon Browser Open het Nikon Browser onderdeel van Nikon View. Film Type Selecteer het filmtype dat u wilt scannen. Color Space Kies de kleurinstelling voor de scan. Bit Depth Kies de scanbitdiepte. Selecteer deze optie om instellingen voor alle tool-paletten of alleen geselecteerde tool-paletten te kopiëren, bewaren, laden, verwijderen of terug te zetten.
Macintosh (Mac OS 9) Apple menu File (vervolg) About Nikon Scan… Geef informatie over de versie van Nikon Scan weer. File Edit Copy All Settings Kopieer alle Tool Chest instellingen voor het beeld in het actieve venster naar het klembord. Save As… Bewaar het beeld in het actieve venster onder een nieuwe naam. Revert Deze opdracht kan niet worden gebruikt. Page Setup… Wijzig de printerinstellingen. Print… Druk het beeld in het actieve venster af. Quit Verlaat Nikon Scan.
Macintosh (Mac OS 9) View Image Show Grid Toon of verberg het layout-raster in het actieve venster. Progress Monitor Toon de scanvoortgangsdialoog. Zoom In Zoom in op het beeld in het actieve venster. Tool palettes Aan het einde van het View menu wordt een lijst met Tool Chests getoond. Selecteer deze optie om de Tool Chests weer te geven of te verbergen. Zoom Out Zoom het beeld in het actieve venster uit. Hand Cursor Selecteer de handcursor. Selection Cursor Selecteer de uitsnede-cursor.
Macintosh (Mac OS 9) Scanner (alleen getoond wanneer scanvenster actief is) Tools Help Settings Show Nikon Browser Open het Nikon Browser onderdeel van Nikon View. Selecteer deze optie om instellingen voor alle tool-paletten of alleen geselecteerde tool-paletten te kopiëren, bewaren, laden, verwijderen of terug te zetten. Film Type Selecteer het filmtype dat u wilt scannen. Color Space Kies de kleurinstelling voor de scan. Bit Depth Kies de scanbitdiepte.
Nikon View Beelden doorbladeren Wanneer u Show Nikon Browser selecteert in het Tools menu van Nikon Scan, wordt het Nikon Browser onderdeel van Nikon View geopend. Hierin kunt u beeldbestanden die u op uw harde schijf heeft bewaard doorbladeren en geselecteerde beelden bekijken, bewerken en afdrukken. Raadpleeg voor meer informatie de Nikon View Naslaggids of de online hulpfunctie voor Nikon View.
Scan index Index voor de scanopties Hieronder staan de meest voorkomende scanhandelingen vermeld. Klik op de links om naar de bijbehorende onderdelen in deze handleiding te gaan.
Beeldgrootte en resolutie Handeling De beeldgrootte en uitvoerresolutie instellen Crop ( 36) Beeldverbetering Handeling De helderheid en kleurverzadiging automatisch wijzigen voor hoog contrast Scan Image Enhancer ( Het effect van stof en krassen verminderen Digital ICE4 Advanced—Digital ICE ( Verbleekte kleuren herstellen Digital ICE4 Advanced—Digital ROC ( Het effect van filmkorrel verminderen 70) 62) 63) 4 Digital ICE Advanced—Digital GEM ( 64) 4 Doortekening in de hoge lichten en schaduwe
Batch scannen, automatische bewerkingen en scanvensterinstellingen Handeling Scanvensterinstellingen opnieuw gebruiken Het instellingenmenu ( 17) Handelingen opgeven om vóór en na een enkele scan uit te voeren Voorkeuren—Single Scan ( 95) Handelingen opgeven om vóór, tijdens en na een batch scan uit te voeren Voorkeuren—Batch Scan ( 96) Het standaard bestandsformaat kiezen Voorkeuren—File Saving ( 99) Handelingen opgeven om bij het invoeren van een film uit te voeren Voorkeuren—Automatic Action
Bijlagen Problemen oplossen, begrippenlijst en geheugenvereisten Bijlagen Bijlage A: Problemen oplossen .............................................. 132–133 Bijlage B: Begrippenlijst ......................................................... 134–137 Bijlage C: Geheugenvereisten (alleen Mac OS 9) ................
