Operation Manual

13
WAARSCHUWING! Verwijder
de stroomstekker altijd uit het
contact voordat u tot onderhoud
of reiniging overgaat.
Respecteer de volgende punt-
en om langdurig probleemloos
functioneren te waarborgen:
z Spoel de tuinslang, hoge-
drukslang, sproeilans en
accessoires door voordat u
deze monteert.
z Verwijder alle stof en zand
van de aansluitingen. Zorg
dat de pal op de vastklikbare
sproeilans niet door zand of
vuil wordt geblokkeerd.
z Spoel schoonmaakmiddelen
na gebruik weg uit de sproei-
accessoires.
z Reinig de sproeikoppen.
Alle reparaties moeten door
een erkend reparateur met
originele reserveonderdelen
worden uitgevoerd.
7 Onderhoud
7.1 Reiniging van het
watertoevoerfi lter
Reinig al naar gelang het ge-
bruik het watertoevoerfi lter één
keer per maand of vaker. Maak
het fi lter voorzichtig los met een
tang en reinig het. Controleer of
het onbeschadigd is voordat u
het terugplaatst.
Het fi lter moet altijd in de water-
toevoerleiding worden aange-
bracht om zand, kalksteen en
andere onzuiverheden weg te
lteren en beschadiging van de
pompkleppen te voorkomen.
LET OP: de garantie vervalt
als u het fi lter niet aanbrengt.
7.2 Sproeikoppen reinigen Een verstopte sproeikop een
te hoge druk in een pomp
veroorzaken. Daarom moet de
sproeikop onmiddellijk gerein-
igd worden.
1. Schakel het apparaat uit en
verwijder de sproeikop.
2. Reinig de sproeikop. BE-
LANGRIJK: Gebruik het
reinigingsinstrument voor
sproeikoppen (11) alleen
wanneer de sproeikop is
losgemaakt.
3. Spoel de sproeikop naar
achter met water door.