Naslaggids (PDF)

Table Of Contents
A
Persoonlijke instellingen: camera-instellingen nauwkeurig afstellen
380
b2: Centrumgericht gebied
G
knopU
A
menu Aangepaste instellingen
Wanneer [ C
entrumgerichte meting ] is geselecteerd, kent de camera
het grootste gewicht toe aan een gebied in het midden van het
opnamescherm bij het instellen van de belichting. Persoonlijke instelling
b2 [ Centrumgerichte meting] wordt gebruikt om de grootte te
kiezen van het gebied waaraan het grootste gewicht wordt toegekend
wanneer [ Centrumgerichte meting ] is geselecteerd.
b3: V
erjn de optimale belichting
G
knopU
A
menu Aangepaste instellingen
Gebruik deze optie om de door de camera geselecteerde
belich
tingswaarde jn af te stemmen; belichting kan voor elke
meetmethode apart worden afgesteld. De belichting kan omhoog
worden aangepast voor heldere belichtingen of omlaag voor donkere
belichtingen in het bereik van +1 tot −1 LW in stappen van 1/6 LW. De
standaardwaarde is 0.
D Belichting nauwkeurig afstellen
Ongeacht de optie die is geselecteerd voor persoonlijke instelling b3
[ O
ptimale belichting nauwkeurig afstellen ], wordt het pictogram voor
belichtingscompensatie (
E
) niet weergegeven. De enige manier om te
bepalen hoeveel belichting is gewijzigd, is door de hoeveelheid te bekijken
in het jnafstellingsmenu voor persoonlijke instelling b3.