Bijlage A Problemen oplossen Mochten zich problemen voordoen bij het gebruik van Nikon Scan, kijk dan eerst op de onderstaande lijst voordat u de Nikon vertegenwoordiging raadpleegt. Probleem Mogelijke oorzaak • De scanner staat uit of is niet aangesloten. Sluit de scanner aan zoals beschreven in de gebruikshandleiding bij de scanner. • De USB of IEEE 1394 (Firewire) interface is niet juist geïnstalleerd, of de stuurprogramma’s ontbreken of zijn verminkt.
Probleem Mogelijke oorzaak • Het monitorprofiel dat gekozen is in de categorie “Color Management” van de “Preferences” dialoog is niet geschikt voor uw monitor. • Het CMYK-profiel dat gekozen is in de categorie “Color Management” van de “Preferences” dialoog is niet geschikt voor de printer. De kleuren stemmen niet overeen met • Het RGB-kleurruimteprofiel dat gekozen is in de categorie “Color Management” van de die van het origineel.
Bijlage B Begrippenlijst In de onderstaande begrippenlijst treft u definities aan voor een aantal termen die in deze handleiding voorkomen. Term Definitie Bitdiepte Het aantal bits dat is gebruikt om kleur weer te geven, ook wel kleurdiepte genoemd. De bitdiepte bepaalt de hoeveelheid kleurinformatie in een beeld. Hoe groter de bitdiepte, des te groter het aantal kleuren en nuanceringen dat kan worden uitgedrukt.
Term Definition Gamut Zie Kleurbereik Grayscale Zie Zwart/Wit Grijspunt Regelt het uitvoerniveau voor de middentonen in het originele beeld. Zie ook Toon, Tooncurve. Halo width Zie Straal Histogram Een staafdiagram dat de verdeling van tonen of kleurverzadiging in een beeld weergeeft. De horizontale as toont het toonniveau (helderheid) of de kleurverzadiging, de verticale as het aantal pixels.
Term Definition NEF Nikon Electronic Image Format, een beeldbestandformaat ontwikkeld door Nikon om beeldinformatie met een hoge resolutie te ondersteunen. In Windows hebben NEF-bestanden de extensie “.nef”. Het voordeel van NEF is dat gebruikersinstellingen als curves en kleurbalans wel worden bewaard, maar niet op de originele beeldinformatie worden toegepast. NEF-beelden kunnen daardoor herhaaldelijk worden bewerkt en bewaard, zonder dat dit nadelig effect heeft op het originele beeld.
Term Definition Threshold Zie Drempel Thumbnail Een kleine preview-beeld, het digitale equivalent van een contactafdruk van een fotorolletje. Als de huidige adapter in staat is meerdere beelden te lezen, worden de thumbnails in de thumbnail-lade van het scanvenster getoond. TIFF Tagged Image File Format, een beeldbestandformaat voor kleuren- of zwart/witbeelden, geschikt voor het bewaren van bitmapafbeeldingen zoals digitale foto’s.
Bijlage C Geheugenvereisten (alleen Mac OS 9) Onder Mac OS 9 is de hoeveelheid geheugen benodigd voor de host-applicatie afhankelijk van de scanner die wordt gebruikt. De volgende tabel vermeldt de aanbevolen hoeveelheid geheugen van uw systeem welke nodig is voor een volledig gebruik van alle scannerfuncties, samen met de aanbevolen hoeveelheid geheugen die u aan Nikon Scan (gebruikt als zelfstandige applicatie) dient toe te kennen.
Geheugen toewijzen aan de host-applicatie 1. Controleer of de host-applicatie niet draait, open de applicatiemap en klik eenmaal op het pictogram van de host-applicatie om de applicatie te selecteren. Om meer geheugen aan Nikon Scan toe te wijzen wanneer Nikon Scan als zelfstandige applicatie wordt gebruikt, opent u de “Nikon Software:Nikon Scan 4” map in de installatielocatie (de standaard installatiemap is de “Applications” map op de opstartschijf). Klik vervolgens op het Nikon Scan pictogram. 2.
