Operation Manual

STARTUITSTEL
Met de toets STARTUITSTEL kunt u
de start van een programma 3, 6 of
9 uur uitstellen.
1. Selecteer het programma en de extra
functies.
2. Druk zo vaak als nodig op de toets STAR-
TUITSTEL (de lampjes laten zien welke
uitsteltijd is gekozen).
3. Om de timer van de uitgestelde start te
activeren drukt u op toets 4 -START /
PAUZE. De lampjes 9h 6h 3h (lampjes 7,
8, 9) veranderen elke drie uur tot het tijd-
stip nadert om de cyclus te starten.
Het programma starten
Druk op de START / PAUZE toets. Het pro-
gramma start.
De fase van het programma wordt op het
display weergegeven met het bijbehorende
pictogram; lampje 10 - DROGEN , lampje 11
- ANTI-KREUK / EINDE .
Het programma veranderen
Om een programma te veranderen dat per
ongeluk is gekozen, moet u nadat het pro-
gramma gestart is, eerst de programmakeu-
zeknop op UIT - UIT zetten. Het programma
wordt geannuleerd.
Als het programma eenmaal begonnen
is, kan het niet meer veranderd worden.
Als er desondanks wordt geprobeerd
om het programma op de programma-
knop te wijzigen of als er op een func-
tietoets (behalve de ZOEMER toets
2)
)
wordt gedrukt, begint het lampje op de
START / PAUZE toets tijdelijk rood te
knipperen. Het droogprogramma wordt
hierdoor echter niet beïnvloed (was-
goedbescherming).
Droogcyclus voltooid / wasgoed uit de
trommel halen
Als de droogcyclus is voltooid, gaan de
lampjes ANTI-KREUK / EINDE en lampje 6-
FILTER branden. Als de zoemer geactiveerd
is, klinkt er gedurende ongeveer een minuut
met tussenpozen een geluidssignaal.
De droogcycli worden automatisch ge-
volgd door een antikreukfase die onge-
veer 30 minuten duurt. De trommel
draait gedurende deze fase met onder-
brekingen. Hierdoor blijft het wasgoed
los en kreukt het niet. Het wasgoed kan
tijdens de antikreukfase te allen tijde uit
de machine gehaald worden. (Het was-
goed moet op zijn laatst tegen het einde
van de anti-kreukfase uit de machine
worden gehaald, om kreuken te voorko-
men.)
1. Open de deur.
2. Haal het wasgoed uit de trommel.
3. Verwijder het filter nadat de kledingstuk-
ken uit de machine zijn gehaald. Maak het
filter schoon.
Waarschuwing! Controleer voordat u
het filter plaatst dat zich niets in de filter-
behuizing bevindt.
4. Draai de programmakeuzeknop naar UIT.
Belangrijk! Maak het filter na elke droogcy-
clus schoon.
5. Sluit de vuldeur.
Reiniging en onderhoud
Waarschuwing! De wasdroger mag
niet worden gebruikt als er industriële
chemische reinigingsmiddelen zijn
gebruikt!
Het pluisfilter schoonmaken
Het filter verzamelt alle pluizen die zich tijdens
het drogen ophopen. Om te garanderen dat
de droger perfect werkt, moet het pluisfilter
na elke droogcyclus worden gereinigd.
Het waarschuwingslampje FILTER brandt
om u daaraan te herinneren.
Let op! Gebruik de droger nooit zonder
pluisfilter of met beschadigd of verstopt
pluisfilter.
2) Alleen drogers met zoemertoets
10