Operation Manual

NEDERLANDS
Aan de slag
De hoofdtelefoon bevat de volgende
onderdelen zoals weergegeven op de
titelpagina: volumeregelaar (1),
multifunctietoets (2), indicatorlampje
(3), aansluiting voor oplader (4),
oorstuk (5) en microfoon (6).
U kunt de hoofdtelefoon pas gebruiken
nadat u de batterij hebt geladen en de
hoofdtelefoon aan een compatibele
telefoon hebt gekoppeld.
Bepaalde delen van het apparaat zijn
magnetisch. Metalen voorwerpen kunnen
worden aangetrokken door het apparaat.
Houd creditcards en andere magnetische
opslagmedia uit de buurt van het apparaat,
omdat de gegevens die op deze media zijn
opgeslagen, kunnen worden gewist.
Laders
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik met
één van de volgende laders: AC-3, AC-4,
AC-5 en DC-4.
Waarschuwing: Gebruik
alleen laders die door Nokia
zijn goedgekeurd voor gebruik
met deze headset. Het gebruik van alle
andere typen kan de goedkeuring of
garantie doen vervallen en kan gevaarlijk
zijn.
Trek altijd aan de stekker en niet aan het
snoer als u toebehoren losmaakt.
De batterij opladen
Lees voordat u de batterij oplaadt eerst
zorgvuldig “Informatie over de batterij”.
1. Sluit de lader aan op een stopcontact.
2. Sluit de lader aan op de headset (7).
Tijdens het laden brandt het rode
indicatorlampje en kan de headset
niet worden gebruikt. Het kan 2 uur
duren voordat de batterij volledig is
opgeladen.
3. Als de batterij geheel is opgeladen,
brandt het groene indicatorlampje.