Operation Manual
Copyright © 2004 Nokia. All rights reserved.
Allerlei
76
• Proxy-poortnummer - het poortnummer van de proxyserver.
Neem contact op met uw Internet-serviceprovider als u deze instellingen moet invoeren.
De volgende instellingen worden weergegeven als u Data-oproep hebt ingesteld als
verbindingstype:
• Terugbellen gebruik. - deze optie zorgt ervoor dat de server u terugbelt na de eerste
oproep. Neem contact op met uw aanbieder als u zich op deze dienst wilt abonneren.
voor de terugbeloproep moeten dezelfde instellingen worden gebruikt als voor het
terugbelverzoek. Het netwerk moet dit type oproep in beide richtingen ondersteunen,
zowel naar als van de telefoon.
• Terugbellen - beschikbare opties zijn Gebruik servernr. / Gebruik ander nr.. Informeer bij
de aanbieder van de dienst naar de juiste instelling. Deze hangt af van de configuratie
van de dienst.
• Terugbelnummer - Typ het telefoonnummer dat de terugbelserver moet bellen. Dit is
doorgaans het telefoonnummer voor dataoproepen van uw telefoon.
• Gbrk PPP-compressie - als u Ja kiest, wordt de gegevensoverdracht versneld (als dit
wordt ondersteund door de remote PPP-server). Als u problemen ondervindt bij het
maken van verbinding, kiest u hier Nee. Neem contact op met de aanbieder van de
dienst voor advies.
• Login-script gebruik. - beschikbare opties zijn Ja / Nee.
• Login-script - voeg hier het login-script in.
• Initialisatie modem (tekenreeks voor modeminitialisatie) - eventuele AT-opdrachten
voor modembesturing. Geef zo nodig de tekens op die de operator van het GSM-
netwerk of de Internet-aanbieder aangeven.
Packet-gegevens
Ga naar Instellingen→
Verbinding→ Packet-
gegevens.
De GPRS-instellingen gelden voor alle toegangspunten waarvoor een
pakketdataverbinding wordt gebruikt.
Packet-ggvnsverb. - als u Autom. bij signaal kiest en het netwerk pakketdata ondersteunt,
wordt de telefoon automatisch bij het GPRS-netwerk aangemeld en worden SMS-