Operation Manual

Table Of Contents
53Basisinstellingen
Basisinstellingen
Dit hoofdstuk beschrijft de basisopname- en weergave-instellingen.
Scherpstelling kan automatisch, handmatig of met behulp van de
aanraakbediening worden aangepast. Hoe de camera scherpstelt is
afhankelijk van de door u gekozen scherpstelstand en AF-veldstand.
Een scherpstelstand kiezen
De scherpstelstand regelt hoe de camera
scherpstelt. De scherpstelstand kan
worden geselecteerd met behulp van de
Scherpstelstand-items in het i-menu en
de foto- en filmopnamemenu’s (0 113,
131, 137).
Bij standaardinstellingen kan de scherpstelstand ook worden
geselecteerd door de Fn2-knop ingedrukt te houden en aan de
hoofdinstelschijf te draaien (0 24).
Scherpstelling
Optie Beschrijving
AF-S
Enkelvoudige
AF
Voor stilstaande onderwerpen. Druk de ontspanknop
half in om scherp te stellen. Als de camera niet kan
scherpstellen, wordt het scherpstelpunt groen
weergegeven; de scherpstelling vergrendelt terwijl de
ontspanknop half wordt ingedrukt. Als de camera niet
kan scherpstellen, knippert het scherpstelpunt rood. Bij
standaardinstellingen kan de sluiter alleen worden
ontspannen als de camera kan scherpstellen
(scherpstelprioriteit).