Operation Manual

Copyright © 2004 Nokia. All rights reserved.
Persoonlijke gegevens
27
5 Wanneer u het spraaklabel opslaat, verschijnt de tekst Spraaklabel opgeslagen en hoort
u een pieptoon. Naast het nummer op de contactkaart verschijnt het symbool .
Bellen via een spraaklabel
1 Houd ingedrukt in de standby-modus. U hoort een korte toon en de tekst Spreek
nu verschijnt.
2 Als u belt via een spraaklabel moet u de telefoon op een korte afstand van uw mond
houden en het spraaklabel duidelijk uitspreken.
3 Het spraaknummer wordt herhaald, de naam en het nummer worden weergegeven en
na een paar seconden wordt het nummer in kwestie gekozen.
Als het spraaklabel niet wordt herkend of als het verkeerde wordt afgespeeld, drukt u
op Nogmaals.
U kunt voicedialling niet gebruiken tijdens een gegevensoproep of als er een GPRS-
verbinding actief is.
Snelkeuzetoetsen toewijzen
Via snelkeuzetoetsen kunt u snel veelgebruikte nummers bellen. U kunt aan acht
telefoonnummers een snelkeuzetoets toewijzen. Nummer 1 is gereserveerd voor de
voicemailbox.
1 Open de contactkaart waarvoor u een snelkeuzetoets wilt instellen en
selecteerOpties Snelkeuze toewijz.. Het snelkeuzerooster met de nummers 1 t/m 9
wordt geopend.
2 Ga naar een nummer en druk op Toewijz.. Bij terugkeer naar de weergave Contactinfo
ziet u het snelkeuzesymbool bij het nummer.
U kunt het telefoonnummer nu bellen door in de standby-modus op de snelkeuzetoets
en te drukken.