Operation Manual

beveiliging; de beveiliging wordt pas verbeterd als de certificaten correct, authentiek of vertrouwd zijn. Certificaten
hebben een beperkte levensduur. Als wordt aangegeven dat het certificaat is verlopen of dat het nog niet geldig is,
terwijl het certificaat geldig zou moeten zijn, controleert u dan of de huidige datum en tijd van het apparaat goed zijn
ingesteld.
Voordat u certificaatinstellingen wijzigt, moet u controleren of de eigenaar van het certificaat kan worden vertrouwd
en of het certificaat werkelijk van de opgegeven eigenaar afkomstig is.
Digitale certificaten kunnen voor het volgende worden gebruikt:
verbinding maken met een on line bankiersdienst of een andere site of externe server om vertrouwelijke gegevens over te
brengen
het risico op virussen of andere schadelijke software verkleinen en de betrouwbaarheid van software controleren tijdens het
downloaden en installeren
Certificaten beheren
Persoonlijke certificaten zijn certificaten die aan u zijn uitgevaardigd. Deze certificaten worden vermeld op het tabblad
Gebruiker.
Autorisatiecertificaten worden vermeld op het tabblad Overige. Deze worden door bepaalde diensten, zoals bankiersdiensten,
gebruikt om de geldigheid van andere certificaten te controleren.
Als u certificaten wilt toevoegen, selecteert u Beveiliging > Certificaatbeheer. Druk op Toevoegen om een nieuw certificaat toe
te voegen. U kunt dan bladeren om naar het certificaatbestand te zoeken. Druk op Verwijderen om een geselecteerd certificaat
te verwijderen.
Als u de betrouwbaarheid van een certificaat wilt controleren, selecteert u Beveiliging > Certificaatbeheer. Selecteer een
certificaat en druk op Details. In het veld Uitgegeven aan: wordt de eigenaar van het certificaat vermeld. Controleer of dit veld
inderdaad de naam bevat van de eigenaar van het certificaat. Het veld Vingerafdruk: bevat de unieke identificatie van het
certificaat. Raadpleeg de helpdesk of klantenondersteuning van de eigenaar van het certificaat en vraag naar de MD5-
handtekening van het certificaat. Vergelijk de 'handtekening' met de handtekening in het dialoogvenster.
Tip: De betrouwbaarheid van een certificaat controleren zodra een nieuw certificaat wordt toegevoegd.
Als u de vertrouwensinstellingen van een certificaat wilt wijzigen, selecteert u Beveiliging > Certificaatbeheer. Selecteer het
certificaat, druk op Details en druk op Vertrouwensinstellingen. Afhankelijk van het certificaat wordt een lijst met toepassingen
weergegeven die het geselecteerde certificaat kunnen gebruiken. Selecteer een toepassingsveld en wijzig de waarde in Ja of
Nee. De vertrouwensinstellingen van een persoonlijk certificaat kunnen niet gewijzigd worden.
Als u het wachtwoord voor de persoonlijke sleutelopslag wilt wijzigen, selecteert u Beveiliging > Certificaatbeheer. Open het
tabblad Wachtwoord en druk op Wijzig wachtw.. Voer het huidige wachtwoord in, druk op OK en voer tweemaal het nieuwe
wachtwoord in. U hebt het wachtwoord voor de persoonlijke sleutelopslag nodig wanneer u persoonlijke certificaten gebruikt.
De persoonlijke sleutelopslag bevat de vertrouwelijke sleutels die bij persoonlijke certificaten worden geleverd.
Extra's
Ga naar Bureaublad > Extra > Config.scherm > Extra's.
Info
Als u het versienummer van de software wilt weergeven, selecteert u Extra's > Info en schuift u naar de onderkant van het
dialoogvenster.
Privacy locatie
Sommige netwerken bieden anderen de mogelijkheid om naar de locatie van uw communicator te vragen (netwerkdienst).
Voor deze dienst is een aparte locatiemodule nodig.
Als u het apparaat wilt instellen op het accepteren of weigeren van alle locatieverzoeken, selecteert u Extra's > Privacy locatie
en selecteert u het veld Verificatiebeleid. Selecteer Alles accepteren of Alles weigeren.
Logboek locatieverzoek
Als u het logboek met locatieverzoeken wilt weergeven, selecteert u Extra's > Logboek locatieverzoek. Het logboek bevat een
lijst met ontvangen locatieverzoeken, waarbij de naam of het telefoonnummer van de aanvrager, samen met de tijd en datum
worden weergegeven. Bovendien wordt vermeld of het verzoek is geaccepteerd.
HP-printerselectie
Zie 'Instellingen voor mobiel afdrukken beheren', p. 92.
C o n f i g . s c h e r m
Copyright © 2004-2005 Nokia. All Rights Reserved. 72