Operation Manual

Er wordt een WLAN-verbinding tot stand gebracht als u een
gegevensverbinding maakt met een internettoegangspunt
voor een WLAN. De actieve WLAN-verbinding wordt
verbroken als u de gegevensverbinding verbreekt.
U kunt een WLAN gebruiken tijdens een gesprek of wanneer
pakketgegevens actief zijn. U kunt met maximaal één WLAN-
toegangspunt tegelijkertijd verbinding hebben, maar
verschillende toepassingen kunnen hetzelfde
internettoegangspunt gebruiken.
Als het offline profiel is ingesteld voor het apparaat, kunt nog
steeds een WLAN gebruiken (indien beschikbaar). Zorg ervoor
dat u voldoet aan de veiligheidseisen wanneer u een WLAN-
verbinding tot stand brengt en gebruikt.
Tip: Als u het unieke MAC-adres (Media Access Control)
voor het apparaat wilt controleren, opent u de
kiesfunctie en typt u #62209526# .
WLAN-wizard
Selecteer Menu > Instellingen en Connectiviteit >
Wireless LAN.
De WLAN-wizard helpt u verbinding maken met een
draadloos LAN (WLAN) en uw WLAN-verbindingen beheren.
Als WLAN's worden gedetecteerd, en u wilt een
internettoegangspunt (IAP) creëren voor een verbinding en
de webbrowser starten met dit IAP, selecteert u de
verbinding en Browsen starten.
Als u een beveiligd WLAN selecteert, wordt u verzocht het
betreffende wachtwoord in te voeren. Als u verbinding maakt
met een verborgen netwerk, moet u de juiste netwerknaam
(service set identifier, SSID) invoeren.
Als de webbrowser reeds werkt met de huidige actieve
WLAN-verbinding, en u wilt terugkeren naar de webbrowser,
selecteert u Doorgaan met browsen. Als u de actieve
verbinding wilt beëindigen, selecteert u de verbinding en
WLAN-verb. verbreken.
WLAN-internettoegangspunten
Selecteer Menu > Instellingen en Connectiviteit >
Wireless LAN > Opties.
Maak een keuze uit de volgende opties:
WLAN-netwrkn filteren — Filter WLAN's uit de lijst met
gevonden netwerken. De volgende keer dat de toepassing
WLAN's zoekt, worden de geselecteerde netwerken niet
weergegeven.
Details — Hiermee kunt u de details bekijken van een
netwerk dat in de lijst wordt weergegeven. Als u een
actieve verbinding selecteert, worden de
verbindingsgegevens weergegeven.
Bedieningsmodi
Een WLAN heeft twee bedieningsmodi: infrastructuur en
adhoc.
In de infrastructuurmodus zijn twee soorten communicatie
mogelijk: draadloze apparaten zijn met elkaar verbonden via
een WLAN-toegangspunt of draadloze apparaten zijn op een
LAN aangesloten via een WLAN-toegangspunt.
Connectiviteit
© 2009 Nokia. Alle rechten voorbehouden.80