Operation Manual

Als u een bijlage wilt openen, selecteert u de bijlage en drukt u op Openen.
Als u een bijlage wilt opslaan, selecteert u de bijlage en drukt u op Opslaan.
Als u een bijlage wilt verwijderen, selecteert u de bijlage en drukt u op Lok. item verwijderen. Een kopie van de bijlage blijft op
de e-mailserver aanwezig.
De voorkeuren voor het beantwoorden en weergeven van e-mailberichten wijzigen
Open een ontvangen e-mailbericht en druk op Voorkeuren....
Als u de tekst van het ontvangen e-mailbericht wilt opnemen in uw antwoordberichten, selecteert u Bericht bijvoegen in
antwoord, drukt u op Wijzigen en selecteert u Ja.
Als u het lettertype of de tekengrootte van de tekst wilt definiëren, selecteert u het betreffende veld en drukt u op Wijzigen.
Selecteer het nieuwe lettertype of de nieuwe tekengrootte en druk op OK.
Instellingen e-mailaccount
Alle wijzigingen die u aanbrengt in de e-mailinstellingen, hebben invloed op de manier waarop uw e-mailberichten worden
verzonden en ontvangen.
Druk op Menu, selecteer Extra > Instellingen... en druk op Nieuw.
Ga naar het type account dat u wilt maken en druk op OK.
Tip: U kunt E-mail- of Externe e-mail-accounts maken. Wanneer u een e-mailbericht maakt om met de Nokia 9300 te
verzenden, gebruikt u de e-mailaccount. Wanneer u het apparaat synchroniseert met Nokia PC Suite, gebruikt u de
externe-e-mailaccount.
U hoeft alleen instellingen te definiëren voor e-mailaccounts.
Definieer de volgende instellingen op het tabblad Standaard:
Naam e-mailaccount — Voer een beschrijvende naam in voor de verbinding. De naam kan uit maximaal 25 tekens bestaan.
Eigen naam — Typ uw naam.
Gebruikersnaam — Voer uw gebruikersnaam in. Deze hebt u ontvangen van de serviceprovider.
Wachtwoord — Typ uw wachtwoord. Als u dit veld leeg laat, wordt naar een wachtwoord gevraagd wanneer u verbinding
probeert te maken met uw mailbox.
E-mailadres — Typ het e-mailadres dat de serviceprovider u heeft verstrekt. Het adres moet het @-teken bevatten.
Antwoorden op uw berichten worden naar dit adres gezonden.
Internettoegang — Selecteer het internettoegangspunt dat u wilt gebruiken.
Standaardaccount — Als u meerdere e-mailaccounts hebt ingesteld, selecteert u de e-mailaccount die u als standaardaccount
wilt gebruiken.
Tip: Wanneer u het e-mailbericht opstelt, wordt de account die voor verzending wordt gebruikt, weergegeven onder
het e-mailpictogram naast de geadresseerde en het onderwerp.
Definieer de volgende instellingen op het tabblad Servers:
Type e-mailaccount — Selecteer het e-mailprotocol dat de serviceprovider van uw externe mailbox heeft aanbevolen. Deze
instelling kan slechts één keer worden geselecteerd en kan niet meer worden gewijzigd nadat u de mailboxinstellingen hebt
opgeslagen of het instellingenvenster hebt gesloten.
Tip: POP3 is een versie van Post Office Protocol, een standaardprotocol voor het ontvangen van e-mail van uw externe
server. Met POP3 kunt u uw externe mailbox controleren en e-mailberichten downloaden. IMAP4 is een versie van
Internet Message Access Protocol, een standaardprotocol voor toegang tot e-mail op uw externe server. Met IMAP4
kunt u zoekopdrachten uitvoeren in berichten en mappen op de server, en berichten en mappen op de server maken,
verwijderen en beheren.
Server (uitgaand) — Voer het IP-adres of de hostnaam in van de computer die uw e-mailberichten verzendt.
Server (inkomend) — Voer het IP-adres of de hostnaam in van de computer die uw e-mailberichten ontvangt.
SMTP-verificatie gebruiken — Geef aan of de SMTP-server (Simple Mail Transfer Protocol) verificatie vereist en voer de SMTP-
gebruikersnaam en het SMTP-wachtwoord in.
Definieer de volgende instellingen op het tabblad Roaming:
Verbinding automatisch wijzigen — Geef op of de communicator automatisch tussen verbindingen moet schakelen als de
verbinding met het primaire internettoegangspunt verbroken wordt.
Tweede toegang, Derde toegang en Vierde toegang — Definieer de overige mogelijke opties voor internettoegang.
B e r i c h t e n
Copyright © 2004-2005 Nokia. All Rights Reserved. 34