Operation Manual

Dial-up Networking Profile, File Transfer Profile,
Hands-Free Profile, Headset Profile, Human
Interface Device Profile, Object Push Profile, SIM
Access Profile, Synchronization Profile, Serial Port
Profile en Phonebook Access Profile. Gebruik door
Nokia goedgekeurde toebehoren voor dit model als
u verzekerd wilt zijn van compatibiliteit met andere
apparatuur die Bluetooth-technologie
ondersteunt. Informeer bij de fabrikanten van
andere apparatuur naar de compatibiliteit met dit
apparaat.
Op sommige plaatsen gelden beperkingen voor het
gebruik van Bluetooth-technologie. Raadpleeg de
lokale autoriteiten of serviceprovider voor meer
informatie.
Als functies gebruikmaken van Bluetooth-
technologie of als dergelijke functies op de
achtergrond worden uitgevoerd terwijl u andere
functies gebruikt, vergt dit extra batterijcapaciteit
en neemt de levensduur van de batterij af.
Als het apparaat is vergrendeld, kunt u Bluetooth-
connectiviteit niet gebruiken.
Instellingen
Druk op en selecteer Instrumenten >
Bluetooth.
Wanneer u de toepassing de eerste keer opent,
wordt u gevraagd een naam te definiëren voor het
apparaat. U kunt de naam later wijzigen.
Maak een keuze uit de volgende opties:
Bluetooth — Stel Bluetooth-connectiviteit eerst
in op Aan en maak vervolgens verbinding als u
een draadloze verbinding met een ander
compatibel apparaat wilt maken. Selecteer Uit
als u Bluetooth-connectiviteit wilt uitschakelen.
Waarneembaarh. tel. — Selecteer
Waarneembaar als het apparaat mag worden
gedetecteerd door andere apparaten via
draadloze Bluetooth-technologie. Selecteer
Periode opgeven als u wilt instellen na hoeveel
tijd de zichtbaarheid wordt veranderd van
weergegeven in verborgen. Selecteer
Verborgen als u het apparaat wilt verbergen
voor andere apparaten.
Naam van mijn telef. — Wijzig de naam die
wordt weergegeven aan andere apparaten die
draadloze Bluetooth-technologie gebruiken.
Externe SIM-modus — Selecteer Aan als u een
ander apparaat wilt inschakelen, zoals een
compatibele carkit, om via de SIM-kaart in het
apparaat verbinding te maken met het netwerk.
Zie 'Externe SIM-modus', p. 121.
118
Verbindingen