Operation Manual

19
Oproepen
Snelkeuze
U kunt een telefoonnummer toewijzen aan één van de snelkeuzetoetsen: toets
3 t/m 9.
1. Selecteer Menu > Contacten > Snelkeuze.
2. Blader naar het gewenste snelkeuzenummer.
3. Selecteer Wijs toe als er nog geen nummer aan de toets is toegewezen of
Opties > Wijzigen als dit wel het geval is.
4. Selecteer Zoeken en vervolgens het contact dat u wilt toewijzen.
Als de functie Snelkeuze is uitgeschakeld, wordt gevraagd of u deze functie wilt
activeren.
Selecteer Menu > Instellingen > Oproepen > Snelkeuze > Aan of Uit.
Als u een nummer wilt bellen, houdt u de snelkeuzetoets ingedrukt totdat de
oproep begint.
Uitgebreide spraakgestuurde nummerkeuze
U kunt een oproep plaatsen door de naam uit te spreken van de persoon die in de
lijst met contacten van de telefoon is opgeslagen. Als u een contactpersoon voor
de spraakgestuurde nummerkeuze wilt instellen, selecteert u Menu >
Instellingen > Telefoon > Spraakherkenning > Taal sprkherkenning en volgt u de
instructies op het scherm.
Houdt u rekening met het volgende voordat u spraaklabels gebruikt:
Spraaklabels zijn niet taalgevoelig. Ze zijn afhankelijk van de stem van de spreker.
U moet de naam exact zo uitspreken zoals u deze hebt opgenomen.
Spraaklabels zijn gevoelig voor achtergrondgeluiden. Neem de spraaklabels op en
gebruik ze in een rustige omgeving.
Erg korte namen worden niet geaccepteerd. Gebruik lange namen en vermijd het gebruik
van soortgelijke namen voor verschillende nummers.
Opmerking: Het gebruik van spraaklabels kan moeilijkheden opleveren in een
drukke omgeving of tijdens een noodgeval. Voorkom dus onder alle
omstandigheden dat u uitsluitend van spraaklabels afhankelijk bent.
Opties tijdens een gesprek
Veel van de opties die u tijdens gesprekken kunt gebruiken, zijn netwerkdiensten.
Neem contact op met uw serviceprovider voor informatie over beschikbaarheid
van netwerkdiensten.