Operation Manual
Bedieningspaneel
1 2 3
45
1 Programmaknop en UIT -schakelaar
2 Functietoetsen
3 START / PAUZE toets
4 STARTUITSTEL toets
5 Functiestatuslampje
- lampjes uitgestelde start
- DROGEN lampje
- ANTI-KREUK / EINDE lampje
- FILTER lampje
Voordat u de droger in gebruik neemt
Om eventuele restanten, die ontstaan zijn tij-
dens de fabricage, te verwijderen, de trom-
mel van de droger afvegen met een vochtige
doek of een korte cyclus ( ca. 30 min.) met
vochtige lappen in de trommel laten draaien.
Wasgoed sorteren en voorbereiden
Het wasgoed sorteren
• Sorteer op weefseltype:
– Katoen/linnen voor programma's in de
KATOEN programmagroep.
– Gemengde was en synthetische stoffen
voor programma's in de SYNTHETISCH
programmagroep.
• Sorteer op verzorgingslabel. De verzor-
gingslabels betekenen het volgende:
Drogen
in de
droog-
trommel
is in prin-
cipe mo-
gelijk
Drogen
op nor-
male
tempera-
tuur
Drogen
bij ver-
laagde
tempera-
tuur (druk
op de
LAGE
TEMP.
toets!)
Drogen
in de
droog-
trommel
is niet
mogelijk
Belangrijk! Doe geen nat wasgoed in de
droger dat niet op het label gespecificeerd is
als geschikt voor drogen in de droogtrom-
mel.
Dit apparaat kan gebruikt worden voor alle
soorten nat wasgoed dat gelabeld is als ge-
schikt voor drogen in de droogtrommel.
• Droog nieuw, gekleurd textiel niet samen
met lichtgekleurd wasgoed. Textielkleuren
kunnen afgeven.
• Droog geen tricot en gebreide artikelen op
het programma EXTRA. Deze stukken
kunnen krimpen!
Wasgoed voorbereiden
• Om te voorkomen dat was verstrikt raakt:
sluit ritsen, knoop dekbedovertrekken
dicht en sluit losse riemen of strikken (bijv.
van schorten).
5