User manual

232
n
Behandeling van uw camera
Reinigen
Gebruik geen alcohol, thinner of andere vluchtige vloeistoffen.
Opslag
Wanneer de camera gedurende langere tijd niet wordt gebruikt,
verwijdert u de batterij, plaatst u het afdekkapje over de aansluitingen
en bewaart u de batterij op een koele, droge plek.
U voorkomt de
vorming van schimmel of meeldauw door de camera in een droge,
goed geventileerde ruimte te bewaren.
Berg de camera niet op met
nafta- of kamfermottenballen of in de volgende omstandigheden:
in ruimten die slecht geventileerd of vochtig zijn (met een
luchtvochtigheid van 60% of meer)
in de nabijheid van apparaten die sterke elektromagnetische
velden genereren, zoals televisie- of radiotoestellen
in ruimten waar de temperatuur hoger is dan 50 °C of lager dan
–10 °C
Camerabody
Gebruik een blaasbalgje om stof of vuil te verwijderen en veeg de
camerabody vervolgens schoon met een zachte, droge doek.
Verwijder na gebruik van de camera op het strand of aan zee
eventueel zand of zout met een doek die licht bevochtigd is in
gedistilleerd water en droog de camera daarna grondig af.
Belangrijk: vuil of stof in de camera kan schade veroorzaken die niet
door de garantie wordt gedekt.
Objectief
Dit glazen element is gevoelig voor beschadigingen.
Verwijder
stof en vuil met een blaasbalgje.
Als u een luchtspuitbus
gebruikt, houd de bus dan verticaal om te voorkomen dat er
vloeistof uit de bus lekt.
Verwijder vingerafdrukken en andere
vlekken door een beetje lensreiniger op een zachte, droge doek
aan te brengen en het glas voorzichtig schoon te vegen.
Monitor
Verwijder stof en vuil met een blaasbalgje.
Voor het weghalen
van vingerafdrukken en andere vlekken kunt u het oppervlak
voorzichtig schoonvegen met een zachte, droge doek of zeem.
Oefen hierbij geen druk uit, aangezien dit kan leiden tot schade
of storing.